MA3 2.3 t/m 2.5

MA H.2 Media
2.3 Nieuws
2.4 Invloed van de media
2.5 Geld verdienen met media

- Uitleg
- Aan de slag!
- Les afsluiten
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo, mavo, havoLeerjaar 1,2

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 8 videos.

time-iconLesduur is: 20 min

Onderdelen in deze les

MA H.2 Media
2.3 Nieuws
2.4 Invloed van de media
2.5 Geld verdienen met media

- Uitleg
- Aan de slag!
- Les afsluiten

Slide 1 - Tekstslide

Wat weet/kan ik na deze les?
Uitleg 2.3 t/m 2.5
 - Wanneer is iets nieuws?
- Persvrijheid en vrijheid van meningsuiting
- Persoonlijke of massacommunicatie?
- Wanneer is nieuws betrouwbaar?
Beeldvorming en desinformatie
- Wat is een reclame?
- Wat voor trucjes worden gebruikt bij reclame?
- Wat zijn de wettelijke regels over reclame?

Slide 2 - Tekstslide

Welke van deze is NIET communicatie?
A
Je geeft iemand die je knap vind een knipoog
B
Je steekt je duim op naar iemand die je voorrang geeft
C
Je denkt na over je huiswerk
D
Je verteld je moeder dat je naar de keet gaat

Slide 3 - Quizvraag

Welke van deze is GEEN medium?
A
Je stem
B
Je ogen
C
Je handen
D
Het zijn allemaal media

Slide 4 - Quizvraag

Wat is het verschil tussen publieke en commerciële media?

Slide 5 - Open vraag

Nieuws
Vragen om te bepalen of iets nieuws is:
- Is het actueel? (Kortgeleden gebeurt)
- Is het bijzonder? (Komt het weinig voor)
- Gaat het over belangrijke of bekende personen?
- Gebeurt het dichtbij of veraf?
- Is het interessant voor de doelgroep? (kijkers/lezers)
- Is het belangrijk voor de samenleving? (veiligheid, economie enz.)

Slide 6 - Tekstslide

Waarom de ene genocide wel en de andere niet?
Waarom kom je niet in het nieuws als je geslaagd bent?

Slide 7 - Tekstslide

Persvrijheid en vrijheid van meningsuiting
Persvrijheid: overheid mag zich niet bemoeien met wat journalisten zeggen of schrijven.

Vorm van Vvmu: kritiek op de regering, ook door de pers, moet kunnen.

Slide 8 - Tekstslide

De vrijheid van meningsuiting en pers zijn onbeperkt.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 9 - Quizvraag

Betrouwbaar nieuws
Objectief  = gebaseerd op feiten, niet aannames of leugens.

Aangeven wanneer iets subjectief (een mening) is.

Hoor- en wederhoor: alle betrokkenen laten spreken.

Bronvermelding = waar halen ze de informatie vandaan.

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Video

Reclame
Boodschappen van bedrijven om hun producten te kopen.

Kan direct: "Koop X dan wordt je leven beter!"

Of indirect: 
verborgen reclame
en manipulatie

Slide 12 - Tekstslide

Waar maakt reclame gebruik van?
Slogans: zinnen die aanspreken/in je hoofd blijven zitten.

Ideaalbeelden: Als je dit product gebruikt krijg je een ideaal lichaam of leven.

Bekende mensen & influencers.

Slide 13 - Tekstslide

Reclame volgens de wet
- Niet meer dan 12 minuten per uur
- Geen reclame voor alcohol voor jongeren
- Geen tieneridolen in alcohol reclame
- Alleen reclame voor alcohol tussen 9 en 6 'snachts
- Geen reclame voor roken 

Ook strenge regels voor reclame voor gokken

En regels voor social media en influencers.
- Moeten bijvoorbeeld duidelijk aangeven als ze door een bedrijf betaald worden.

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Video

Slide 16 - Video

Slide 17 - Video

Slide 18 - Video

Slide 19 - Video

Slide 20 - Video

Slide 21 - Video