Aan het einde van de les kun je A2 woorden correct gebruiken.
Aan het einde van de les heb je je woordenschat op A2 niveau uitgebreid.
1 / 10
volgende
Slide 1: Tekstslide
In deze les zitten 10 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Onderdelen in deze les
Leerdoelen
Aan het einde van de les kun je A2 woorden correct gebruiken.
Aan het einde van de les heb je je woordenschat op A2 niveau uitgebreid.
Slide 1 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Wat is A2 woordenschat?
Woorden en uitdrukkingen op A2 niveau van het Nederlands als tweede taal (NT2).
Het vermogen om woorden en uitdrukkingen op de juiste manier in context te gebruiken.
Slide 2 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Oefeningen en activiteiten
Woordassociatie: Verbind A2 woorden met bijpassende betekenissen.
Zinsvorming: Maak zinnen met behulp van A2 woorden.
Rollenspel: Gebruik A2 woorden in een gesprekssituatie.
Slide 3 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
A2 woordenschat
Woorden en uitdrukkingen die op A2 niveau van NT2 worden gebruikt.
Slide 4 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Correct gebruik van A2 woorden
Het vermogen om woorden en uitdrukkingen op de juiste manier in context te gebruiken.
Slide 5 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Samenvatting
Aan het einde van de les kun je A2 woorden correct gebruiken.
Aan het einde van de les heb je je woordenschat op A2 niveau uitgebreid.
Slide 6 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Definitielijst
A2 woordenschat: Woorden en uitdrukkingen die op A2 niveau van NT2 worden gebruikt.
Correct gebruik: Het vermogen om woorden en uitdrukkingen op de juiste manier in context te gebruiken.
Slide 7 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.
Slide 8 - Open vraag
De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.
Slide 9 - Open vraag
De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.
Slide 10 - Open vraag
De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.