B3 H6.4 oppervlakte en omtrek cirkel
1 / 27
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Tekstslide
Hoe bereken je de oppervlakte?
A
4,5 x 4,5 x 2
B
3,2 + 4,5 : 2
C
4,5 x 3,2 : 2
D
3,2 : 4,5 x 2
Slide 5 - Quizvraag
De oppervlakte van driehoek KLM is.
A
6cm
B
6cm2
C
12cm
D
12cm2
Slide 6 - Quizvraag
LM = 2,4 cm
KM = 5,1 cm
bereken de omtrek KLM.A
8,4cm
B
13,5cm2
C
13,5cm
D
6,75cm
Slide 7 - Quizvraag
Slide 8 - Tekstslide
De diameter is groen.
Hoe lang in de diameter?
( 1 hokje is 1 cm )
A
3cm
B
6cm2
C
6cm
D
9cm
Slide 9 - Quizvraag
De straal is rood.
Hoe lang in de straal?
( 1 hokje is 1 cm )
A
3cm
B
6cm2
C
6cm
D
9cm
Slide 10 - Quizvraag
wat is juist?
A
De straal is de helft van de straal
B
De straal is de helft van de diameter
C
De diameter is 3 x de straal
D
De diameter is de straal
Slide 11 - Quizvraag
Slide 12 - Tekstslide
Slide 13 - Tekstslide
Slide 14 - Tekstslide
In welke cirkels zie je de straal getekend?
A
1 en 2
B
2 en 3
C
1 en 3
D
1 en 4
Slide 15 - Quizvraag
In welke cirkels zie je de diameter getekend?
A
1 en 2
B
2 en 3
C
1 en 3
D
1 en 4
Slide 16 - Quizvraag
Is de diameter van een cirkel 20 cm,
dan is de straal?
dan is de straal?
A
40 cm
B
10 cm
C
30 cm
D
15 cm
Slide 17 - Quizvraag
Is de straal van een cirkel 15 cm,
dan is de diameter?
dan is de diameter?
A
40 cm
B
10 cm
C
30 cm
D
15 cm
Slide 18 - Quizvraag
.
Hoe bereken je de oppervlakte?
A
πX6X6
B
πX12X12
C
πX6
D
πX12
Slide 19 - Quizvraag
.
Hoe bereken je de omtrek?
A
πX6
B
πX12
C
πX6X6
D
πX12X12
Slide 20 - Quizvraag
.
A
De oppervlakte is
1381 cm2
B
De oppervlakte is
1831 cm2
C
De oppervlakte is
8113 cm2
D
De oppervlakte is
3181 cm2
Slide 21 - Quizvraag
Slide 22 - Tekstslide
.
A
De omtrek is
283 cm
B
De omtrek is
141 cm
C
De omtrek is
231 cm
D
De omtrek is
90 cm
Slide 23 - Quizvraag
Slide 24 - Tekstslide
.
A
3,14cm2
B
628cm2
C
5712cm2
D
1257cm2
