5.5 spelling. Engelse werkwoorden, weglatingsstreepje, koppelteken

Spelling 5.5 Engelse werkwoorden, weglatingsstreepje,koppelteken
Welkom in deze digitale les
Fijn dat je er bent!
1 / 29
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 29 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Spelling 5.5 Engelse werkwoorden, weglatingsstreepje,koppelteken
Welkom in deze digitale les
Fijn dat je er bent!

Slide 1 - Tekstslide

In deze les leg ik uit
Waar je het document kunt vinden met de opdrachten.
Hoe je de opdrachten gaat maken.
Wanneer je het af moet hebben.

de theorie die je daarvoor nodig hebt

Slide 2 - Tekstslide

Hoe maak ik de opdrachten?
Vanaf nu maak je de opdrachten niet (meer) in je schrift of werkboek, maar ga je digitaal, (dus op je I-Pad, of laptop of computer)de opdrachten maken. 

Geef zo duidelijk en uitgebreid mogelijk antwoord.

In studiewijzer zit je doelenkaart voor 5.3/5.4/5.5, gebruik deze goed, zo weet je wat je nog lastig vindt en kun je mij ook de goede vragen stellen.

Slide 3 - Tekstslide

Waar vind ik de lessen van deze week?
  • In magister in je weekrooster, bij de eerste les Nederlands van de week.
  • En in magister in het kopje studiewijzers ( daar staat een document met de weektaak/ doelenkaart zoals ook in je magister rooster staat)
  • Je doelenkaart staat in studiewijzer

Slide 4 - Tekstslide

Wanneer heb ik de opdrachten af?
Aan het eind van de week, dus uiterlijk op vrijdag 19 juni heb je de opdrachten af. Maak dus een goede planning voor de hele week.

Ik kan dat ook digitaal zien, je hoeft deze week niets toe te sturen van het huiswerk

Slide 5 - Tekstslide

Uitleg van de theorie 5.5
Lees goed de doelen in deze les en op je doelenkaart.

Je kunt de theorie ook vinden in je lesboek en op je I-Pad bij 5.5 spelling


Slide 6 - Tekstslide

Doel
Ik weet hoe ik een Engels werkwoord vervoeg

Ik weet wanneer ik een weglatingsstreepje moet gebruiken

Ik weet wanneer ik een koppelteken moet gebruiken

Slide 7 - Tekstslide

Werkwoorden uit het Engels
Engelse werkwoorden die we in het Nederlands gebruiken:
joggen, skaten, downloaden

Als je deze werkwoorden spelt, gebruik je de Nederlandse regels.

Slide 8 - Tekstslide

Engelse werkwoorden: gebruik 't kofschip
mixen 
racen 
barbecueën 
checken 
lunchen
pushen
flirten

Slide 9 - Tekstslide

Engelse werkwoorden
Engelse werkwoorden die in het Nederlandse woordenboek staan, schrijven we volgens de Nederlandse regels.

  • Hij uploadt het bestand. 
  • Wij downloadden het nieuwe spel.
     (welke tijd?)
  • Ik deletete het bestand / Ik heb het bestand gedeletet. (Dit wordt later extra uitgelegd)

Slide 10 - Tekstslide

Uitleg spelling Engelse ww.

Uitzondering!

Sommige Engelse werkwoorden behouden hun dubbele medeklinker, om zo de Engelse uitspraak te behouden:


paintballen - ik paintball - ik paintballde

passen - ik pass - ik passte


maar: stressen - ik stres - ik streste

Slide 11 - Tekstslide

Hoe zit het nou met bv. scaten?

Als je de Ned. regels volgt, zou de stam zijn: scat.
Dat klinkt niet Engels. Daarom komt achter deze stam 
een extra e. (een stomme e).
Deze e heeft verder geen functie en is er dus alleen om de uitspraak goed te kunnen doen.

Slide 12 - Tekstslide

Voorbeelden ww met stomme e
scaten - ik scate, jij scatet, ik scatete, heb gescatet
deleten - ik delete, hij deletet, wij deleteten, gedeletet.

Dat is wel stom, toch? En ook heel slim!

Slide 13 - Tekstslide

extra uitlegvideo 
hierna volgt de uitleg video over het het vervoegen van Engelse werkwoorden, het is een langere video, maar wel erg duidelijk!
aan het eind komen vragen om te zien of je het snapt

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Video

Weglatingsstreepje en koppelteken
Wat valt je op aan volgende zinnen?
Dinsdagavond en woensdagavond ga ik sporten.

Fietsvakanties, werkvakanties en taalvakanties zijn best populair. 


Slide 16 - Tekstslide

antwoord
De woorden avond en vakantie worden herhaald in de zin.

Daarvoor kun je gebruik maken van een weglatingsstreepje

Slide 17 - Tekstslide

Weglatingsstreepje
Dinsdagavond en woensdagavond ga ik sporten.

Fietsvakanties, werkvakanties en taalvakanties zijn best populair. 

Samengestelde woorden. Soms kun je een deel vervangen door een weglatingsstreepje. 


Slide 18 - Tekstslide

Dan krijg je:

Dinsdag- en woensdagavond ga ik sporten


Fiets-, werk- en taalvakanties zijn best populair

Slide 19 - Tekstslide

Noteer het weglatingsstreepje op de juiste plek:

wielerwedstrijden en hardloopwedstrijden

Slide 20 - Open vraag

Nog eens:
wiellengte of neuslengte

Slide 21 - Open vraag

Kijk eens naar de volgende woorden:

radioomroep

autoongeluk

70jarige

%teken

NoordNederland

haatliefdeverhouding

Dit leest wel erg lastig zeg!!!

Slide 22 - Tekstslide

Theorie (koppelteken)
Koppeltekens gebruiken we:
- om leesfouten te vermijden
zo-even, stage-uren, radio-omroep, na-apen
- in aardrijkskundige namen met een extra toevoeging
Noord-Brabant, Zuid-Amerika, Midden-Nederland
- bij cijfers, letters en andere tekens
$-teken, vmbo-leerling, 70-jarige, tbs-kliniek

Slide 23 - Tekstslide

Vervolg theorie (koppelteken)
- bij dubbele achternamen
Ernst Jansen-Steur, Hannie Werters- van de Hoek
- bij een functie, rang of titel
assistent-bedrijfsleider, minister-president
- in de combinatie 'niet + een ZN'
niet-roker, niet-alledaags
- tussen gelijkwaardige delen in een samenstelling
woon-werkverkeer, haat-liefdeverhouding, hang-en-sluitwerk

Slide 24 - Tekstslide

Even testen

Slide 25 - Tekstslide

Waar is het koppelteken juist gebruikt?
A
minijurk
B
mini-jurk

Slide 26 - Quizvraag

Waar is het koppelteken juist gebruikt?
A
BMIwaarden
B
BMI-waarden

Slide 27 - Quizvraag

opdrachten die je gaat maken
5.5: 1,2,3,4,8,9,10,11,13
test jezelf 5.5
1 uur lezen in een zelfgekozen boek, of stripboek
3 x 10 minuten dicteewoorden oefenen
lesson up toetsjes: Engelse werkwoorden,weglatingsstreepje en koppelstreepje.
gebruik je doelenkaart!

Slide 28 - Tekstslide

vragen?
Je kunt in de onlinesessie vragen stellen
Je mag altijd vragen stellen via de mail

Succes, je kunt het!

Slide 29 - Tekstslide