STARR

STARR reflectie
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
CommunicatieMBOStudiejaar 2,3

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

STARR reflectie

Slide 1 - Tekstslide

Stel, je hebt hard geleerd voor een toets, echt alles er aan gedaan.... en dan hoor je dat je een 3 hebt. Hoe reageer je?

Slide 2 - Open vraag

Evalueren

Slide 3 - Woordweb

Reflecteren

Slide 4 - Woordweb

Slide 5 - Video

Slide 6 - Tekstslide

Situatie
Situatie
Wat was de situatie?
Wanneer speelde de situatie zich af?
Wat speelde er?
Wie waren erbij betrokken?

Slide 7 - Tekstslide

Taak
Wat was je taak?
Wat was je rol?
Wat wilde je bereiken?
Wat werd er van je verwacht/Wat verwachtte je van jezelf in deze situatie?

Slide 8 - Tekstslide

Actie
Hoe heb je het aangepakt en waarom?
Hoe pakte je het aan?
Waarom heb je het zo aangepakt? Onderbouw dit antwoord met theoretische concepten die je opleiding heeft aangereikt of die je zelf hebt opgezocht.

Slide 9 - Tekstslide

Resultaat
Heeft het gewerkt en waarom?
Heeft het gewerkt?
Waarom wel/waarom niet?

Slide 10 - Tekstslide

Reflectie
Wat heb je ervan geleerd?
Hoe vond je dat je het hebt gedaan?
Was je tevreden met de resultaten?
Wat is de essentie van wat je geleerd hebt?
Wat zou je de volgende keer eventueel anders of beter doen?
Kun je wat je hebt geleerd ook toepassen in andere situaties?

Slide 11 - Tekstslide

Evaluatie en reflectie
Evalueren; bespreken van een situatie die zich heeft voorgedaan> gericht op de feiten
Reflectie; gericht op jouw gedrag, gevoel, leren> wat ging goed, wat kan beter, wat kan

Slide 12 - Tekstslide

wanneer kun je reflecteren
A
vooraf
B
achteraf
C
tijdens
D
alledrie

Slide 13 - Quizvraag

Een voorbeeld van een reflecterende vraag is...
A
Wat heb jij het afgelopen weekend gedaan?
B
Hoe ervaar je dat?
C
Wat bedoel je daar precies mee?
D
Je wilt zeker wandelen vandaag?

Slide 14 - Quizvraag

Reflecteren doe je...
A
Alleen als het gevraagd wordt
B
Na elke opdracht
C
Als je iets moeilijks heb gedaan
D
Als je er zin in heb

Slide 15 - Quizvraag

Wat is het doel van reflecteren met de STARR-methode?

A
Stap voor stap jezelf coachen.
B
Gericht naar je eigen handelen kijken.
C
Leren door ervaring.
D
Reflecteren is voor mij niet nodig.

Slide 16 - Quizvraag

Waarom is het belangrijk om te reflecteren?
A
Je leert van je ervaringen als je erover reflecteert.
B
Door reflectie bekijk je of je aannames en zienswijze juist of onjuist is.
C
Reflectie maakt je bewust waarom je iets doet.
D
Je wordt bewust van je onbewuste kennis.

Slide 17 - Quizvraag

Reflecteren doe je alleen.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 18 - Quizvraag

Wat is reflecteren?
A
Het beoordelen van iemands capaciteiten
B
Een ander complimenten geven
C
Negatieve feedback geven aan de ander
D
Het bewust terugkijken op situaties om ervan te leren

Slide 19 - Quizvraag

Wat betekent reflecteren
A
Jezelf observeren zonder actie te ondernemen.
B
Nadenken over hoe je je werk doet en de gevolgen daarvan.
C
Het opvolgen van feedback van collega’s.
D
Toezien op hoe anderen hun werk uitvoeren.

Slide 20 - Quizvraag

Reflecteren is hetzelfde als evalueren
A
Juist
B
Onjuist

Slide 21 - Quizvraag

Als ik reflecteer?
A
Dan kijk ik kritisch naar het gedrag van anderen.
B
Dan kijk ik van een afstand oppervlakkig naar mijn gevoel.
C
Dan kijk ik kritisch en op afstand naar mijn eigen handelen.
D
Dan kijk ik in de spiegel naar de effecten.

Slide 22 - Quizvraag


Welke vraag hoort bij het reflecteren?
A
Wat ging goed?
B
Wat ging minder goed?
C
Wat kan ik de volgende keer anders doen?
D
Alle bovenstaande antwoorden.

Slide 23 - Quizvraag

Waarom is reflecteren zo belangrijk?
A
Zodat je beter zichtbaar bent op de fiets voor auto's
B
Zodat je anderen kunt vertellen wat ze fout doen
C
Zodat je jezelf kunt blijven verbeteren en innoveren
D
Reflecteren is niet belangrijk

Slide 24 - Quizvraag

Reflecteren op mijn eigen handelen vind ik:
A
Moeilijk
B
Makkelijk
C
Ik wil er graag nog meer theorie over of heb hulp erbij nodig
D
Anders..

Slide 25 - Quizvraag