In, van of over een boek..
- kan ik mij verplaatsen in de hoofdpersoon en belangrijke bijpersonen.
- kan ik mij verplaatsen in de gebeurtenissen.
- kan ik het thema (genre) aangeven.
- kan ik het verloop van het verhaal vertellen.
- kan ik het verhaalprobleem beschrijven.
- kan ik sleutelmomenten (cliffhangers) noemen.
- kan ik mijn mening met argumenten (voorbeeld, ervaring) geven.
- kan ik leeftijdgenoten enthousiasmeren.