PGFB03 - Les 10 - De Hersenen

PGFB03
Fysiologie en anatomie II - Les 10

Henriëtte Hogenhout
h.hogenhout-haverhals@aeres.nl

1 / 51
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieHBOStudiejaar 1

In deze les zitten 51 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 75 min

Onderdelen in deze les

PGFB03
Fysiologie en anatomie II - Les 10

Henriëtte Hogenhout
h.hogenhout-haverhals@aeres.nl

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Overzicht inhoud PGFB03

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Kernzin
De hersenen zijn regionaal gespecialiseerd in hun functie, en ziektes in de hersenen kunnen zich in specifieke gebieden of in de hersenen algemeen, tot uiting komen.

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lesdoelen
  1. Je moet functie, naam en plaats kennen van de grote hersenen, de hersenbalk, het limbisch systeem, de hypothalamus, de hypofyse, de epifyse, de kleine hersenen, de hersenstam en het ruggenmerg
  2. Je moet kunnen beschrijven welke hersenonderdelen betrokken zijn bij taal, spraak, emoties, geheugen en leren.
  3. Je moet kunnen beschrijven wat de symptomen en oorzaken zijn van schizofrenie, Alzheimer en Parkinson.
  4. Je moet kunnen uitleggen hoe een drugsverslaving het beloningssysteem van de hersenen beïnvloedt.

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Paragraaf 49.3
De cerebrale cortex
Tip!
https://www.bioplek.org/animaties/zenuwstelsel/zenuwennieuw.html

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De Hersenen

Slide 6 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Grote hersenen
  • Stuurt skeletspieren aan & is centrum voor leren, emoties, geheugen en waarnemen
  • Bestaat uit een schors (grijze stof) over een laag witte stof met daarin basale nuclei
  • Basale nuclei --> plannen en aanleren van beweging
  • Hersenschors (cerebrale cortex) --> onmisbaar voor bewuste beweging, leren en waarnemen
Referentie
Plaatje afkomstig uit Campbell ed. 9 Hoofdstuk 49

Slide 7 - Tekstslide



Referentie:
https://brightupstudie.files.wordpress.com/2015/10/oogzenuw-optisch-chiasma-scn-nl.jpg
2 hemisferen, met daartussen het corpus callosum (hersenbalk) 
Referentie
Plaatje afkomstig uit Campbell ed. 9 Hoofdstuk 49

Slide 8 - Tekstslide

Referentie:
Plaatje afkomstig uit Campbell ed. 9 Hoofdstuk 49
Referenties
Plaatje afkomstig uit Campbell ed. 9 Hoofdstuk 49

Slide 9 - Tekstslide

De vier kwabben van de grote hersenen zijn vernoemd naar de nabij gelegen botten van de schedel en hebben een specifieke functie.

Functies die een raakvlak hebben (bv lezen en zicht) liggen dicht bij elkaar.

Somatosensorische schors ontvangt informatie van individuele zintuigen of groepen van zintuigen

Referentie:
Plaatje afkomstig uit Campbell ed. 9 Hoofdstuk 49
Referentie
Plaatje afkomstig uit Campbell ed. 9 Hoofdstuk 49

Slide 10 - Tekstslide

Grootte van het cortex gebied geassocieerd met zintuig of spier is afhankelijk van aantal neuronen of zintuigen in dat specifieke lichaamsdeel; het gezicht neemt bv. veel ruimte in op de motorische schors omdat we heel veel kleine spieren hebben die op minutieuze wijze aangestuurd moeten worden voor de spraak.

Referentie:
Plaatje afkomstig uit Campbell ed. 9 Hoofdstuk 49
Informatieverwerking in hersenschors: motorisch
Primaire motorische schors --> piramidevormige neuronen, "doorgeefluik" & "associatiegebieden"
  • Axonen kruisen ter hoogte van het verlengde merg (links stuurt rechts aan en v. v.)
Secundaire motorische schors in prefrontale cortex --> associatiegebieden
  • Coördinatie van gecompliceerde bewegingen/beweginspatronen (pianospelen) en spraakcentrum
Via de basale ganglia gaan de motorische impulsen (gecontroleerd)  naar het ruggenmerg

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Taal en spraak
Bestuderen van hersenactiviteit --> gebieden 
       voor spraak en taal ontdekt
  • Spraakcentrum van Broca --> actief als er gesproken wordt (slechts in één hemisfeer aanwezig). Stuurt veel spieren aan.
  • Spraakcentrum van Wernicke --> actief als spraak gehoord wordt (ligt vlak bij auditief centrum)
Referentie
http://mrmikesibpsychology.weebly.com/uploads/8/8/0/8/8808968/6157566_orig.jpg

Slide 12 - Tekstslide

Pierre Broca deed postmortem onderzoek naar de hersenen van mensen die wel spraak verstonden maar niet konden spreken. Hij ontdekte schade in een specifiek gebied (linker frontale kwab, nu centrum van Broca).

Wernicke visa versa.
 

Referentie:
Plaatje afkomstig uit Campbell ed. 9 Hoofdstuk 49
Referentie
Plaatje afkomstig uit Campbell ed. 9 Hoofdstuk 49
Centrum van Broca
Centrum van Wernicke

Slide 13 - Tekstslide

Referentie:
Plaatje afkomstig uit Campbell ed. 9 Hoofdstuk 49

Slide 14 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Emoties
Ontstaan in Limbisch Systeem.
Hebben een functie in:
  • Emoties: gekoppeld aan sensorische info (lachen, huilen etc)
  • Motivatie
  • Gedrag
  • Geheugen 
Daarnaast ook koppeling met basis functioneel gedrag (agressie, seksualiteit, voeden etc)
Referentie
Plaatje afkomstig uit Campbell ed. 9 Hoofdstuk 49

Slide 15 - Tekstslide

Limbus = grens; centra van het limbisch systeem grenzen aan de hersenstam.
 
Koppelt emotionele ervaringen (amygdala in limbisch systeem) aan lichamelijke functies; bv. versnellen hartslag bij een soortgelijke situatie. 

Limbisch systeem ook gekoppeld aan hersenschors--> fysieke response.

Referentie:
Plaatje afkomstig uit Campbell ed. 9 Hoofdstuk 49
Onderdelen limbisch systeem
  • Amygdala
  • Hippocampus
  • Reukzenuw
  • Thalamus
  • Hypothalamus
Referentie
Plaatje afkomstig uit Campbell ed. 9 Hoofdstuk 49

Slide 16 - Tekstslide

Referentie:
Plaatje afkomstig uit Campbell ed. 9 Hoofdstuk 49
Amygdala
Belangrijkste taak: Emotioneel geheugen
  • Koppeling van ervaring aan emotie (autonoom)
  • Bijv. Experimenten: Plaatjes - pijn

 Bij een disfunctionele amygdala is deze koppeling afwezig.

Slide 17 - Tekstslide

Amygdala slaat ervaringen/herinneringen op en koppelt hier een emotie aan.


2 hemisferen, met daartussen het corpus callosum (hersenbalk) 
Referentie
Plaatje afkomstig uit Campbell ed. 9 Hoofdstuk 49

Slide 18 - Tekstslide


Referentie:
Plaatje afkomstig uit Campbell ed. 9 Hoofdstuk 49
Lateralisatie van  schorsfunctie
Lateralisatie = specialisatie van de hersenhelften
  • Links: Beter aangepast aan taal, rekenen, logica en verwerken van reeksen
  • Rechts: herkennen patronen, non-verbaal denken, emotionele verwerking
Belangrijke rol voor corpus callosum!
Linkshandig? Dan kan dit andersom zijn!


Slide 19 - Tekstslide

Lateralisatie: Verschil in functie tussen linker- en rechterhersenhelft; Links is bv. beter in staat tot berekeningen en logisch denken, rechts tot patroon- en gezichtsherkenning.
Communicatie tussen hersenhelften via hersenbalk (corpus callosum)
Verbreking van de verbinding stopt communicatie--> lezen van tekst door linkeroog wordt niet verwerkt door rechterhersenhelft; geen begrip van tekst.

Vraag
Een vrouw met een doorgesneden corpus callosum ziet een foto van een voor haar bekend gezicht. Ze krijgt deze eerst met haar linker gezichtsveld en dan met haar rechter gezichtsveld te zien. 

Waarom zal ze het moeilijk vinden om een naam aan het gezicht te geven?

Slide 20 - Tekstslide

Antwoord: 
Elke hersenhelft is gespecialiseerd voor verschillende onderdelen van deze taak. 
Rechts: gezichtsherkenning 
Links: spraak
Zonder de hersenbalk kunnen de hemisferen geen gebruik maken van elkaars capaciteiten om de taak uit te voeren.
Paragraaf 49.4
Geheugen en leren

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Geheugen en leren
Voor de geboorte --> een "basis"set van neuronen ligt klaar om gebruikt te worden. 

Geheugen en leren -->  het aanpassen van connecties tussen neuronen. Basisprincipe:
- Synaps (te) weinig gebruikt? Dan afgebroken!

Slide 22 - Tekstslide

Basisset neuronen liggen klaar om gebruikt te worden voor vorming zenuwcellen. Daarna strijd om te overleven--> onder invloed van een beperkte concentratie groeifactoren groeien zenuwcellen al dan niet uit. Degene die dat niet doen sterven af. 
Wanneer zenuwcellen de juiste plek hebben bereikt produceren ze zeer veel synapsen. Een deel daarvan stabiliseert en een ander deel wordt afgebroken --> synaps pruning of snoeiing. Dit gaat door tot in kindertijd.
Neurale plasticiteit
Neurale plasticiteit: Mogelijkheid van het zenuwstelsel om zich aan te passen na de geboorte.

Veranderingen kunnen de overdracht bij de synaps versterken of verzwakken.
Meeste aanpassingen --> bij de synapsen


Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Van geitenpaadje -->
snelweg (en weer terug)
Referentie
Geitenpaadje: https://s3.amazonaws.com/aws.reislogger.nl/mariecees/foto/2524701.jpg
Snelweg: 
https://cdn.pixabay.com/photo/2014/07/05/00/58/pass-road-384405_640.jpg

Slide 24 - Tekstslide

Maar ook toegangswegen (synapsen) die breder zijn--> sterker synaptisch signaal.

Referentie:
Geitenpaadje:https://s3.amazonaws.com/aws.reislogger.nl/mariecees/foto/2524701.jpg
Snelweg: https://cdn.pixabay.com/photo/2014/07/05/00/58/pass-road-384405_640.jpg
Referentie
Plaatje afkomstig uit Campbell ed. 9 Hoofdstuk 49

Slide 25 - Tekstslide

Veel activiteit--> meer synaptische bindingen en/of verlies van synaptische bindingen. Wanneer 2 synapsen vaak actief zijn op hetzelfde moment--> versterking. 

Autisme waarschijnlijk defect in neurale plasticiteit--> defect in activiteit afhankelijke remodelling.


Referentie:
Plaatje afkomstig uit Campbell ed. 9 Hoofdstuk 49
Geheugen en leren
Leren --> Neuronen vormen nieuwe verbindingen, of de sterkte van aanwezige verbindingen verandert
Korte-termijn-geheugen --> Hippocampus
  • Waarneming die al dan niet wordt opgeslagen
Lange-termijn-geheugen --> van hippocampus naar hersenschors
  • Feiten en ervaringen --> opgeslagen, en kunnen opgeroepen worden
  • Opslag (archivering) hangt af van herhaling (oefening), emoties en associaties (lesprogramma?)

Slide 26 - Tekstslide

Korte termijn--> tijdelijke verbindingen in hippocampus. 
Vervanging van verbindingen in hippocampus in verbindingen naar hersenschors. 

Voordeel van combinatie korte termijn-langetermijn waarschijnlijk koppelen van eerder geleerde met nieuwe informatie; makkelijker om nieuwe vaardigheden te leren. 
Motorisch en sensorisch geheugen
Sensorisch geheugen
  • Waarnemingen vastgelegd in limbisch systeem
  • Bijv geuren, geluiden, gezichten etc
Motorisch geheugen
  • Motorische programma's voor aangeleerde bewegingen en patronen
  • Niet bewust onthouden, nu erg moeilijk af te leren
  • Veel verbindingen met primaire motorische schors

Slide 27 - Tekstslide

Sensorisch geheugen--> vastleggen d.m.v. versterken synaptische verbindingen.
Motorisch geheugen--> vastleggen door repetitie; neuronen maken nieuwe verbindingen.
Verslaving
Dwangmatig gebruik van middelen en onvermogen dit gebruik onder controle te houden.
Langdurige veranderingen in beloningssysteem --> behoefte aan drugs (=lichamelijke verslaving) kan ontstaan

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Drugsverslaving en beloningssyteem
Hersenen belonen als je een taak doet (motivatie)
Dit (dopamine-)beloningssysteem wordt versterkt door sommige drugs
  • Bijv cocaïne, amphetamine, heroïne, alcohol en tabak

Drugs --> spelen in op de werking van dopamine

Slide 29 - Tekstslide

Beloningssysteem in hersenen beïnvloedt emoties. Dit systeem versterkt motivatie voor overleving en voortplanting. 

Neurotransmitter dopamine gereleased door zenuwcellen in kleine hersenen. Bindt aan specifieke receptoren in delen van de hersenen. 

Drugs versterken het effect van de dopamine dus de beloning. Over tijd neemt effectiviteit van dopamine af
Referentie
Plaatje afkomstig uit Campbell ed. 9 Hoofdstuk 49

Slide 30 - Tekstslide

Referentie:
Plaatje afkomstig uit Campbell ed. 9 Hoofdstuk 49

Slide 31 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Paragraaf 49.5
Ziekten aan het zenuwstelsel

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ziekten van het zenuwstelsel
Vele ziekten van het zenuwstelsel bekend!
Ontstaan is vaak een combinatie van genetische factoren en omgevingsfactoren
  Wij kijken naar:
  • Schizofrenie
  • Ziekte van Alzheimer
  • Ziekte van Parkinson

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 34 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Ziekte van Parkinson
Motorische stoornis veroorzaakt door afsterven van dopamine-producerende neuronen
Kenmerken --> moeite bewegingen in te zetten, spiertrillingen, trage bewegingen, algehele stramheid
Geen genezing mogelijk --> symptoombestrijding
Referentie
https://assets.kennislink.nl/system/files/000/239/205/large/PausClausFox.PNG?1501067697

Slide 35 - Tekstslide

Progressief.
Medicatie met medicijn L-Dopa. Wordt in de hersenen omgezet in dopamine. Of hersenchirurgie. 
Mogelijke genezing is plaatsen van nieuwe dopamine loslatende synapsen. In ratten succesvol. Mensen nog onbekend. 


Referentie:
https://assets.kennislink.nl/system/files/000/239/205/large/PausClausFox.PNG?1501067697
Schizofrenie
Ongeveer 1% van de wereldbevolking leidt aan (vorm van) schizofrenie
Kenmerken -> hallucinaties, waanideeën, afgestompte emoties
Aangedane gebieden --> Met name frontale cortex en hippocampus.
Behandeling --> richt zich op delen van de hersenen waar dopamine als neurotransmitter fungeert

Slide 36 - Tekstslide

Schizofrenie: splitsen van geïntegreerde hersenfuncties. 
Nieuwe studie wijst mogelijk op een rol van het afweersysteem.
Ziekte van Alzheimer 
Referentie
https://www.alz.org/braintour/images/alzheimer_brain.jpg

Slide 37 - Tekstslide

Karakteristiek beeld: verschrompelen van hersengebieden--> sterfte van zenuwcellen. Men denkt dat dit vooral komt door de vorming van plaques van eiwitten in de hersenen. Vorming van tangles (kluwen van tau-eiwitten kan een vroege indicator van Alzheimer zijn.

Referentie: https://www.alz.org/braintour/images/alzheimer_brain.jpg
Ziekte van Alzheimer
Degeneratieve aandoening van hersenen waarbij de patiënt soms in snel tempo dementeert.
Vernoemd naar Alois Alzheimer -> Duitse psychiater en neuropatholoog.

Slide 38 - Tekstslide

Progressief--> Hulp bij dagelijkse handelingen nodig zoals aankleden, voeding. Veel patienten verliezen de mogelijkheid om bekenden en familie te herkennen. 
Oorzaken
Tangles --> ophopingen van tau-eiwitten in zenuwcellen --> interne structuur van neuron gaat kapot

Amyloïde plaques --> abnormale clusters van dode en stervende neuronen, andere hersencellen en amyloïd-eiwitfragmenten.
  • Normaal gesproken wordt amyloïd afgebroken

Slide 39 - Tekstslide

Tau eiwitten spelen normaal een rol bij de vorming en onderhoud microtubuli--> vervoer van nutrienten rondom axonen. Microtubuli bevinden zich in cellen.

Tau eiwitten spelen waarschijnlijk vooral een rol bij een vorm van Alzheimer dat op jonge leeftijd op kan treden.


Referentie
https://www.hersenstichting.nl/dynamics/modules/SFIL0200/view.php?fil_Id=402&thumb_nr=3

Slide 40 - Tekstslide

Referentie:
https://www.hersenstichting.nl/dynamics/modules/SFIL0200/view.php?fil_Id=402&thumb_nr=3
Kenmerken Azheimer
Beginfase --> afname kortetermijn-geheugen, minder goed functioneren hippocampus (routinematig handelen gaat minder goed)
Later --> verspreiding door hersenschors. Inzicht gaat achteruit, emotionele uitbarstingen, taal aangetast
Eindfase --> Gedragsveranderingen (ronddwalen, gejaagdheid). Gezichtsherkenning en mogelijkheid tot communiceren verdwijnt. Patiënten kunnen controle over ontlasting verliezen en hebben uiteindelijk continue verzorging nodig. 

Slide 41 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Even oefenen.... :-)

Slide 42 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Een organisme zonder schakelcellen
A
Kan geen stimuli ontvangen
B
Heeft geen zenuwstelsel
C
Kan stimuli niet interpreteren
D
Heeft geen gemyeliniseerde neuronen

Slide 43 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Bij welke hersenfuncties zijn de gebieden van Broca en Wernicke betrokken?
A
Geheugen
B
Reuk
C
Spraak
D
Zicht

Slide 44 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Het korte termijn-geheugen ligt in de
A
Hersenstam
B
Hippocampus
C
Hypothalamus
D
Medulla

Slide 45 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat doet het sympatische deel van het autonome zenuwstelsel NIET?
A
Verwijding van de bronchiën
B
Remmen van de blaaslediging
C
Hartslag versnellen
D
Speekselklieren stimuleren

Slide 46 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Emoties worden gereguleerd in:
A
De hersenbalk
B
Het limbisch systeem
C
De prefrontale cortex
D
De sensorische cortex

Slide 47 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Lesdoelen
  1. Je moet functie, naam en plaats kennen van de grote hersenen, de hersenbalk, het limbisch systeem, de hypothalamus, de hypofyse, de epifyse, de kleine hersenen, de hersenstam en het ruggenmerg
  2. Je moet kunnen beschrijven welke hersenonderdelen betrokken zijn bij taal, spraak, emoties, geheugen en leren.
  3. Je moet kunnen beschrijven wat de symptomen en oorzaken zijn van schizofrenie, Alzheimer en Parkinson.
  4. Je moet kunnen uitleggen hoe een drugsverslaving het beloningssysteem van de hersenen beïnvloedt.

Slide 48 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Kernzin
De hersenen zijn regionaal gespecialiseerd in hun functie, en ziektes in de hersenen kunnen zich in specifieke gebieden of in de hersenen algemeen, tot uiting komen.

Slide 49 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

You've made it!
Referentie
http://jijislief.nl/kaarten/0000001694.jpg

Slide 50 - Tekstslide

Referentie:
http://jijislief.nl/kaarten/0000001694.jpg
To do..
Herhalen Campbell hoofdstuk 48 en 49



Slide 51 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies