Monetaire zaken H2

1 / 30
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

In deze les zitten 30 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 100 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

timer
1:00
Welke functies heeft geld?

Slide 3 - Woordweb

Op mijn spaarrekening staat € 100.
Is dit chartaal geld of giraal geld?
A
chartaal
B
giraal
C
geen van beide
D
beide

Slide 4 - Quizvraag

Munten is een voorbeeld van...
A
chartaal geld
B
giraal geld

Slide 5 - Quizvraag

Ik heb op mijn bankrekening €50. Ik ga naar de bank en pin €25. Wat gebeurt er met mijn geldhoeveelheid?
A
Giraal stijgt, chartaal stijgt
B
Giraal stijgt, chartaal daalt
C
Giraal daalt, chartaal stijgt
D
Giraal daalt, chartaal daalt

Slide 6 - Quizvraag

Als je contactloos betaalt ...
wat gebeurt er dan met jouw chartale
en girale geld?
A
chartaal: blijft gelijk giraal: neemt toe
B
chartaal: neemt toe giraal: neemt toe
C
chartaal: neemt af giraal: neemt toe
D
chartaal: blijft gelijk giraal: neemt af

Slide 7 - Quizvraag

Een ander woord voor contant geld is?
A
euro
B
bankpas
C
giraal geld
D
chartaal geld

Slide 8 - Quizvraag

'Monetair' betekent ...
A
m.b.t. gelijke regels
B
m.b.t. Europa
C
m.b.t. het geld
D
m.b.t. het bbp

Slide 9 - Quizvraag

maken
1.13+1.14
timer
3:00

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

2

Slide 13 - Video

00:54
Als je betaald met schelpen is er dan spraken van directe of indirecte ruil?
A
Directe ruil
B
Indirecte ruil

Slide 14 - Quizvraag

01:41
Leg uit dat de goudsmid ervoor zorgde dat er meer geld in omloop was

Slide 15 - Open vraag

maken
2.1 t/m 2.5
timer
15:00

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Video

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Link

Over welke 2 waardes van geld gaat deze wet?

Slide 20 - Open vraag

Waarin zouden mensen gouden munten omsmelten?

Slide 21 - Open vraag

Waarom zal het goede geld verdwijnen?

Slide 22 - Open vraag

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Link

Waarom zal de overheid of banken voor een depositogarantiestelsel zijn?

Slide 25 - Open vraag

Slide 26 - Tekstslide


A
0
B
50
C
100
D
150

Slide 27 - Quizvraag

Slide 28 - Tekstslide

Hoeveel ontvangstbewijzen zijn er nu?
A
0
B
50
C
100
D
150

Slide 29 - Quizvraag

maken H2
2.1 t/m 2.15
overslaan 2.9

Slide 30 - Tekstslide