Erfelijkheid les 1

Erfelijkheid
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

In deze les zitten 19 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

Erfelijkheid

Slide 1 - Tekstslide

Doelstellingen
- Je kunt omschrijven wat een genotype, wat een fenotype en wat een gen is. 
- Je kent de begrippen mitose en meiose en kunt beide processen uitleggen.

Slide 2 - Tekstslide

Chromosomen
* Iedere lichaamscel heeft 46 chromosomen in de celkern

* Chromosomen bevatten informatie over je erfelijke eigenschappen

Slide 3 - Tekstslide

Chromosomen
*Een deel van een chromosoom heet een GEN

* Een chromosoom bevat vele genen

* 1 gen bevat informatie voor 1 erfelijke eigenschap (bijv. haarkleur)

* Alle erfelijke eigenschappen samen = het genotype

Slide 4 - Tekstslide

Mitose (= gewone celdeling)



* Groei
* celvernieuwing

Slide 5 - Tekstslide

46 chromosomen
 (23 chromosoomparen)
Celkern verdwijnt - chromosomen verdubbelen

Slide 6 - Tekstslide

De paren worden door trekdraden naar de polen getrokken
We zien nu 2 identieke 'pakketjes' van 46 chromosomen

Slide 7 - Tekstslide

De cel gaat insnoeren 
en splitst in 2 aparte cellen

Slide 8 - Tekstslide

Er zijn 2 aparte cellen ontstaan die identiek aan elkaar zijn (en dezelfde informatie bevat als de moedercel)

Slide 9 - Tekstslide

Meiose
* Het genotype wordt bepaald bij de bevruchting

* Geslachtscellen zijn door meiose uit gewone lichaamscellen ontstaan

Slide 10 - Tekstslide

De 23 paren liggen weer gerangschikt in het midden van de cel
Er wordt geen kopie gemaakt

Slide 11 - Tekstslide

De helft van ieder chromosoompaar wordt naar de polen getrokken
De cel snoert zich in en er ontstaat 2 cellen

Slide 12 - Tekstslide

De celkern wordt weer gevormd
De zaadcellen bevatten ieder de helft van de chromosomen van de moedercel

Slide 13 - Tekstslide

Bevruchting
* Bepaald het genotype --> Je krijgt dus de helft van je erfelijke informatie van je vader (zaadcel) en de helft van je moeder (eicel)

Slide 14 - Tekstslide

De eicel en zaadcel hebben dus door meiose ieder 23 chromosomen
Deze versmelten en er ontstaan weer een complete cel met 46 chromosomen

Slide 15 - Tekstslide

Naar de bevruchting gaat de cel zich delen, en delen, en delen....

Slide 16 - Tekstslide

Samengevat

Slide 17 - Tekstslide

Genotype vs. Fenotype
Genotype = de informatie voor alle erfelijke eigenschappen (bijv. zwart haar)
 
Fenotype = De zichtbare kenmerken van een organisme (uiterlijk)
Het fenotype wordt veroorzaakt door je genotype EN door invloeden uit het milieu

Slide 18 - Tekstslide

(huis)werk
* Losse stencil (mitose en meiose)
*Werkboek opdrachten 11,12,13,14,15
(extra: 16)

Slide 19 - Tekstslide