werkwoord aller +landen

Bonjour! 

Vandaag herhalen we het werkwoord aller= gaan en de namen van landen 
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Bonjour! 

Vandaag herhalen we het werkwoord aller= gaan en de namen van landen 

Slide 1 - Tekstslide

Voor de vertaling van in/naar + land gebruik je ;

Slide 2 - Open vraag

   aller
il/elle/on
nous
vous
ils/elles
tu
je/j'
                        allez
                           vas
                          vais
                             va
                     allons
                        vont

Slide 3 - Sleepvraag

Noem 7 Franse landennamen

Slide 4 - Woordweb

Welk voorzetsel ontbreekt?
Je vais ..... France.
A
au
B
en
C
à
D
aux

Slide 5 - Quizvraag

Nous allons ..... Etats-Unis
A
en
B
à la
C
au
D
aux

Slide 6 - Quizvraag

Marie va ..... Paris
A
en
B
à
C
au
D
aux

Slide 7 - Quizvraag

Passé composé van aller; vul aan
je suis allé(e) = ik ben gegaan
tu .... allé(e)= 
il est allé= hij is gegaan
elle est ...... zij is gegaan
nous sommes allés= wij zijn gegaan
vous .....allé(e)(s)= jullie zijn gegaan, u bent gegaan
ils .... allés =zij zijn gegaan
elles sont ....... zij zijn gegaan (vrouwelijk meervoud)

Slide 8 - Tekstslide

réponses;
je suis allé(e) = ik ben gegaan
tu es allé(e) = jij bent gegaan
il est allé= hij is gegaan
elle est allée=zij is gegaan
nous sommes allé(e)s wij zijn gegaan
vous êtes allé (e)(s)= jullie zijn gegaan,u bent gegaan
ils sont allés=zij zijn gegaan
elles sont allées= zij zijn gegaan

Slide 9 - Tekstslide

Welk woord ontbreekt?
Je ..... allé en Italie
A
ai
B
est
C
suis
D
sont

Slide 10 - Quizvraag

Nous ....... restés en Hollande.
A
sommes
B
sont
C
avons
D
êtes

Slide 11 - Quizvraag

Marc .... allé au Maroc
A
a
B
ai
C
est
D
as

Slide 12 - Quizvraag

Madame, vous .... allée en Grèce?
A
sommes
B
avez
C
êtes
D
est

Slide 13 - Quizvraag

J'.... visité Tanger.
A
suis
B
ai
C
as
D
es

Slide 14 - Quizvraag

Nous ..... adoré cette ville!
A
sommes
B
êtes
C
avez
D
avons

Slide 15 - Quizvraag

Slide 16 - Tekstslide