Doel IV - Aan elkaar schrijven

Week 38

Aan elkaar schrijven
Veel gemaakte taalfouten

1 / 16

Slide 1: Tekstslide

NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Week 38

Aan elkaar schrijven
Veel gemaakte taalfouten

Slide 1 - Tekstslide

Terugblik vorige week

Voegwoorden

Slide 2 - Tekstslide

Ik ga deze vraag goed beantwoorden, ... ik het goed begrepen heb.

Omdat

Want

Slide 3 - Quizvraag

Samenstellingen aan elkaar schrijven

Woorden die één ding of begrip vormen schrijf je aan elkaar
Doe je dat verkeerd dan kan de betekenis van de zin nogal veranderen...

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Aan elkaar of los

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Wat is inhoudelijk het verschil tussen:

lange afstandsloper / langeafstandsloper

Slide 10 - Open vraag

Langeafstandsloper

(iemand die lange afstanden loopt)

Lange afstandsloper

(zegt iets over lengte van de loper)

Slide 11 - Tekstslide

Wat is inhoudelijk het verschil tussen:
Rook worst / Rookworst

Slide 12 - Open vraag

Rookworst

Rook worst

Slide 13 - Tekstslide

Opdracht voor nu

Bedenk in je tweetal/groepje samenstellingen die de betekenis van een zin behoorlijk kunnen veranderen...

Voorbeeld:

Ik schilder naakt portretten / Ik schilder naaktportretten

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Woordweb

Hoe kun je dit oefenen?

-Aan elkaar of los schrijven, digitale opdrachten in Magister

-Andere veel gemaakte taalfouten Kern les 47

Slide 16 - Tekstslide