H3.1

Welkom!
Inloggen LessonUp
1 / 36
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 36 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Welkom!
Inloggen LessonUp

Slide 1 - Tekstslide

H3.1 Wat is de vraag?
Deel 1

Slide 2 - Tekstslide

Je koopt in de winkel een Boek. Wat voor soort markt past hierbij?
A
Abstracte markt
B
Concrete markt

Slide 3 - Quizvraag

wat is een abstracte markt?
A
een vakantiebeurs
B
de rommelmarkt
C
de arbeidsmarkt
D
de bloemenveiling

Slide 4 - Quizvraag

Abstracte markt
A
Een plaats waar op afgesproken tijden goederen worden verhandeld
B
Een plaats waar huizen op een vast tijdstip worden verhandeld
C
Het geheel van vraag naar en aanbod van een product
D
Een markt waar kunst wordt verkocht

Slide 5 - Quizvraag

Slide 6 - Tekstslide

Betalingsbereidheid
Wat kopers maximaal voor een product willen of kunnen betalen.

Slide 7 - Tekstslide

Vraaglijn
Lijn waarmee je in een grafiek laat zien hoe de vraag reageert op een verandering in de prijs.

Slide 8 - Tekstslide

De betalingsbereidheid is de prijs die vragers maximaal bereid zijn te betalen
A
Juist
B
Onjuist

Slide 9 - Quizvraag

Betalingsbereidheid gaat over
A
de vraaglijn
B
de aanbodlijn

Slide 10 - Quizvraag

Vraaglijn tekenen
  • Vraagfunctie: qv= -0,2p + 75. Nu moet je uitrekenen wat de vraag is als de prijs €0 is. Je vult de formule in:
  • Qv (dit is de vraag)=-0,2 x 0 + 75= 75. Dus de vraag is 75. 
  • Nu ga je uitrekenen wat de prijs is wanneer de vraag 0 is. 
  • 0=-0,2p + 75
  • 0,2p=75 
  • 75 : 0,2= 375. 
  • Dus bij een prijs van €375,00 of meer is de vraag 0. Nu kun je de volgende vraaglijn tekenen

Slide 11 - Tekstslide

Consumentensurplus
Het verschil tussen de prijs en de betalingsbereidheid.
Dus als een boek bijvoorbeeld €15,00 kost maar mensen willen er maximaal €25,00 voor betalen, dan spreken we van een consumentensurplus

Het consumentensurplus is bij dit voorbeeld ........?

Slide 12 - Tekstslide

Wat is het 'consumentensurplus'?
A
Wat mensen meer bereid zijn te betalen dan ze moeten betalen
B
Dat de prijs van producten hoger is dan de betalingsbereidheid

Slide 13 - Quizvraag

Wat is het consumentensurplus bij p = € 0,10?
A
16
B
8
C
80
D
4,50

Slide 14 - Quizvraag

Wat gebeurt er met het consumentensurplus bij een prijsdaling
A
Die zal afnemen
B
Die zal toenemen
C
Die blijft gelijk
D
die verdwijnt

Slide 15 - Quizvraag

Zelfstandig werken
  • Opdracht 3 t/m 7

timer
1:00

Slide 16 - Tekstslide

Les 2
  • Herhaling
  • Vraaglijnen verschuiven
  • Opdrachten maken

Slide 17 - Tekstslide

Vraagfunctie
Dit is een formule die aangeeft wat de vraag naar een product is bij de verschillende prijzen. Je moet via de vraagfunctie een vraaglijn kunnen tekenen. 

Slide 18 - Tekstslide

Vraaglijn tekenen Stap 1
  • Vraagfunctie: qv= -0,2p + 75. Nu moet je uitrekenen wat de vraag is als de prijs €0 is. Je vult de formule in:
  • Qv (dit is de vraag)=-0,2 x 0 + 75= 75. Dus de vraag is 75.  

Slide 19 - Tekstslide

Vraaglijn tekenen Stap 2
Maximale betalingsbereidheid
Nu ga je uitrekenen wat de prijs is wanneer de vraag 0 is. 
  1. 0=-0,2p + 75
  2. 0,2p=75 
  3. 75 : 0,2= 375. 
Dus bij een prijs van €375,00 of meer is de vraag 0. Nu kun je de volgende vraaglijn tekenen

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Video

Vraaglijn
De vraag bij een prijs van €0,00 is 75. De vraag is 0 wanneer de prijs €375,00  is. Vervolgens trek je een rechte lijn naar beide punten. 

Slide 22 - Tekstslide

De vraaglijn is een ... lijn
A
stijgende
B
dalende
C
exponentiële
D
horizontale

Slide 23 - Quizvraag

Bij een prijsverandering zal de vraaglijn niet verschuiven
A
juist
B
onjuist

Slide 24 - Quizvraag

VRAAGLIJN

Hoe hoger de prijs....
A
hoe hoger de vraag
B
hoe lager de vraag
C
prijs heeft geen invloed

Slide 25 - Quizvraag

Wat is een voorbeeld van een vraaglijn?
A
Q = -2p + 100
B
Q = 3p - 85

Slide 26 - Quizvraag

Bereken de maximale betalingsbereidheid (Pmax)

Qa= 200P - 300
Qv= -100P + 400
A
1,50 euro
B
2,33 euro
C
- 4 euro
D
4 euro

Slide 27 - Quizvraag

Wat kan er allemaal invloed hebben op de vraag naar: auto's?

Slide 28 - Open vraag

Redenen verschuiven vraaglijn
1. Hoogte inkomen van de vragers gaat veranderen.
2. De behoeften of voorkeuren van de vragers gaat veranderen.
3. De prijs van andere, maar vergelijkbare, goederen gaat veranderen. 

Slide 29 - Tekstslide

De vraaglijn van een product verschuift in een jaar evenwijdig naar rechts. Een mogelijke oorzaak van deze verschuiving is.....
A
een hogere prijs van het product zelf.
B
een inkomensstijging bij de consumenten.
C
een prijsdaling van substitutiegoederen.
D
een afname van de behoefte aan dit product.

Slide 30 - Quizvraag

De vraaglijn verschuift naar links, dit kan komen door:
A
Complementaire goederen worden goedkoper.
B
Het budget van de vragers neemt toe.
C
Substitutiegoederen worden goedkoper
D
Er komen meer inwoners in het land.

Slide 31 - Quizvraag

De vraaglijn verschuift naar links, dit kan het gevolg zijn van:
A
een hogere koopkracht
B
een prijsstijging
C
een daling van het aantal inwoners
D
het verdwijnen van concurrenten

Slide 32 - Quizvraag

Wat kan een reden zijn voor deze verschuiving van de vraaglijn?
A
Afname van het aantal consumenten
B
Verslechtering kwaliteit concurrerende producten
C
Toename besteedbaar inkomen
D
Toename productiviteit

Slide 33 - Quizvraag

De vraaglijn verschuift naar links, dit kan het gevolg zijn van:
A
een hogere koopkracht
B
een prijsstijging
C
een daling van het aantal inwoners
D
het verdwijnen van concurrenten

Slide 34 - Quizvraag

Slide 35 - Video

Zelfstandig werken
  •  Maak opdracht  8 t/m 14

timer
15:00

Slide 36 - Tekstslide