Oefenen voor toets#1

Oefenen voor de toets
Hierna komen vragen over paragraaf 2.1, 2.2 en 2.3.
Basis stof (paars) is voor iedereen
KGT (geel)  of HV (blauw) is extra als je dat niveau wil proberen

Als je het antwoord niet weet ga je eerst kijken in je boek. Je kan ook in de Lessonup zelf kijken of je het antwoord goed hebt.

Als je vragen hebt, stel ze in Teams.
1 / 29
volgende
Slide 1: Tekstslide
ScienceMiddelbare schoolvmbo, havoLeerjaar 1

In deze les zitten 29 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

Onderdelen in deze les

Oefenen voor de toets
Hierna komen vragen over paragraaf 2.1, 2.2 en 2.3.
Basis stof (paars) is voor iedereen
KGT (geel)  of HV (blauw) is extra als je dat niveau wil proberen

Als je het antwoord niet weet ga je eerst kijken in je boek. Je kan ook in de Lessonup zelf kijken of je het antwoord goed hebt.

Als je vragen hebt, stel ze in Teams.

Slide 1 - Tekstslide

Wat doen zintuigen?
A
Zintuigen zorgen ervoor dat er gecommuniceerd kan worden met de buitenwereld
B
Zintuigen zorgen ervoor dat je kan ademen
C
Zintuigen zorgen ervoor dat je kan praten.

Slide 2 - Quizvraag

Hersenen
Zenuwen
Ruggenmerg

Slide 3 - Sleepvraag

Zet in de juiste volgorde
prikkel
zintuig
bericht
zenuw
hersenen
waarneming

Slide 4 - Sleepvraag

Geluid-bronnen maken geluid door trillingen.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 5 - Quizvraag

Wat kun je meten in decibel?
A
Volume van geluid
B
Toonhoogte van geluid

Slide 6 - Quizvraag

Hoe noem je lucht die geluid overbrengt?
A
Mee-trillende stof
B
Tussenstof
C
Geluid-dempende stof
D
Geluid-remmende stof

Slide 7 - Quizvraag

In de ruimte is een vaccuum. Er is geen lucht. Wat zou je horen wanneer twee meteorieten tegen elkaar aan botsen?
A
Hetzelfde als op aarde
B
Het geluid is zachter
C
Het geluid is harder
D
Er is geen geluid

Slide 8 - Quizvraag

Hoe hard het geluid is, wordt uitgedrukt in:
A
Frequentie
B
Trillingen per seconden
C
Decibel
D
Hertz

Slide 9 - Quizvraag

Welke uitspraak over geluid is ONJUIST?
A
Geluid heeft als eenheid Hertz.
B
Geluid is trillende lucht.
C
Geluid perst luchtdeeltjes samen, waardoor de luchtdruk ter plaatse toeneemt.
D
In de ruimte hoor je geen geluid.

Slide 10 - Quizvraag

Margaret hoor een geluid van maar 50 hertz, is dit voor haar een zacht geluid?
A
Ja
B
Nee
C
Dat kan je niet zeggen
D
Dit is wisselend

Slide 11 - Quizvraag

Bij een vliegshow zie je vier startende straaljagers. De geluidssterkte die je hoort is 90dB. Wat is de geluidssterkte als er één straaljager start?
A
84dB
B
78 dB
C
87 dB
D
93 dB

Slide 12 - Quizvraag

Hoe sneller de trillingen, hoe ... het geluid
A
Hoger
B
Lager
C
Harder
D
Zachter

Slide 13 - Quizvraag

Waar dient de oorschelp voor?
A
Voor het laten trillen van het trommelvlies
B
Om het geluid op te vangen
C
Om het geluid te verplaatsen

Slide 14 - Quizvraag

Je gehoorbereik is het hoogste geluid wat je nog kan horen?
A
Juist
B
Onjuist

Slide 15 - Quizvraag

Frequentie van geluid =
A
Toonhoogte van geluid
B
Hardheid van geluid

Slide 16 - Quizvraag

Geluid dat door de oorschelp is opgevangen komt terecht in de gehoorgang.
A
juist
B
onjuist

Slide 17 - Quizvraag

Draadjes die zintuigen en spieren verbinden met het ruggenmerg of de hersenen.
A
Hersenen
B
Zenuwen
C
Zintuigen
D
Berichten

Slide 18 - Quizvraag

Zet het onderdeel van je oor bij het juiste nummer:
3
4
10
2
7
11
oorschelp
trommelvlies
slakkenhuis
gehoorbeentjes
gehoorzenuw
gehoorgang

Slide 19 - Sleepvraag

De zintuigen voor geluid vind je in ...…?
A
slakkenhuis
B
gehoorbeentjes
C
trommelvlies
D
oorschelp

Slide 20 - Quizvraag

Bij hoeveel decibel is geluid schadelijk voor je oren?
A
50 dB
B
60dB
C
90dB
D
120 dB

Slide 21 - Quizvraag

Of je gehoorschade oploopt hangt af van...
A
Hoe hard een geluid is
B
Hoe hoog een geluid is
C
Hoe oud je bent
D
Hoelang je aan een geluid wordt blootgesteld

Slide 22 - Quizvraag

Hoe werkt geluidsisolatie ?
A
Geluidsisolatie kaatst geluid terug
B
Geluidsisolatie zorgt dat er minder geluid wordt gemaakt
C
Geluidsisolatie neemt trillingen van de lucht in zich op

Slide 23 - Quizvraag

Met een decibelmeter meet je:
A
de hoogte van het geluid
B
de sterkte van het geluid
C
de hoogte en de sterkte van het geluid

Slide 24 - Quizvraag

Wat is een geluidsbron?
A
een voorwerp dat geluid maakt
B
een voorwerp dat geluid ontvangt
C
een voorwerp dat geluid doorgeeft
D
een voorwerp dat geluid maakt, doorgeeft en ontvangt

Slide 25 - Quizvraag

Wat bedoelen we met de gehoordrempel?
A
De sterkte van het zachtste geluid dat we kunnen horen.
B
Een weerstand die het geluid moet overwinnen om verder te gaan.
C
Iemand die bang is voor geluid
D
Een drempel die geluid maakt, zodat je er niet over valt.

Slide 26 - Quizvraag

Waar kan geluid zich niet doorheen bewegen?
A
Lucht
B
Water
C
Beton
D
Vacuüm

Slide 27 - Quizvraag

Is geluid een prikkel?
A
ja
B
nee

Slide 28 - Quizvraag

Via de gehoorbeentjes komt het geluid bij ...
A
het slakkenhuis
B
het trommelvlies
C
de gehoorzenuw
D
de gehoorgang

Slide 29 - Quizvraag