10.3 Eenparig versneld

10.3 Eenparig versneld
Lesdoelen:
De afgelegde afstand van een eenparig versnelde beweging (met of zonder beginsnelheid) berekenen.

De snelheid na een bepaalde tijd berekenen v.e. eenparig versnelde beweging.
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
NatuurkundeMiddelbare schoolvmbo t, mavoLeerjaar 4

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

10.3 Eenparig versneld
Lesdoelen:
De afgelegde afstand van een eenparig versnelde beweging (met of zonder beginsnelheid) berekenen.

De snelheid na een bepaalde tijd berekenen v.e. eenparig versnelde beweging.

Slide 1 - Tekstslide

Voorkennis
Kun jij een voorbeeld noemen wanneer jouw snelheid gelijkmatig toenam ?

Slide 2 - Tekstslide

De afgelegde afstand
Deze bereken je met s  = vgem x t

vgem = (vb+ve)/ 2

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

De snelheid neemt elke seconde
met 2 m/s toe. De versnelling is
dus 2 m/s2.
(2)[?]

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Valbeweging
Op aarde valt een voorwerp met een versnelling van 9,8 m/s2. Deze moet je afronden naar 10 m/s2 bij examens.
Voor de valversnelling wordt de letter g i.p.v. de a gebruikt.

Slide 10 - Tekstslide

Voorbeeld valversnelling
Een steenp valt uit je hand in een ravijn.
Bereken de snelheid na 1s, 2s, en 3s in m/s en km/h

Slide 11 - Tekstslide

Voorbeeld valbeweging
Geg; g = 10 m/s2      t = 1 s

Gevr: ve

Opl;  Ve = vb + g x t
ve = 0 = 10 x1 = 10 m/s
ve = 10 x 3,6 = 36 km/h

Slide 12 - Tekstslide

Belang lesdoel
Versnelling worden vaker vermeld bij sportauto's .....
De versnelling moet je vaak bij examens uitrekenen, net als de afgelegde afstand.

Slide 13 - Tekstslide

opdracht 1
1 Teken het v,t en s,t diagram van een eenparig versnelde beweging.

Slide 14 - Tekstslide

1 Teken het v,t en s,t diagram van een eenparig versnelde beweging. upload de foto

Slide 15 - Open vraag

opdracht 2
A) Noteer de formule voor de versnelling
a = (v eind - v begin) : t

B) Schrijf deze formule om zodat je de formule voor de eindsnelheid krijgt.
v eind = v begin + a . t

Slide 16 - Tekstslide

A) Noteer de formule voor de versnelling

B) Schrijf deze formule om zodat je de formule voor de eindsnelheid krijgt.

Slide 17 - Open vraag

OPDRACHT 3: Een auto staat voor een rood verkeerslicht. Meteen nadat het verkeerslicht op groen is gesprongen rijdt hij weg. Hij beweegt zeker 3 seconden lang eenparig versneld met een versnelling van 3,2 m/s2


a)Bereken de snelheid na 3 seconden. 
v eind = v begin + a .t
v eind = 0 + 3,2 . 3
v eind = 9,6 m/s 

b) Bereken de gemiddelde snelheid in die 3 seconden  

c) Bereken de afgelegde afstand na 3 seconden. 

Slide 18 - Tekstslide

b) Bereken de gemiddelde snelheid in die 3 seconden  

v gem = (v begin + v eind) : 2
v gem = (0 + 9,6) :2
v gem = 4,8 m/s

Slide 19 - Tekstslide

c) Bereken de afgelegde afstand na 3 seconden. 
s = v gem . t
s = 4,8 . 3
s = 14,4m

Slide 20 - Tekstslide

opdracht 3

Slide 21 - Open vraag

OPDRACHT 4: Een parachutist springt uit een vliegtuig. Na 2 seconden trekt hij zijn parachute open. Je mag de luchtweerstand gedurende de eerste twee seconden verwaarlozen. 

a. Bereken hoe groot de valsnelheid is na 1 seconde.
V e = v b + a.t           v e = 0 + 10 . 1           v e = 10 m/s
b. Bereken hoe groot de valsnelheid is na 2 seconden.
v e = v b + a . t          v e = 0 + 10 . 2           v e = 20 m/s

Slide 22 - Tekstslide

opdracht 4

Slide 23 - Open vraag