4.4 Revolutie in Nederland


4.4 Revolutie in Nederland
Tijd van pruiken en revoluties (1700-1800)
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les


4.4 Revolutie in Nederland
Tijd van pruiken en revoluties (1700-1800)

Slide 1 - Tekstslide

In deze paragraaf leer je:
  • Waarom en hoe de patriotten in opstand kwamen
  • Welke politieke veranderingen plaatsvonden vanaf 1795
  • Welke invloed de Fransen hadden in Nederland

Slide 2 - Tekstslide

De patriotten
Aan het einde van de 18e eeuw heerste er grote onvrede onder de Nederlandse bevolking door het verliezen van de vierde zeeoorlog met Engeland
Deze onvrede leidde tot het ontstaan van een beweging van democraten; de patriotten
Zij waren aanhangers van de verlichting en steefden naar vrijheid, gelijkheid en democratie in Nederland
De patriotten gaven de stadhouder en de regenten de schuld van de Nederlandse zwakte

Slide 3 - Tekstslide

De patriottenopstand
Leider van de patriotten; Joan Derk van der Capellen tot den Pol riep de Nederlandse bevolking op om in opstand te komen tegen de Oranjes
De patriotten vormden groepen van gewapende burgers, vrijkorpsen
Ze namen in enkele steden de macht over
Stadhouder Willem V vluchtte van Den Haag naar Nijmegen, maar de koning van Pruisen kwam hem te hulp met een leger
Duzienden patriotten vluchtten hierdoor naar Frankrijk
Can der Capellen noemde de Oranjes 'heerszuchtige lieden' die het volk al eeuwenlang behandelden 'als hun erfelijk eigendom'.
Joan Derk van der Capellen tot den Pol

Slide 4 - Tekstslide

Politieke veranderingen van 1975
In Frankrijk vormden de gevluchte patriotten het Bataafs legioen
In 1795 trok het Bataafs legioen met een Frans leger de Republiek binnen
Regenten stonden hun macht af aan de patriotten en Willem V vluchtte naar Engeland
De patriotten riepen Nederland uit tot de Bataafse Republiek

Slide 5 - Tekstslide

Politieke veranderingen vanaf 1795
De Bataafse Republiek werd in 1798 een democratie met een grondwet
Het algemeen kiesrecht voor mannen werd ingevoerd om het eerste Nederlandse parlement te keizen
Nederland werd ook een eenheidsstaat
De overheid zorgde voor bijvoorbeeld voor nationale spellingregels, rijksbelastingen en een onderwijswet
De overheid stichtte ook openbare scholen
Deze gebeurtenissen noemen we de Bataafse revolutie
Een staat waarin lagere overheden zoals gemeenten en provincies ondergeschikt zijn aan het landsbestuur: de rijksoverheid (het rijk)
Het Nederlandse parlement in 1796

Slide 6 - Tekstslide

Koninkrijk Holland
In 1806 hief Napoleon de Bataafse Republiek op
Nederland veranderde van een democratie naar een monarchie
Nederland werd voor het eerst een koninkrijk: Napoleons broer Lodewijk werd koning
In 1810 lijfde Napoleon Nederland in bij Frankrijk
Nederland werd een Franse provincie
Maar in 1813 jaagden Russische en Pruissische troepen de Fransen weg uit Nederland
Lodewijk Napoleon: de eerste koning van Nederland

Slide 7 - Tekstslide

De Franse tijd
De jaren 1795-1813 staan bekend als de 'Franse tijd' omdat Nederland toen onder sterke Franse invloed stond
Veel vernieuwingen kwam voort uit de verlichting:
  • Zoals het metriek stelsel
  • De invoering van de dienstplicht
  • Het burgerlijk wetboek
  • De burgelijke stand
Een gehate vernieuwing waardoor duizenden Nederlanders moesten vechten in het Franse leger. Velen sneuvelden in Rusland. Maar de dienstplicht bleef na de Franse tijd bestaan.
In het burgerlijk wetboek werden gelijke rechten en plichten van alle Nederlanders vastgelegd.
Administratie van gegevens van burgers. Gezinshoofden moesten een familienaam laten registreren. Als ze die niet hadden, moesten ze er een kiezen.
Een systeem van tiendelige getallen, zoals bij de meter, de liter, het gram en bij geld

Slide 8 - Tekstslide

Leg uit wat er volgens de patriotten mis was met de Republiek.

Slide 9 - Open vraag

Welke politieke veranderingen vonden er vanaf 1795 in de Republiek plaats?

Slide 10 - Open vraag

Lodewijk Napoleon was de eerste koning van Nederland.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 11 - Quizvraag

Leg met voorbeelden uit waarom de jaren 1795-1813 bekendstaan als de Franse tijd.

Slide 12 - Open vraag

Aan de slag
Wat: Lezen 4.4 (blz.78) en maken opdracht 1 t/m 6 (blz. 100)
Klaar: Werken aan samenvattingsdossier (Classroom)

Slide 13 - Tekstslide