Les 4 Luchtdicht bouwen I

Luchtdicht bouwen en kierdichting I
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
BouwkundeMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Luchtdicht bouwen en kierdichting I

Slide 1 - Tekstslide

Wat is luchtdicht bouwen?
Luchtdicht bouwen is het dichten van kieren en naden in een gebouw om deze ongecontroleerde luchtstromen tegen te gaan.

Slide 2 - Tekstslide

Waarom luchtdicht bouwen?
In een goed geïsoleerd energieneutraal gebouw is de luchtdichting van groot belang. Als de warmte langs kieren en naden kan ontsnappen heeft al de isolatie namelijk geen nut.

Voor een goede luchtkwaliteit moeten we lucht in een gebouw voortdurend verversen. Dit doen
we door te ventileren. Ventilatie vervangt de ‘gebruikte’ binnenlucht door ‘verse’ buitenlucht op
een gecontroleerde manier. Maar er zijn ook andere, niet gecontroleerde luchtstromen in een
gebouw. 

Dit komt door lekken in de gebouwschil en is afhankelijk van de winddruk op het gebouw en door thermische trek.

Slide 3 - Tekstslide

Winddruk
Winddruk ontstaat als de wind van een kant tegen het gebouw blaast. Aan deze kant krijg je daardoor een hogere druk, een overdruk. Aan de andere kant van het gebouw, in de luwte, ontstaat juist een onderdruk. Door de openingen in het gebouw krijg je ook binnen overdruk en onderdruk. De lucht verplaatst zich van overdruk naar onderdruk. Hierdoor gaat het ook ‘waaien’ in het gebouw: ’het tocht’, zeggen we dan.

Slide 4 - Tekstslide

Thermische trek
Thermische trek ontstaat door temperatuurverschillen. Warme lucht stijgt op, lucht die afkoelt
zakt naar beneden. Dit noemen wij convectie en het zorgt voor natuurlijke luchtcirculatie in een
gebouw, bijvoorbeeld bij het verwarmen met een radiator, of als je in de zomer beneden een raam openzet tegen een raam boven op de zolder. Maar wanneer de opgestegen warme lucht door luchtlekken naar buiten verdwijnt en er daardoor onderin koude buitenlucht naar binnen dringt, dan kan er hinderlijke tocht ontstaan en onnodig energieverlies.

Slide 5 - Tekstslide

Infiltratie, ongecontroleerde luchtstromen 

We hebben  geen invloed op hoeveel lucht er door de kieren en de naden naar buiten gaat of naar binnen komt. Of waar de luchtstroom vandaan komt. 

Infiltratie, ongecontroleerd binnendringen van buitenlucht is daarom niet geschikt voor luchtverversing voor een goede luchtkwaliteit. 

In een luchtdicht gebouw bereik je een goede luchtkwaliteit zelfs beter en met minder luchtverplaatsing. Dat komt omdat de ingeblazen ventilatielucht goed stuurbaar is en zo de lucht in het gebouw op alle plaatsen goed wordt ververst.

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Video

Slide 8 - Woordweb


A

Slide 9 - Quizvraag

Slide 10 - Video

Voordelen luchtdicht bouwen
• Vermijden van condensvorming in de constructie
• Gezonder binnenklimaat door betere ventilatie en minder schimmelvorming
• Energiebesparing
• Hoger comfort
• Betere geluidswering buitengeluiden

Slide 11 - Tekstslide

Vermijden van condensvorming
In ons klimaat is de lucht binnen in de winter warmer dan de lucht buiten. Die binnenlucht kan daarom meer waterdamp bevatten dan de buitenlucht. Dus, de binnenlucht is in de winter meestal vochtiger dan de buitenlucht.

Warme lucht kan dus meer vocht opnemen dan koude lucht!

Slide 12 - Tekstslide

Verschil in luchtvochtigheid
Dit verschil in de luchtvochtigheid tussen de binnenlucht en de buitenlucht veroorzaakt een druk: dampdruk. Deze druk ontstaat omdat er relatief meer deeltjes van hoge concentraties (veel vocht in de binnenlucht) naar lage concentraties (minder vocht in de buitenlucht) bewegen.

Slide 13 - Tekstslide

Ontstaan van condensatie
Door een lek in de luchtdichting kan de vochtige binnenlucht naar buiten stromen. In de winter is de binnenkant van een geïsoleerde en verwarmde woning warm, hoe verder je naar buiten gaat, hoe kouder wordt de constructie.

Als vochtige lucht door de constructie stroomt zal deze afkoelen tegen de koudere delen van de
constructie. De waterdamp in die lucht zal dan 
voor een deel condenseren tot water. 
De constructie wordt vochtig.

In goed geïsoleerde gebouwen is daarom 
elke luchtlek een teveel.

Slide 14 - Tekstslide

Wel of geen condensatie
In niet of matig geïsoleerde gebouwen is condensatie over de koude oppervlakten verdeeld. Hierdoor zit er minder waterdamp in de lucht en zorgt de luchtstroom door de constructie zelfs voor uitdroging.

In een goed geïsoleerde constructie zijn de oppervlakken warmer. Er is minder of helemaal geen condensatie op het binnenoppervlak en de hoeveelheid waterdamp in de binnenlucht blijft dus hoger.

Slide 15 - Tekstslide

Gezond binnenklimaat
Waar warme lucht naar buiten stroomt bestaat het risico op condens in de constructie. Op vochtige plekken kan schimmel ontstaan. Schimmel is erg schadelijk voor je gezondheid. Een goede luchtdichting, maar ook goede ventilatie, vermindert het risico op
condens en daarmee op schimmelvorming.



Slide 16 - Tekstslide

Energiebesparing
Infiltratie leidt ‘s winters tot warmteverlies. Dat gebeurt door het transport van warme lucht van binnen naar buiten. Bovendien vermindert doorstroming van de constructie de isolatiewaarde.

Slide 17 - Tekstslide

Comfort en geluid
Beter comfort
Koude lucht door naden en kieren kan tochtklachten veroorzaken.

Geluiddichting
Waar er lucht naar binnen komt, komt ook luchtgeluid naar binnen.
Geluid van buiten veroorzaakt dan snel geluidhinder. Een goede
luchtdichting houdt dus buitengeluid tegen. Luchtdichte gebouwen
staan bekend om de stilte binnenshuis.

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Video