Hoe schrijf je een formele brief?

Hoe schrijf je een formele brief?
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Hoe schrijf je een formele brief?

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoel
Aan het einde van deze les kun je een formele brief schrijven.

Slide 2 - Tekstslide

Introduceer het leerdoel van deze les.
Wat weet jij al over het schrijven van een formele brief?

Slide 3 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Wat is een formele brief?
Een formele brief wordt gebruikt om belangrijke informatie te geven of een verzoek te doen. Het is belangrijk om de juiste toon en structuur te gebruiken.

Slide 4 - Tekstslide

Leg uit wat een formele brief is en waarom deze belangrijk is.
Adresgegevens
Begin met het adres van de afzender, gevolgd door de datum en het adres van de ontvanger.

Slide 5 - Tekstslide

Laat zien waar de adresgegevens moeten worden geplaatst en hoe deze moeten worden opgemaakt.
Aanhef
Gebruik een formele aanhef, zoals 'Geachte heer/mevrouw'

Slide 6 - Tekstslide

Beschrijf hoe je een gepaste aanhef kiest en waarom deze belangrijk is.
Inhoud
Gebruik duidelijke en beknopte taal om je boodschap over te brengen.

Slide 7 - Tekstslide

Vertel de studenten waar ze op moeten letten bij het schrijven van de inhoud van een formele brief.
Afsluiting
Gebruik een gepaste afsluiting, zoals 'Met vriendelijke groet'.

Slide 8 - Tekstslide

Leg uit hoe je een afsluiting kiest en wat je moet vermijden.
Ondertekening
Onderteken met je naam en functie of titel.

Slide 9 - Tekstslide

Laat zien waar de ondertekening moet worden geplaatst en hoe deze moet worden opgemaakt.
Opmaak
Zorg voor een professionele opmaak en vermijd fouten.

Slide 10 - Tekstslide

Geef tips over hoe je de brief er professioneel uit kunt laten zien en hoe je fouten kunt vermijden.
Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

Slide 11 - Open vraag

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

Slide 12 - Open vraag

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

Slide 13 - Open vraag

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.