V5maw Binding opdrachten nakijken 11-19

V5maw Binding opdrachten nakijken 11-19
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijwetenschappenMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

V5maw Binding opdrachten nakijken 11-19

Slide 1 - Tekstslide

11. Gebruik tabel 2. In tabel 2 staan beschrijvingen van het begrip integratie door deelnemers aan groepsgesprekken. 1p Geef vanuit het sociaalconstructivisme-paradigma een verklaring voor de beschrijvingen van integratie door de deelnemers uit de drie sociale categorieën in tabel 2. Gebruik in je verklaring:  een kenmerk van het sociaalconstructivisme-paradigma;  gegevens uit tabel 2 om het gekozen kenmerk te illustreren. (2022-2-19)

Slide 2 - Open vraag

11
A
1
B
0

Slide 3 - Quizvraag

12. Gebruik tekst 4 na de volgende vraag. In de benadering van de deeleconomie door Botsman zijn kenmerken van paradigma’s te herkennen. 2p Leg uit dat het conflict-paradigma te herkennen is in Botsmans benadering van de deeleconomie. Gebruik in je uitleg:  een kenmerk van het conflict-paradigma;  informatie uit tekst 4 waaruit het gekozen kenmerk blijkt. (2021-1-19)

Slide 4 - Open vraag

12
A
2
B
1
C
0

Slide 5 - Quizvraag

13. Gebruik tekst 4. In tekst 4 is econoom Rifkin, net als Botsman, enthousiast over de opkomst van de deeleconomie. Er zijn verschillende politieke dimensies, zoals de dimensie links/rechts en de dimensie progressief/conservatief. Deze dimensies hebben polen, zoals de pool links tegenover de pool rechts en de pool progressief tegenover de pool conservatief. 2p 20 Leg uit welke pool op een andere politieke dimensie te herkennen is in Rifkins lofzang op de deeleconomie. Gebruik in je uitleg:  beide polen van de gekozen politieke dimensie;  informatie uit tekst 4 die de gekozen dimensie illustreert.

Slide 6 - Open vraag

13
A
2
B
1
C
0

Slide 7 - Quizvraag

14. Gebruik tekst 4 hierboven. Individualisering wordt gezien als een positief en als een negatief proces. Sociale cohesie wordt beïnvloed door verschillende factoren. 2p 17 Leg uit of individualisering, volgens Botsman, bijdraagt aan een toename of een afname van de sociale cohesie in de samenleving. Gebruik in je uitleg:
 een omschrijving van het begrip individualisering als positief of negatief proces;
 informatie uit tekst 4 waaruit het gekozen proces blijkt;
 een factor die de sociale cohesie kan beïnvloeden;
 informatie uit tekst 4 over de gekozen factor

Slide 8 - Open vraag

14
A
2
B
1
C
0

Slide 9 - Quizvraag

15. Gebruik tekst 4. 2p 18 Leg uit of de deeleconomie, volgens Botsman, bijdraagt aan een toename of een afname van de sociale cohesie in de samenleving.
Gebruik in je uitleg:  de omschrijving van het kernconcept sociale cohesie;
 informatie uit tekst 4 waaruit een verandering van sociale cohesie blijkt.

Slide 10 - Open vraag

15
A
4
B
3
C
2
D
1

Slide 11 - Quizvraag

16. Gebruik de eerste alinea van onderstaande inleiding onder de volgende vraag. Goud kan bindingen tussen mensen versterken. Er zijn vier typen bindingen te onderscheiden. Leg uit welke twee typen bindingen, die versterkt kunnen worden door het gebruik van goud, te herkennen zijn in de inleiding. Gebruik in je uitleg:
- de namen en omschrijvingen van de twee typen bindingen;
- een voorbeeld van elk type binding uit de eerste alinea van de inleiding. (2)

Slide 12 - Open vraag

16
A
2
B
1
C
0

Slide 13 - Quizvraag

17. Gebruik de inleiding. Goud heeft een lange geschiedenis als ruilmiddel.
a Leg uit dat in het gebruik van goud als ruilmiddel een sociale institutie te herkennen is. Gebruik in je uitleg de omschrijving van het kernconcept sociale institutie.

Slide 14 - Open vraag

b Leg uit dat het kenmerk dat instituties ‘enerzijds vrij stabiel, maar anderzijds ook relatief veranderlijk zijn’ te herkennen is in het gebruik van goud als ruilmiddel. Gebruik in je antwoord:
- het gegeven kenmerk van instituties;
- informatie uit de inleiding over het gegeven kenmerk van instituties. (2)

Slide 15 - Open vraag

17
A
2
B
1
C
0

Slide 16 - Quizvraag

18. Gebruik tekst 5 na de volgende vraag. 2p 11 Geef vanuit het structureel functionalisme een verklaring voor de verandering van verzorgingsstaat naar participatiesamenleving. Gebruik in je antwoord een gegeven uit tekst 5.

Slide 17 - Open vraag

18
A
2
B
1
C
0

Slide 18 - Quizvraag

19. Gebruik tekst 5. Het ontstaan van de verzorgingsstaat heeft een aantal maatschappelijke gevolgen gehad. 2p 12 Leg uit dat de opkomst van de verzorgingsstaat heeft geleid tot het verzwakken van traditionele sociale instituties. Gebruik in je antwoord een gegeven uit tekst 5. (2015-1-11, 12)

Slide 19 - Open vraag

19
A
2
B
1
C
0

Slide 20 - Quizvraag

Hoe heb je het gemaakt?
A
goed
B
voldoende
C
onvoldoende

Slide 21 - Quizvraag

Wat ging goed?

Slide 22 - Woordweb

Wat moet je nog
meer oefenen?

Slide 23 - Woordweb

Welke opdracht wil je
in de les bespreken?

Slide 24 - Woordweb

Welk begrip wil je nog
in de les behandeld hebben?

Slide 25 - Woordweb