Enkelvoud of meervoud?
1 / 19
Lesduur is: 15 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
noem een naamwoord in het enkelvoud
Slide 2 - Open vraag
noem een naamwoord in het meervoud
Slide 3 - Open vraag
De kinderen .... naar de bus
rent
rennen
Slide 4 - Sleepvraag
De bananen ......... in de schaal
liggen
ligt
Slide 5 - Sleepvraag
De appel ....... niet ver van de boom
vallen
valt
Slide 6 - Sleepvraag
Vandaag ....... de vogel naar het zuiden.
vliegt
vliegen
Slide 7 - Sleepvraag
Het pasgeboren lammetje ........ in de wei.
A
huppelt
B
huppelen
Slide 8 - Quizvraag
De lieve juffen ......... in het dikke boek
A
leest
B
lezen
Slide 9 - Quizvraag
'De kinderen oefenen hun les in lesson up'
A
enkelvoud
B
meervoud
Slide 10 - Quizvraag
'De timmerman schuurt de planken van de boomhut'.
A
enkelvoud
B
meervoud
Slide 11 - Quizvraag
'De jongen kijkt naar de honden, die in de straat lopen,'
A
enkelvoud
B
meervoud
Slide 12 - Quizvraag
De paarden staan in de stal, die net is schoongemaakt.
A
enkelvoud
B
meervoud
Slide 13 - Quizvraag
De bomen zijn mooi versierd met lampjes
A
enkelvoud
B
meervoud
Slide 14 - Quizvraag
'De kleine lamp is van de tafel gevallen'.
A
enkelvoud
B
meervoud
Slide 15 - Quizvraag
'Ze krijgen allemaal een cadeautje'.
A
enkelvoud
B
meervoud
Slide 16 - Quizvraag
'Hij staat alleen in de gymzaal'.
A
enkelvoud
B
meervoud
Slide 17 - Quizvraag
wat vonden jullie van deze les?
Slide 18 - Open vraag
Wat vonden jullie van deze les?
😒🙁😐🙂😃
