H5 en H6

H5 en H6
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 4

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

H5 en H6

Slide 1 - Tekstslide

Stelling 1: Nederland heeft een kleine interne afzetmarkt.
Stelling 2: wederuitvoer zorgt voor veel toegevoegde waarde
A
Stelling 1 is juist
B
Stelling 2 is juist
C
Beide stellingen zijn juist
D
Beide stellingen zijn onjuist

Slide 2 - Quizvraag

Wanneer je weinig handel hebt met andere landen dan spreken we van een .....
A
Open economie
B
Globalisering
C
Protectionisme
D
Gesloten economie

Slide 3 - Quizvraag

WTO staat voor World Trade Organisation
A
Juist
B
Onjuist

Slide 4 - Quizvraag

Doel van de WTO is ....
A
Minder handelsbelemmeringen
B
Meer handelsbelemmeringen
C
Minder ontwikkelingssamenwerking
D
Meer ontwikkelingssamenwerking

Slide 5 - Quizvraag

Wanneer je geld op een bank in Duitsland kunt zetten dan spreken we van vrij verkeer van ...
A
Goederen
B
Diensten
C
Kapitaal
D
Mensen

Slide 6 - Quizvraag

Wanneer je kunt werken in België is dat een voorbeeld van vrij verkeer van ....
A
Goederen
B
Diensten
C
Kapitaal
D
Mensen

Slide 7 - Quizvraag

In Luxemburg wonen 3,2 miljoen mensen en is het nationaal inkomen 112 miljard euro. Hoeveel bedraagt het inkomen per hoofd van de bevolking.
Noteer je antwoord zonder komma of punten.

Slide 8 - Open vraag

Wanneer je maar een bepaalde hoeveelheid mag importeren van iets noemen we ...
A
Invoerrechten
B
Importquotum
C
Importverbod
D
Exportsubsidie

Slide 9 - Quizvraag

Wanneer de euro in waarde stijgt is dat goed voor de ...
A
Import
B
Export

Slide 10 - Quizvraag

Maak de vicieuze cirkel af (zet ze in de juiste volgorde) wanneer je zou beginnen met armoede
1.
2.
3.
4.
Eenvoudige productiemethodes
Lage opbrengst
Lage productie
Geen geld om te investeren

Slide 11 - Sleepvraag

Wat is GEEN kenmerk van een ontwikkelingsland?
A
Veel werkloosheid
B
Ondervoeding
C
Veel analfebetisme
D
Lage bevolkingsgroei

Slide 12 - Quizvraag

Monocultuur betekent dat een land afhankelijk is van één of enkele producten
A
Juist
B
Onjuist

Slide 13 - Quizvraag

Wanneer een land elk jaar geld krijgt van Nederland om hulp in te roepen van Nederlandse bedrijven dan is dat een voorbeeld van?
A
Structurele en gebonden hulp
B
Structurele en ongebonden hulp
C
Gebonden noodhulp
D
Ongebonden noodhulp

Slide 14 - Quizvraag

Fairtrade keurmerk is een keurmerk die het WTO geeft aan landen die eerlijk met elkaar handelen
A
Juist
B
Onjuist

Slide 15 - Quizvraag

Door giften via goede doelen organisaties komt het geld beter op zijn plek omdat ....
A
Ze werken met lokale organisaties
B
Ze werken veel via de regering

Slide 16 - Quizvraag

Wat is het voordeel voor een land (bedrijven uit een land) wanneer je je aansluit bij de EMU?

Slide 17 - Open vraag