Toets hoofdstuk 2
1 / 11
Lesduur is: 10 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Hoe bepaal je waar het gebouw op de kavel komt te staan?
A
Dat bepaalt de architect
B
Met de uitgezette rooilijnen
C
Door de ligging van de gas en waterleidingen
D
Door de plaats van de weg
Slide 2 - Quizvraag
Met het uitzetten kom je erachter dat de zijgevel over de erfgrens staat. Wat doe je?
A
Gewoon doorgaan
B
Je verplaatst de rooilijn
C
Je belt de opdrachtgever
D
Je overlegt eerst met je leidinggevende
Slide 3 - Quizvraag
De gegevens van de rooilijnen vindt je?
A
Op de detailtekening
B
In het bestek
C
De gemeente geeft de rooilijnen aan
D
Op de opdracht bon staat alles
Slide 4 - Quizvraag
Op welke hoogte stel je het bouwraam?
A
De bovenkant van de afgewerkte begane grond vloer
B
De bovenkant van de vloer
C
Hoogte van het maaiveld
D
Op de aanlegdiepte
Slide 5 - Quizvraag
Waarvoor gebruik je een pentagoon prisma?
A
Voor het oploden van profielen
B
Om jalons te lood te stellen
C
Voor het uitzetten van een hoek van 45 graden
D
Voor het uitzetten van een hoek van 90 graden
Slide 6 - Quizvraag
Waarmee stel je een jalon te lood
A
Waterpas
B
Jalonrichter
C
Pentagoonprisma
D
Rolmaat
Slide 7 - Quizvraag
Welke maten zet je op de bouwplanken?
A
De breedte van de spouwmuur
B
De maten van de binnenwanden
C
Hoogte van de fundering
D
De aanlegbreedte van de fundering en maatvoering van de spouwmuur
Slide 8 - Quizvraag
Wie verstrekt de gegevens van het peil en de rooilijnen op de bouwpaats?
A
De architect
B
De constructeur
C
De aannemer
D
De gemeente
Slide 9 - Quizvraag
waarom plaatst je de verklikpunten buiten het bouwraam?
A
Om de meetpunten veilig te stellen tijdens graagwerkzaamheden
B
Om de aansluitpunten voor water en stroom niet te beschadigen
C
Om te voorkomen dat het bouwraam door de erfgrens gaat
Slide 10 - Quizvraag
Je hebt een rechthoekig gebouw uitgezet, hoe kun je snel controleren of de hoeken haaks zijn?
A
met een waterpastoestel
B
Door de diagonalen te meten
C
Door de omtrek te meten
D
Door de korte en lange kant te meten
