In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 20 min
Onderdelen in deze les
GIDS NEDERLANDS
INFORMATIE VOOR LESSEN NEDERLANDS
Slide 1 - Tekstslide
DOEL
- je kunt officieel taalgebruik herkennen en gebruiken
officieel taalgebruik
Slide 2 - Tekstslide
Lees de tekst.
Slide 3 - Tekstslide
Welk werkwoord hoort bij overeenkomst? Wat betekent dat werkwoord?
Slide 4 - Open vraag
Welke omschrijving van cruciaal vind je in de tekst?
Slide 5 - Open vraag
Iemand in de gelegenheid stellen betekent:
A
iemand aan werk helpen
B
iemand de mogelijkheid geven
C
iemand opleiding
D
iemand verplichten
Slide 6 - Quizvraag
Welk woord in de tekst is tegengesteld aan plichten? Noteer de betekenis van beide woorden.
Slide 7 - Open vraag
OFFICIEEL TAALGEBRUIK
(FORMEEL)
In officiële brieven,
formulieren en teksten
wordt vaak
formele taal
gebruikt.
Slide 8 - Tekstslide
OFFICIEEL TAALGEBRUIK
(FORMEEL)
Lees formele teksten goed. De schrijver gebruikt namelijk ingewikkelde zinnen en moeilijke woorden. Kijk of je snapt wat de schrijver wil zeggen. Vaak staat er een synoniem dat je al kent of wordt er een omschrijving van de lastige woorden gegeven.
Slide 9 - Tekstslide
OFFICIEEL TAALGEBRUIK
(FORMEEL)
Als de betekenis van een moeilijk woord nodig is om de tekst te begrijpen, en je kunt de betekenis niet uit de tekst halen, zoek dat woord dan op in een woordenboek.
Slide 10 - Tekstslide
Noteer een synoniem voor de woorden tussen haakjes:(Gebruik zo nodig het woordenboek) Heb jij je Engelse brief (reeds) gemaakt?
Slide 11 - Open vraag
Noteer een synoniem voor de woorden tussen haakjes:(Gebruik zo nodig het woordenboek) Het werk aan de riolering in onze straat (vordert) langzaam.
Slide 12 - Open vraag
Noteer een synoniem voor de woorden tussen haakjes:(Gebruik zo nodig het woordenboek) Fietsers kunnen (beperkt) gebruikmaken van het voetpad, zolang de stratenmakers op het fietspad bezig zijn.
Slide 13 - Open vraag
Noteer een synoniem voor de woorden tussen haakjes:(Gebruik zo nodig het woordenboek) Automobilisten (ondervinden) nog steeds (hinder) van de afsluiting van de A4.
Slide 14 - Open vraag
Noteer een synoniem voor de woorden tussen haakjes:(Gebruik zo nodig het woordenboek) Ik heb een vraag (betreffende) de duur van de werkweek.
Slide 15 - Open vraag
Noteer een synoniem voor de woorden tussen haakjes:(Gebruik zo nodig het woordenboek) Na alle rellen in het uitgaansgebied in Amsterdam is de politie ieder weekeinde (present) om (ongeregeldheden) te voorkomen.
Slide 16 - Open vraag
Noteer een synoniem voor de woorden tussen haakjes:(Gebruik zo nodig het woordenboek) Ik wil je (te allen tijde) wel helpen met je boekpresentatie.
Slide 17 - Open vraag
Noteer een synoniem voor de woorden tussen haakjes:(Gebruik zo nodig het woordenboek) Leerlingen mogen geen gebruik maken van de koffieautomaat, maar deze situatie is niet (permanent).
Slide 18 - Open vraag
Kies de juiste betekenis bij de uitdrukking:
in de soep gelopen
A
mislukt
B
goed rondkijken
C
genoeg geld verdiend
D
een geheim verklapt
Slide 19 - Quizvraag
Kies de juiste betekenis bij de uitdrukking:
je ogen goed de kost geven
A
mislukt
B
goed rondkijken
C
van mijn stuk brengen
D
onthoud goed
Slide 20 - Quizvraag
Kies de juiste betekenis bij de uitdrukking:
mijn mond voorbij gepraat
A
van mijn stuk brengen
B
een geheim verklapt
C
mislukt
D
genoeg geld verdiend
Slide 21 - Quizvraag
Kies de juiste betekenis bij de uitdrukking:
niet uit het veld slaan
A
van mijn stuk brengen
B
een geheim verklapt
C
goed rondkijken
D
genoeg geld verdiend
Slide 22 - Quizvraag
Kies de juiste betekenis bij de uitdrukking:
knoop dat goed in je oren
A
mislukt
B
een geheim verklapt
C
goed rondkijken
D
onthoud goed
Slide 23 - Quizvraag
Kies de juiste betekenis bij de uitdrukking:
schaapjes op het droge
A
genoeg geld verdiend
B
een geheim verklapt
C
goed rondkijken
D
van mijn stuk brengen
Slide 24 - Quizvraag
GELEERD?
- je kunt officieel taalgebruik herkennen en gebruiken
officieel taalgebruik
Slide 25 - Tekstslide
Schrijf drie dingen op die je deze les hebt geleerd.
Slide 26 - Open vraag
Stel één vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.