Mens en Gezondheid - hoofdstuk 4

Mens en gezondheid 

Hoofdstuk 4
Voedingsgewoonten 
1 / 30
volgende
Slide 1: Tekstslide
Zorg en WelzijnMBOVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute 4

In deze les zitten 30 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

Mens en gezondheid 

Hoofdstuk 4
Voedingsgewoonten 

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Startopdracht/voorkennis  
  • Eet jij vaak gerechten uit je eigen cultuur, of juist van andere landen?
 Geef 2 paar voorbeelden.(Bijv. “Thuis eten we vaak nasi, maar ik hou ook van pizza en pasta.”)

  • Wat is een typisch gerecht of eetgewoonte uit jouw eigen cultuur volgens jou?
Denk aan: Een speciaal gerecht dat vaak wordt gekookt.

  • Hoe of wanneer jullie eten (bijv. met de hele familie, met handen, met stokjes, enz.).

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Doelen van de les 
Aan het einde van dit hoofdstuk weet je meer over:
  • voedingsgewoonten;
  • wat vegetariërs en veganisten eten;
  • wat biologische voeding is;
  • wat mensen vanuit verschillende religies eten.


Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voedingsgewoonten

Voedingsgewoonten bestaan uit de dingen die we regelmatig eten en drinken. Het heeft te maken met wat we eten maar ook wanneer en waarom.
Voedingsgewoonten zijn afhankelijk van de cultuur of het land waarin je geboren bent.


Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bespreken Startopdracht/voorkennis  
  • Eet jij vaak gerechten uit je eigen cultuur, of juist van andere landen?
 Geef 2 paar voorbeelden.(Bijv. “Thuis eten we vaak nasi, maar ik hou ook van pizza en pasta.”)

  • Wat is een typisch gerecht of eetgewoonte uit jouw eigen cultuur volgens jou?
Denk aan: Een speciaal gerecht dat vaak wordt gekookt.

  • Hoe of wanneer jullie eten (bijv. met de hele familie, met handen, met stokjes, enz.).

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Pizza, pasta, risotto, olijfolie, verse kruiden zijn eetgewoontes uit?
Italië
India
spanje
Portugal

Slide 6 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Olijven, feta, gyros, moussaka, yoghurt met honing zijn eetgewoontes uit?
Griekenland
Spanje
India
China

Slide 7 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Taco’s, burrito’s, chili, mais, avocado (guacamole) zijn eetgewoontes uit?
Spanje
japan
Amerika
Mexico

Slide 8 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Rijst, noedels, dim sum, Peking-eend, sojaproducten zijn eetgewoontes uit?
Korea
China
Japan
India

Slide 9 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Sushi, sashimi, rijst, miso-soep, groene thee zijn eetgewoontes uit?
Pakistan
Japan
China
Inda nadia

Slide 10 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Wat is het verschil tussen vegetariërs en veganisten?

Slide 11 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Vegetariërs en veganisten

Een vegetariër eet geen vlees, gevogelte en vis, maar wel eieren, melk en kaas.
Veganisten kiezen voor een dieet dat volledig plantaardig is. Zij eten helemaal
geen producten van dieren.
Flexitariërs eten minstens één dag per week geen vlees, vis of vleeswaren.



Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Biologische voeding 


“Biologisch voedsel is voeding die geproduceerd wordt volgens strikte regels op het gebied van milieu, dierenwelzijn en gezondheid, zonder gebruik van synthetische chemicaliën. 

Om het “biologisch” label te krijgen, moeten boeren en producenten zich houden aan officiële keurmerken, zoals het Europees biologisch keurmerk. 





Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

kenmerken Biologische voeding 
  1. Geen chemische bestrijdingsmiddelen
  2. Geen kunstmest In plaats van kunstmest gebruiken ze natuurlijke meststoffen zoals dierlijke mest of groenbemesting om de bodem vruchtbaar te houden.
  3. Duurzaam dierenwelzijn. Dieren op biologische boerderijen hebben meer ruimte, kunnen naar buiten en krijgen biologisch voer. Antibiotica en groeihormonen worden alleen beperkt gebruikt. 
  4. Strikte certificering. Om het “biologisch” label te krijgen, moeten boeren en producenten zich houden aan officiële keurmerken, zoals het Europees biologisch keurmerk.

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voedingsgewoonten en religies
presenteren  
groep 1                           groep 2                                  groep 3                           groep 4                           groep 5

Slide 15 - Tekstslide

zie volgende slide voor uitleg
Aan het werk
Wat 
Maak een korte presentatie van 2/ 3 minuten over betekenis van voeding binnen een religie 
(zie werkblad) 
Wie 
In een groepje van 2/3 
Hulp
Info uit het boek blz. 93 tot met 99 en internet 
Resultaat
Korte presentatie 
Klaar 
Beginnen met hoofdstuk 4
timer
30:00

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voedingsgewoonten en religies
beoordeling 


Onderdeel                                                                                  Punten
Inhoud (regels, feesten, betekenis)                                   5
Samenwerking                                                                             5
Presentatie (duidelijk en verzorgd)                                    5
Creativiteit (plaatjes, voorbeelden, enz.)                         5
Totaal 20 punten

Slide 17 - Tekstslide

zie volgende slide voor uitleg
Geloof en voeding - Islam

  • Een moslim eet geen varkensvlees en alle daaruit voortkomende bijproducten.
  • Een moslim mag geen alcohol drinken.
  • Een moslim mag alleen vlees eten van een rein en ritueel geslacht dier. Dit wordt ‘halal’ genoemd.
  • Moslims houden zich aan de ramadan.

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Geloof en voeding – Jodendom

  • Joden eten voedsel dat ‘koosjer’ wordt genoemd. Koosjer betekent ‘geoorloofd’. Dit eten is in overeenstemming met de spijswetten.
  • Koosjer zijn alle dieren met gespleten hoeven die herkauwen.
  • Joodse mensen kennen een aantal dagen waarop ze vasten.
  • Strikte scheiding tussen melk en vlees.

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Geloof en voeding – Christendom

  • Christenen mogen alles eten, want zij geloven dat het kwaad niet van buiten maar van binnen komt.
  • De vastenperiode ligt tussen carnaval en Pasen

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Geloof en voeding – Hindoeïsme

  • Veel oudere Hindoestanen eten vegetarisch omdat alles wat leeft als heilig wordt beschouwd.
  • Bij religieuze feesten wordt in de regel vegetarisch gegeten.
  • Hindoes vasten bij religieuze bijeenkomsten en bij sterfgevallen.

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Geloof en voeding – Boeddhisme

  • De meeste boeddhisten zijn vegetarisch. Het doden en eten van vlees is in strijd met hun voorschriften.
  • Boeddhisten eten geen voedsel dat lustgevoelens en een opvliegende gemoedstoestand opwekken.
  • Verslavende producten zijn verboden.

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Nakijken hoofdstuk 4 
Nakijken en bespreken hoofdstuk 4 
timer
15:00

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Evaluatie 
  • Hoe ging de les
  • Tip en Tops
  • Maak de vragen op de volgende slides 

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat bedoelen we met voedingsgewoonten?
A
De hoeveelheid vitamines die iemand binnenkrijgt
B
Wat en hoe mensen eten op basis van hun cultuur, geloof of voorkeur
C
Alleen het eetgedrag van sporters
D
Wat mensen eten omdat het gezond is

Slide 25 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Een vegetariër eet:
A
Alleen kip en vis
B
Alleen groenten en fruit
C
Geen vlees, maar wel eieren en melkproducten
D
Geen vlees en geen dierlijke producten

Slide 26 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Een veganist eet:


A
Alleen rauwe groenten
B
Alleen biologische producten
C
Helemaal geen producten van dierlijke oorsprong
D
Geen vlees maar wel kaas

Slide 27 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat betekent het als een product biologisch is?
A
Dat het milieu- en diervriendelijk is geproduceerd zonder chemische middelen
B
Dat het met kunstmest en bestrijdingsmiddelen is geteeld
C
Dat het uit het buitenland komt
D
Dat het meer suiker bevat

Slide 28 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Noem twee factoren die iemands voedingsgewoonten kunnen beïnvloeden.

Slide 29 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Noem van twee religies (bijvoorbeeld jodendom, islam, hindoeïsme) een belangrijke voedingsregel.

Slide 30 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies