Ethische theorieën

Ethiek
ETHIEK
1 / 34
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 3

In deze les zitten 34 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 5 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Ethiek
ETHIEK

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Programma
Lesdoelen
Ethische theorieën/stromingen
Toepassing van de theorie op 1 casus
Stappenplan Ethische dilemma's
Huiswerkopdracht

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lesdoelen
  • Je weet waar ethiek zich mee bezighoudt 
  • Je kent het verschil is tussen een moreel universalisme en       moreel relativisme
  • Je kunt vanuit de gevolgenethiek (het utilitarisme), de plichtsethiek en de deugdenethiek een moreel oordeel vormen over casussen.

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Herhaling: geef hier een goede beschrijving van wat een waarde, een norm/regel inhouden en hoe deze zich tot elkaar verhouden zonder dit op te zoeken

Slide 4 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Moraal: waarden + normen
  • Iedereen heeft dingen die hij of zij belangrijk en waardevol vindt: je waarden. Voorbeelden van waarden zijn vriendschap, vrijheid, gezondheid, eerlijkheid enz.
  • Bij je waarden maak je normen: regels die je waarden ondersteunen (bijvoorbeeld bij de waarde eerlijkheid kan de norm horen: nooit liegen)
  • Samen vormen je waarden en normen je moraal: hoe jij vindt dat mensen zich moeten gedragen


Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Herhaling: beschrijf hier nauwkeurig wat het verschil is tussen een moreel universalisme en moreel relativisme. Deze vraag mag je opzoeken op internet.

Slide 6 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Herhaling: welke vier factoren zijn van invloed bij het oordeel van een moreel relativist?

Slide 7 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

0

Slide 8 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Drie opties: Niets doen (kind gaat dood), stuur naar links (oude man aanrijden) of stuur naar rechts (chauffeur opofferen). Wat zou jij doen en waarom?

Slide 9 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Drie ethische theorieën
De beginselethiek (plichtethiek)
De deugdenethiek
De gevolgenethiek

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ethische stromingen
Beginselethiek
(handelen vanuit beginselen, principes of plichten.

- Plichtsethiek
(Bedoeling/intentie)
- Deontologie
(absolute gedragsregels)
Kant

Deugdenethiek
nadruk op het morele karakter van een persoon in een gemeenschap 
(Karaktervorming)

Aristoteles 
Plato

Doel -of gevolgentiek
de gevolgen van een handeling centraal
(Consequentialisme)

- Utilitarisme (nut)
Bentham
- Epicurisme
Epicurus
stad &
esch &
filosofie

Slide 11 - Tekstslide

Doel -of gevolgentiek
(Consequentialisme)
- Utilitarisme
Bentham
- Epicurisme
Epicurus
Ethisch probleem/ dilemma
Een ethisch probleem/dilemma ontstaat wanneer je een keuze moet maken tussen twee waarden.

Beide waarden vind je belangrijk en wil je dus bereiken, maar dat gaat niet: soms ontstaan er situaties waarin je een keuze moet maken omdat beide waarden elkaar tegenspreken of met elkaar botsen.

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Moreel oordelen vanuit de 
3 ethische stromingen
Hoe zou je dit probleem vanuit de verschillende ethische stromingen kunnen benaderen? Doe dit met je groepje.
1. Gevolgenethiek van Bentham
2. Plichtethiek van Kant
3. Deugdethiek van Aristoteles

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe kom je tot een moreel oordeel?

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hier zie je een overzicht van verschillende ethische stromingen.

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Oefening
Je krijgt op de volgende slide een video te zien waarover je kunt discussiëren wat het juiste is om te doen. Beoordeel de video vanuit een van de ethische theorieen: het utilitarisme, de plichtsethiek, de deugdenethiek. Wat zou volgens deze theorieën het juiste zijn om te doen?

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Casus 1
Handeling: ambulancebroeder slaat jongen die hem er niet langs laat gaan terwijl hij met spoed naar een moeder en kind moet.


Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 18 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Welk oordeel zal er vanuit het utilitarisme gegeven worden over het slaan door de ambulancebroeder?Leg je antwoord goed uit.

Slide 19 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Welk oordeel zal er vanuit de plichtsethiek gegeven worden over het slaan door de ambulancebroeder?Leg je antwoord goed uit.

Slide 20 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Welk oordeel zal er vanuit de deugdenethiek gegeven worden over het slaan door de ambulancebroeder? Leg je antwoord goed uit.

Slide 21 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

De dilemmamethode

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lesdoelen
  • De student kan een casus bespreken aan de hand van de dilemmamethode 

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Dilemma methode

De dilemmamethode is bedoeld als een ethische gespreksmethode, met andere woorden: 
het gaat erom te kunnen beoordelen of er een goede afweging wordt gemaakt en kan bespreken op welke wijze goede zorg verleend kan worden.

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aan de hand van de dilemmamethode kun je een ethisch dilemma bespreken.

 

1. Wat is er aan de hand?
2. Welke normen en waarden zijn in het geding?
3. Wat zijn je handelingsmogelijkheden?
4. Welke normen en waarden wegen het zwaarst?

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Huiswerkopdracht
Welke dilemma's kom je tegen in je beroepspraktijk?
Kies een casus en werk deze uit in een stappenplan
(elke stap toelichten + motiveren)
Laat zien hoe je een ethische vraagstelling/dilemma herkent,
op welke wijze je informatie verzamelt die van belang is.



Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Einde

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Trolleyproblem
Je hebt een keuze, maar het is kiezen tussen 2 kwaden. Er zal altijd iemand gekwetst worden of iets lijdt ergens onder.

Waarom kies je voor het één en niet voor het ander? Wat is goed en wat is slecht? Is dat er überhaupt wel?
Heb je zelf ook een trolleyproblem?

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Trolley probleem

Slide 30 - Tekstslide

Hoewel er talloze varianten geformuleerd zijn van het trolleyprobleem, komt het algemeen op het volgende neer: persoon A kan een handeling verrichten die vele mensen kan helpen, maar door dit te doen wordt persoon B onterecht geschaad. De vraag is dan: onder welke omstandigheden is het moreel juist voor persoon A om de rechten van persoon B te schaden in functie van het welzijn van de groep?

Slide 31 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 32 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 33 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Voorbeeld
Joost is een hele leuke jongen.
Hij heeft het 2 maanden geleden uitgemaakt met jouw beste vriendin, en daar heeft ze nog steeds verdriet van.
Nu vraagt Joost jou mee naar de film.
Je weet niet of je dat nou wel moet doen.
Formuleer wat voor jou de ethische vraag is en welke twee waarden hier botsen.

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies