Alfa 3 17/2 Reizen

• NT2
• MBO
• Studiejaar 3

Welkom

iedereen!!!

donderdag

17 februari

2022

Deze mensen ...

• fietsen        
• ik fiets         
• de fiets       
• de fietsen 

Sommige cursisten komen met...

• de bus        
• de bussen

Ik kom naar school met ...

• de auto   
• de auto's

De trein komt aan op ...

• het station         
• de stations        

Ik ga naar Zwolle met ...

• de trein      
• de treinen

Sommige mensen reizen met ...

• het vliegtuig    
• de vliegtuigen

In een grote stad rijdt soms ...

• de tram        
• de trams      

Onder de stad rijdt soms ...

• de metro          
• de metro's       

Ik ga met ... naar Engeland.

• de boot         
• de boten      

7.1 Ik ga op reis

Je hoort Aziz, Joy en Fareed. Ze vertellen hoe ze reizen

Is de zin waar of niet waar?

1. Aziz gaat in Bunnik naar school.
2. Aziz gaat soms met de bus naar school.
   
3. Aziz gaat met de auto naar het werk.
   
4. Joy gaat met de fiets naar Zwolle.
   
5. Joy reist soms met het vliegtuig.
   
6. Fareed reist vaak met de tram of metro.
   
7. De tram en de metro gaan elke tien minuten.
   
8. Fareed gaat met de boot naar Engeland.
   

Maak de opdrachten op het werkblad.