Mentorles Val op! - Veilig verkeer Nederland

1 / 38
volgende
Slide 1: Tekstslide
VerkeerMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

In deze les zitten 38 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

In deze les
Ik leer / herhaal verkeersborden.
Ik benoem de onderdelen van een fiets.
Ik leg uit hoe waarom fietsverlichting belangrijk is.

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Noem de 5 soorten
verkeersborden

Slide 6 - Woordweb

Je hebt 5 soorten verkeersborden

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Wat voor soort bord was het?
A
Je moet hier....
B
Je mag hier niet....
C
Kijk hier is....
D
Voorrang

Slide 9 - Quizvraag

Slide 10 - Tekstslide

Wat voor soort bord was het?
A
Je moet hier....
B
Je mag hier niet....
C
Voorrang
D
Kijk hier is

Slide 11 - Quizvraag

Slide 12 - Tekstslide

Wat voor soort bord was het?
A
Kijk hier is .....
B
Je mag hier niet ......
C
Je moet hier .....
D
Voorrang

Slide 13 - Quizvraag

Slide 14 - Tekstslide

Een voorrangsbord is echt anders.
Wat is er anders aan?

Slide 15 - Open vraag

Wie heeft voorrang?

Slide 16 - Tekstslide

Welke auto heeft voorrang?
A
De rode auto
B
De gele auto

Slide 17 - Quizvraag

Waarom was dat?

Slide 18 - Open vraag

1

Slide 19 - Video

00:57
Waarom mag de voetganger eerst?
A
Rechts gaat voor.
B
Het is een voetganger.
C
Omdat hij oud is.
D
Rechtdoor gaat voor.

Slide 20 - Quizvraag

Hoe ziet een veilige fiets eruit?

Slide 21 - Tekstslide

Hoe ziet
een veilige fiets
eruit?

Slide 22 - Woordweb

Slide 23 - Tekstslide

Opvallen
op de fiets
doe je...
A
fietsverlichting
B
reflectoren
C
fietsverlichting en reflectoren
D
gillen en zwaaien

Slide 24 - Quizvraag


Waar hoort deze
fietsverlichting?
A
Rood licht voor Wit licht achter.
B
Wit licht voor Rood licht achter
C
Je mag zelf weten waar je welke kleur doet.
D
Naast elkaar op je stuur.

Slide 25 - Quizvraag

Als je fiets niet op orde is,
mag je er niet op fietsen.
A
waar
B
niet waar

Slide 26 - Quizvraag

Slide 27 - Video

Slide 28 - Tekstslide

Kees fietst in het donker.
Waarom moet zijn fietsverlichting aan?

Er zijn meerdere antwoorden mogelijk.
A
Dat moet alleen als hij op donkere weggetjes rijdt.
B
Dan ziet hij zelf beter waar hij fietst.
C
Dat is verplicht.
D
Licht aan hoeft alleen aan als er een auto aankomt.

Slide 29 - Quizvraag

Het is overdag. Het regent.
Moet je fietslicht aan?
A
Ja, dan ben je beter zichtbaar.
B
Nee, want je ziet het licht overdag niet
C
Nee, want dat is slecht voor het lampje

Slide 30 - Quizvraag

Slide 31 - Tekstslide

De zon staat laag.
Waarom is het veilig
om je fietslicht aan te doen?
A
Als de zon zo laag staat, werken je reflectoren niet.
B
Bij 'lage zon' zien andere bestuurders je niet goed.

Slide 32 - Quizvraag

Ken jij andere gevaren
in het verkeer?

Slide 33 - Woordweb

Slide 34 - Video

Hoeveel is de boete voor het 'ter hand houden van een telefoon' op de fiets?
A
€17
B
€70
C
€100
D
€170

Slide 35 - Quizvraag

Slide 36 - Video

Hoe staat jouw fiets erbij?
Ik heb geen fiets.
Ik moet nog verlichting regelen.
Ik heb van die crappy lampjes die je niet ziet.
Mijn fiets shined! Ik lig liever niet onder een auto...

Slide 37 - Poll

Slide 38 - Tekstslide