leerlijn geld (C route) hoofdstuk 4 les 1

hoofdstuk 4 les 1
bedragen schatten en uitrekenen
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
RekenenPraktijkonderwijsLeerjaar 1

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

hoofdstuk 4 les 1
bedragen schatten en uitrekenen

Slide 1 - Tekstslide

voor deze les heb je nodig:

- gelddozen
- kladpapier voor iedere leerling
doel
Na deze les:
- Weet ik waarom het handig is om kleine bedragen te schatten
- heb ik geoefend met het schatten van kleine bedragen

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Als je schattend rekent, dan reken je niet precies.
Je rekent iets ongeveer uit.
Hoe?
Bij schattend rekenen rond je bedragen af.
Voor dat afronden zijn er afspraken gemaakt.

De cijfers 1, 2, 3, 4 worden naar beneden afgerond.
Wat is schatten van bedragen???

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Als je schattend rekent, dan reken je niet precies.
Je rekent iets ongeveer uit.
Hoe?
Bij schattend rekenen rond je bedragen af.
Voor dat afronden zijn er afspraken gemaakt.

De cijfers 5, 6, 7, 8, 9  worden naar boven afgerond.
Nog meer afspraken

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Waarom is het belangrijk dat je
geldbedragen kunt schatten?

Slide 5 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

 Afronden van geldbedragen
Als je in de winkel spullen gaat kopen, dan is het handig dat je voor jezelf
berekent hoeveel geld je ongeveer kwijt bent. Je weet dan wat het ongeveer kost. Als je wilt weten wat iets ongeveer kost, dan moet je de
geldbedragen afronden. In het voorbeeld hieronder lees je hoe je geldbedragen kunt afronden, zodat je weet wat een aantal boodschappen ongeveer kosten. Je bent dan schattend aan het rekenen.


Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Rond de prijzen af naar makkelijke bedragen:
 

Het is handig om de prijzen af te ronden naar makkelijke bedragen, waar je vlug mee kunt rekenen. Als het gaat om kleinere bedragen, dan is het handig om af te ronden naar hele of halve euro's.
 

  • De tros druiven van €5,98 wordt afgerond naar €6,00.
  • De meloen van €2,47 wordt afgerond naar €2,00
  • De bloemen van €4,03 worden afgerond naar €4,00.

Dit zijn bedragen waar je handig mee kunt rekenen.

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Tel de afgeronde bedragen bij elkaar op.
 De afgeronde bedragen kun je nu gemakkelijk bij elkaar optellen.
In dit geval wordt de som:

€6,00 + €2,50 + €4,00 = €12,50
Tel de afgeronde bedragen bij elkaar op:
 

De afgeronde bedragen kun je nu gemakkelijk bij elkaar optellen.
In dit geval wordt de som:

€6,00 + €2,00 + €4,00 = €12,00


De uitkomst:

 Sem moet aan de kasssa ongeveer €12,00 betalen. 

De meest bedragen zijn naar boven afgerond, dus het uiteindelijke bedrag aan de kassa zal iets minder zijn dan €12,00. Door bedragen af te ronden kun je dus gemakkelijk een schatting maken hoeveel iets samen kost.

Slide 9 - Tekstslide

Vertel na het bespreken van de dia dat er een aantal quiz vragen gaan volgen.

De leerlingen mogen de sommen uitrekenen op een kladblaadje.

Misschien is het handig om de eerste som samen te doen!
€ 24,98 is afgerond?
A
€ 25,-
B
€24,50
C
€24,-

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

€ 3,78 is afgerond?
A
€ 3,50
B
€ 3,-
C
€ 4,00

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoeveel is € 2,98 en € 12,15 ongeveer samen?
A
€ 14,-
B
€ 15,-
C
€ 16,-

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

€ 14,09 is afgerond?
A
€ 15,-
B
€ 14,10
C
€ 14,-

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Je wilt 4 broodjes van €2,45 per stuk en je hebt € 10,- bij je. Heb je genoeg?
A
Ja
B
Nee

Slide 14 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Je koopt vijf broodjes van €4,45 per stuk. Je hebt €20,00 bij je. Is dat genoeg?
A
Ja
B
nee

Slide 15 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

.. en nu aan de slag
Maken opdracht 1 blz. 33
Maken opdracht 2 blz. 34
Maken opdracht 3 blz. 34
Maken opdracht 4 blz. 34
Maken opdracht 5 blz. 34 en 35               Klaar!!! samen nakijken

timer
1:00

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

afsluiting van de les
Wat heb je geleerd?
Ben je tevreden over je luisterhouding?
Ben je tevreden over je werkhouding?

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies