Doelen formuleren oefenen

Methodisch werken
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
Pedagogisch werkMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Methodisch werken

Slide 1 - Tekstslide

Doel opstellen
Leerdoel voor de POP: 
je streeft een bepaalde gedragsverandering na

Slide 2 - Tekstslide

Je merkt dat je tijdens je werkzaamheden dat je bepaalde kennis en/of vaardigheden mist. Je wilt je hierin ontwikkelen.

Welke stappen moet je nemen?

Slide 3 - Open vraag

POP maken 
Hoe wil je naar het doel toewerken? Dit beschrijf je in het persoonlijk ontwikkelplan. Daarin staat in welke stappen het doel bereikt wordt. 


Slide 4 - Tekstslide

Uitvoeren 
  • Je voert het plan uit
  • Je houdt in de gaten of het plan goed aansluit bij jouw ontwikkel doel
  • Indien nodig pas je het plan aan
  • Jouw ontwikkeling staat centraal
  • Verandering en aanpassingen goed rapporteren 

Slide 5 - Tekstslide

Evalueren 
"Evalueren is het tussentijds of achteraf beoordelen van een activiteit of handeling op vooraf gestelde criteria. " 

Slide 6 - Tekstslide

  • Productevaluatie: zijn de doelen bereikt? Bijvoorbeeld:                                                           wat zijn de resultaten? etc.
  • Procesevaluatie: gericht op het proces. Bijvoorbeeld:                                                           Hoe is er samengewerkt? Is de juiste begeleiding gekozen? etc.


Vraag: welke product- en welke procesvraag zou je kunnen stellen als we deze les evalueren? 

Slide 7 - Tekstslide

2. Waar staat de afkorting SMART voor?

Slide 8 - Open vraag

SMART
Aandachtspunten voor het formuleren van leerdoelen
Let bij het formuleren van doelen op het volgende:
  • Een doel is altijd één vloeiende zin.
  • Alle stappen van SMART staan in deze zin.
  • Gebruik woorden als: heeft, benoemt, kan.
  • Gebruik GEEN woorden als: weet, begrijpt (dit is niet specifiek)

Slide 9 - Tekstslide

Voorbeeld:
Wanneer je vier jarige kinderen wilt leren springen ga je hier een bepaalde periode mee bezig om ze dit aan te leren. Hiervoor kun je het volgende einddoel opstellen:

Tijdens de maandafsluiting op 17 december kunnen alle vier jarige kinderen drie keer met twee voeten van de vloer springen.

Slide 10 - Tekstslide

Je merkt dat Yara moeite heeft om haar jas aan te trekken. Je gaat hier de komende vier weken met haar aan werken.

Welk doel kun je hierbij formuleren?

Slide 11 - Open vraag

Maarten verveelt zich op de BSO, hij plaagt andere kinderen.
Je weet dat hij games en sporten leuk vindt. Je wilt Maarten de komende vier weken motiveren mee te doen aan activeiten.

Welk doel kun je hierbij formuleren?

Slide 12 - Open vraag

1. Methodisch werken is een vaste, doordachte manier van werken om een bepaald doel te bereiken.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 13 - Quizvraag

2. De eerste stap in de methodische cyclus is.......
A
Uitvoeren
B
Een plan maken
C
SMART doelen opstellen
D
Beginsituatie beschrijven

Slide 14 - Quizvraag

3. De tweede stap in de methodische cyclus is.......
A
Evalueren
B
Een plan maken
C
SMART doelen opstellen
D
Beginsituatie beschrijven

Slide 15 - Quizvraag

4. De derde stap in de methodische cyclus is.......
A
Doelen formuleren
B
Een plan maken
C
Voorbereiden
D
Uitvoeren

Slide 16 - Quizvraag

6. De vierde stap in de methodische cyclus is.......
A
Doelen formuleren
B
Een plan maken
C
Evalueren
D
Uitvoeren

Slide 17 - Quizvraag

6. De vijfde stap in de methodische cyclus is.......
A
Doelen formuleren
B
Een plan maken
C
Beginsituatie beschrijven
D
Evalueren

Slide 18 - Quizvraag

5. De vierde stap in de methodische cyclus is.......
A
Doelen formuleren
B
Een plan maken
C
Evalueren
D
Uitvoeren

Slide 19 - Quizvraag

Wat heb je geleerd?
Waar zou je meer over willen weten?

Slide 20 - Open vraag