Kim haar pop.

Kim haar pop.
  1.      Kim zit op de bank. 
  2.      Ze speelt met haar pop.
  3.      Haar pop heet Pip.
  4.      Pip is zes jaar net als Kim.
  5.      Kim kleedt Pip aan.
  6.      Ze krijgt een jurk en een muts.
  7.     De jurk is geel.
  8.      De muts is rood.
  9.      Pip ziet er mooi uit.
  10.      Kim is blij met haar pop.
  11.      Ze geeft haar een zoen.
1 / 8
volgende
Slide 1: Tekstslide
Begrijpend lezenSpeciaal OnderwijsLeerroute 5

In deze les zitten 8 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

Onderdelen in deze les

Kim haar pop.
  1.      Kim zit op de bank. 
  2.      Ze speelt met haar pop.
  3.      Haar pop heet Pip.
  4.      Pip is zes jaar net als Kim.
  5.      Kim kleedt Pip aan.
  6.      Ze krijgt een jurk en een muts.
  7.     De jurk is geel.
  8.      De muts is rood.
  9.      Pip ziet er mooi uit.
  10.      Kim is blij met haar pop.
  11.      Ze geeft haar een zoen.

Slide 1 - Tekstslide

Waar zit Kim?
A
op de stoel
B
op de tafel
C
op de bank
D
op de kast

Slide 2 - Quizvraag

Hoe oud zijn Kim en Pip?
A
4 en 6 jaar
B
5 en 6 jaar
C
allebei 6 jaar
D
allebei 5 jaar

Slide 3 - Quizvraag

Wie is "haar" op regel 3?
A
Kim
B
Pip
C
mama
D
Kas

Slide 4 - Quizvraag

Wat krijgt de pop aan?

A
broek en een jas
B
jurk en een muts
C
broek en een muts
D
jas en een jurk

Slide 5 - Quizvraag

Wat geeft Kim aan het eind aan de pop?
A
een snoepje
B
een dropje
C
een kus
D
schone kleren

Slide 6 - Quizvraag

Welke kleuren hebben de jurk en de muts
A
geel en rood
B
geel en groen
C
groen en blauw
D
blauw en rood

Slide 7 - Quizvraag

Hoe heet de pop ?
A
Jans
B
Kim
C
Mik
D
Pip

Slide 8 - Quizvraag