Deze les over spreekwoorden is ontworpen voor leerlingen in het voortgezet speciaal onderwijs op taalniveau 1F tot 2F. De focus ligt op betekenisverwerving, taalbewustzijn en cultuurtaal. De les is activerend en licht van toon, om aan te sluiten bij de motivatie en belevingswereld van jongeren van ca. 16 jaar aan het einde van het schooljaar.
Lesdoelen (in leerlingtaal)
- Je weet wat een spreekwoord of gezegde is.
- Je snapt waarom mensen spreekwoorden gebruiken.
- Je kunt minstens één spreekwoord herkennen of uitleggen.
Lesopbouw (ca. 50 minuten)
Introductie– Wat is een spreekwoord? (5 min)
Uitleg met voorbeelden. Spreekwoorden zijn vaste zinnen met een figuurlijke betekenis. Gebruik voorbeelden als 'De appel valt niet ver van de boom' en 'Hij eet met lange tanden'. Laat leerlingen raden wat het betekent voordat je de uitleg geeft.
Quizvragen via LessonUp (10 min)
Klassikaal  beurten geven, uitleg geven, uitvragen, doorvragen, naar elkaar luisteren. Laat leerlingen stemmen of hun keuze toelichten. Dit biedt directe interactie en helpt bij begripsvorming.
Voorbeelden:
- Wat betekent 'Hij eet met lange tanden'?
- Welk spreekwoord klopt bij deze afbeelding?
- Wat betekent: 'Een blauwtje lopen'?