Van inkoopprijs naar consumentenprijs - klas 2B

Opbouw van de les
  • Welkom
  • Huiswerk:
    - oefentoets paragraaf 5.3
    - rekenvragen paragraaf 5.2 + 5.3
  • Uitleg:
    - van inkoopprijs naar consumentenprijs
    - afzet & omzet berekenen
    - inkoopwaarde & brutowinst berekenen
  • Zelfstandig werken
  • Afsluiten


1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Opbouw van de les
  • Welkom
  • Huiswerk:
    - oefentoets paragraaf 5.3
    - rekenvragen paragraaf 5.2 + 5.3
  • Uitleg:
    - van inkoopprijs naar consumentenprijs
    - afzet & omzet berekenen
    - inkoopwaarde & brutowinst berekenen
  • Zelfstandig werken
  • Afsluiten


Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide








Alex heeft een telefoonwinkel. Bij de groothandel heeft hij een iPhone ingekocht voor € 325.
Hij rekent een brutowinstmarge van 75%.
Bereken de brutowinstmarge in euro’s en vul het bedrag in.

Slide 3 - Open vraag

De inkoopprijs van de iPhone was € 325.

De brutowinstopslag is € 243,75.

Bereken de verkoopprijs (exclusief btw) en kies het juiste antwoord.
A
€ 568,75
B
€ 81,25
C
€ 688,19
D
€ 98,31

Slide 4 - Quizvraag

Slide 5 - Tekstslide

Hoeveel btw wordt over de iPhone in rekening gebracht?
A
6%
B
9%
C
19%
D
21%

Slide 6 - Quizvraag

De verkoopprijs exclusief btw is
€ 568,75. De btw is 21%.
Bereken de btw en typ deze in.

Slide 7 - Open vraag

De verkoopprijs exclusief btw is
€ 568,75. De btw bedraagt € 119,44. Bereken de consumentenprijs en kies het juiste antwoord.
A
€ 449,32
B
€ 568,75
C
€ 688,19

Slide 8 - Quizvraag

Slide 9 - Tekstslide

Inkoopprijs
Brutowinstmarge +
Verkoopprijs excl. btw
Btw +
Consumentenprijs
(verkoopprijs incl. btw)

Slide 10 - Sleepvraag

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

De consumentenprijs van een IPhone is € 688,19 (incl. 21% btw). Hoeveel is de prijs exclusief btw?

Formule = Prijs inclusief 21% btw ÷ 121 × 100 = prijs exclusief btw (verkoopprijs)

Slide 13 - Open vraag

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

In een zwembad verkoopt Ron op een dag 372 blikjes fris. De prijs van één blikje is € 2,25. Hoeveel omzet heeft Ron?

Omzet = afzet × verkoopprijs

Slide 17 - Open vraag

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Je hebt in een week € 1.500 omzet behaald. De inkoopwaarde was € 850. Bereken de brutowinst.

Brutowinst = omzet – inkoopwaarde

Slide 21 - Open vraag

Afsluiten
  • lezen: bladzijde 136, 142 + 143  
  • maken: vraag 31, 33 t/m 34 + 54 t/m 58

Slide 22 - Tekstslide