1MHV Bezittelijk voornaamwoord

le programme d'aujourdhui
 1 - uitleg  bron H: bezittelijk voornaamwoord 
2. Quiz 
3. Fais les exercices : 30,31, 32,33
Volgende les : gaan we een herhaling en overhoring doen in bron F en phrases-clés . 
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

le programme d'aujourdhui
 1 - uitleg  bron H: bezittelijk voornaamwoord 
2. Quiz 
3. Fais les exercices : 30,31, 32,33
Volgende les : gaan we een herhaling en overhoring doen in bron F en phrases-clés . 

Slide 1 - Tekstslide

Voorbeelden van bezittelijk voornaamwoorden NE?

Slide 2 - Woordweb

Slide 3 - Tekstslide

voorbeelden 

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Hoe vertaal je het bezittelijk vnw?
(mijn) amies
A
mon
B
ma
C
mes

Slide 6 - Quizvraag

Hoe vertaal je het bezittelijk vnw?
(jouw) amie
A
ton
B
ta
C
tes

Slide 7 - Quizvraag

Hoe vertaal je het bezittelijk vnw?
(zijn) valise (v)
A
son
B
sa
C
ses

Slide 8 - Quizvraag

Hoe vertaal je het bezittelijk vnw?
(haar) frère
A
son
B
sa
C
ses

Slide 9 - Quizvraag

Hoe vertaal je het bezittelijk vnw?
(haar) parents
A
son
B
sa
C
ses

Slide 10 - Quizvraag

Hoe vertaal je het bezittelijk vnw?
(jouw) matière
A
ton
B
ta
C
tes

Slide 11 - Quizvraag

Hoe vertaal je het bezittelijk vnw?
(mijn) maison
A
mon
B
ma
C
mes

Slide 12 - Quizvraag

Hoe vertaal je het bzv?
(hun) prof
A
leur
B
leurs
C
votre
D
vos

Slide 13 - Quizvraag

Hoe vertaal je het bzv?
(jullie) profs
A
votre
B
vos
C
notre
D
nos

Slide 14 - Quizvraag

Hoe vertaal je het bzv?
(ons) devoirs
A
votre
B
vos
C
notre
D
nos

Slide 15 - Quizvraag

Hoe vertaal je het bzv?
(onze) école
A
votre
B
vos
C
notre
D
nos

Slide 16 - Quizvraag

Hoe vertaal je het bzv?
(jullie) école
A
votre
B
vos
C
notre
D
nos

Slide 17 - Quizvraag

Vul het juiste bzv in:
(mijn) classe

Slide 18 - Open vraag

Vul het juiste bzv in:
(mijn) élèves

Slide 19 - Open vraag

Vul het juiste bzv in:
(jouw) élève

Slide 20 - Open vraag

Vul het juiste bzv in:
(uw) élève

Slide 21 - Open vraag

Vul het juiste bzv in:
(haar) matière préférée

Slide 22 - Open vraag

Vul het juiste bzv in:
(zijn) prof de français

Slide 23 - Open vraag

Vul het juiste bzv in:
(hun) prof de français

Slide 24 - Open vraag