H1 §3 ontwikkeling in verschillende snelheden

Wat zijn belangrijke voorwaarden van een goedlopende internationale productieketen?
1 / 34
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 34 slides, met interactieve quiz, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Wat zijn belangrijke voorwaarden van een goedlopende internationale productieketen?

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe pak je dit aan?

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

 paragraaf 1.3 Verschillen in ontwikkeling

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen
• Je weet een aantal interne en externe oorzaken voor verschil in ontwikkeling te noemen.
• Je begrijpt dat in- en externe oorzaken van armoede met elkaar samenhangen.
• Je kunt door het vergelijken van verschillende kaarten aantonen dat een land een lager economisch ontwikkelingsniveau heeft
• Je beheerst de begrippen van de paragraaf.

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voorbereiding 1.3. 
Lees paragraaf 1.3. en beantwoord de vragen in je schrift.

1. Noem twee natuurlijke omstandigheden die een land meer ontwikkelingskansen geven.
2. Leg uit waarom een land zonder toegang tot zee (landlocked) vaak een nadeel heeft in de economische ontwikkeling.
3. Wat wordt bedoeld met de Gini-coëfficiënt?
4. Bekijk bron 21. Wat laat deze bron zien over de export van Ivoorkust en wat zegt dat over het ontwikkelingsniveau van dit land?
5. Leg uit waarom een hoge bevolkingsgroei in een arm land kan zorgen voor een lagere welvaart per hoofd van de bevolking.
6. In de tekst worden interne en externe oorzaken van ontwikkeling besproken. Leg uit hoe deze twee soorten oorzaken elkaar kunnen versterken.


Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Verschillen in ontwikkeling
Oorzaken
  • Intern
  • Extern

Wanneer in één land veel negatieve factoren samenvallen is de kans op armoede groter

Slide 7 - Tekstslide

• Interne oorzaken = oorzaken voor een lagere welvaart binnen een land zelf. Onderscheid tussen natuurlijke (zoals klimaat en ligging) en menselijke oorzaken (zoals politiek systeem en demografie)
• Externe oorzaken = de reden voor lage welvaart wordt gezocht in het soort relatie dat armere landen hebben met de rijkere landen (zoals koloniaal verleden en de wereldeconomie).
Geef aan per bron
in je schrift
  1. Waar gaat de bron over?
  2. Welke oorzaak (intern natuurlijk, intern menselijk, extern) 
  3. Waarom dit een verklaring kan zijn voor verschil in ontwikkeling
timer
10:00
1
2
3
4
5
6
7

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Interne oorzaken
Welke natuurlijke oorzaken vergroten de ontwikkelingskansen van een land?
  • vruchtbare grond
  • niet te bergachtig
  • voldoende neerslag
  • natuurlijke hulpbronnen
  • ligging aan zee (niet gelegen tussen andere landen)

Vraag 1
1. Noem twee natuurlijke omstandigheden die een land meer ontwikkelingskansen geven.

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Waarom is de welvaart niet eerlijk verdeeld?  
Oorzaken van de ongelijke welvaartsverdeling in de wereld:
  • Interne oorzaken --> natuurlijk (vb. droogte of gebrek aan natuurlijke hulpbronnen, of ligging landlocked) of menselijke (vb. oorlog of corruptie).
Vraag 2
2. Leg uit waarom een land zonder toegang tot zee (landlocked) vaak een nadeel heeft in de economische ontwikkeling.

Natuurlijke hulpbronnen als % van het BBP 
Landen met geen toegang tot een open zee
Corruptie-index

Slide 10 - Tekstslide

Afb 1: Landlocked countries
WAUW!
W - Wat geeft de kaart weer? (legenda)
A - Algemeen patroon? 
(waar veel/weinig)
U - Uitzondering?
W - Waarneming; Beschrijf  --> windrichting/gebieden
Of: Waar zit je naar te kijken? Check titel / legenda / bijschrift.

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Menselijke oorzaken: politiek 1
Kenmerken van het bestuur in minder ontwikkelde landen?
  • weinig of niet democratisch
  • corruptie
  • vriendjespolitiek

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Menselijke oorzaken: politiek 2
Kenmerken van het politieke systeem in ontwikkelde landen?
  • democratische rechtstaat
  • ondernemen stimuleren
  • privébezit beschermen
  • zorgen voor onderwijs en gezondheidszorg

 

    Politieke systeem: De wijze waarop een land wordt bestuurd.
    P

    Slide 13 - Tekstslide

    Deze slide heeft geen instructies

    Menselijke oorzaken: ongelijkheid
    Waarom neemt de ongelijkheid binnen een land toe wanneer deze zich economisch ontwikkelt?

    • sommige gebieden en mensen profiteren meer van de groeiende welvaart


    • Grote ongelijkheid in combinatie met een tekort aan werk kan leiden tot onrust in een land.

    Slide 14 - Tekstslide

    Deze slide heeft geen instructies

    Een grote groep jeugd. 
    Studeren en een baan

    Slide 15 - Tekstslide

    Deze slide heeft geen instructies

    Slide 16 - Tekstslide

    Deze slide heeft geen instructies

    Slide 17 - Video

    Deze slide heeft geen instructies

    Menselijke oorzaken: bevolking 2
    Welke leeftijdsopbouw is ideaal voor een land?
    • Grote, jonge bevolkingsgroep met een goede opleiding
    Waarom is dit gunstig voor een land?
    • De jongeren leveren een belangrijke bijdrage aan de ontwikkeling van het land
    Wat is een belangrijke voorwaarde voor ontwikkeling binnen een land?
    • Er moet voldoende werk zijn

    Slide 18 - Tekstslide

    Deze slide heeft geen instructies

    Demografisch voordeel? 
    De meeste mensen in werkende leeftijd. 
    Dus geen grijze en groene druk
    grijze druk
    Groene druk
    Werkende bevolking

    Slide 19 - Tekstslide

    Deze slide heeft geen instructies

    Gini-coëfficient
    Sociale ongelijkheid meten we dmv de GINI-index. De lorenzcurve is hiervan de grafische weergave. 

    • Waar is meer ongelijkheid, Brazilië of Hongarije?


    Vraag 3
    3. Wat wordt bedoeld met de Gini-coëfficiënt?

    Slide 20 - Tekstslide

    Waar is meer ongelijkheid, Brazilië of Hongarije?

    Slide 21 - Tekstslide

    Deze slide heeft geen instructies

    Menselijke oorzaken: bevolking 1



    Wat is het nadeel van een hoog geboortecijfer?
    • Het bbp moet worden gedeeld met meer mensen

    BBP: Bruto Binnenlands Product: de totale productie van goederen en diensten binnen een land.
    Vraag 5
    5. Leg uit waarom een hoge bevolkingsgroei in een arm land kan zorgen voor een lagere welvaart per hoofd van de bevolking.

    Slide 22 - Tekstslide

    Deze slide heeft geen instructies

    Externe oorzaken
    koloniaal verleden 1
    Veel arme landen van nu zijn exploitatiekoloniën geweest.


    Welke rol hadden deze landen vroeger (en nog steeds):
    • leveren van grondstoffen
    • leveren van landbouwproducten
    • leveren van laagwaardige industrieproducten



    Exploitatiekolonie: Kolonie die door het moederland gebruikt wordt als wingewest. Ontwikkeling van de kolonie komt op de tweede plaats.
    E

    Slide 23 - Tekstslide

    Deze slide heeft geen instructies

    Koloniaal verleden 2

    De VS en Australië waren vestigingskoloniën
    Waaraan kun je dat zien op de kaart?
    Vestigingskolonie: Gebied waar kolonisten zich blijvend vestigen en de kolonie opbouwen, vaak naar voorbeeld van het moederland.
    V

    Slide 24 - Tekstslide

    Deze slide heeft geen instructies

    Het grote plaatje
    Vraag 1
    1. Welke drie hoofdgroepen van landen worden genoemd in het centrum-periferiemodel, en kun je voor elk van deze groepen een voorbeeld geven?

    Slide 25 - Tekstslide

    Deze slide heeft geen instructies

    Externe oorzaken --> de relatie van een ontwikkelingsland met rijkere landen.

    Centrum-periferie model
    Dit model laat de dominante rol van rijke landen/regio's zien en de afhankelijkheid van arme landen/regio's.

    • Grondstofafhankelijkheid. Waarom is dat een probleem? 



    Slide 26 - Tekstslide

    Deze slide heeft geen instructies

    Nadelen
    1. Prijzen grondstoffen stijgen minder snel dan prijzen eindproduct
    2. Prijzen grondstoffen fluctueren op wereldmarkt
    3. Gevaar voor misoogsten

    Slide 27 - Tekstslide

    Deze slide heeft geen instructies

    Sub-Sahara historisch
    Exploitatiekolonie
    Vestigingskolonie
    Dekolonisatie

    Slide 28 - Tekstslide

    Veel arme landen van vandaag waren exploitatiekoloniën tijdens het kolonialisme, waarbij grondstoffen goedkoop werden geëxporteerd naar koloniale machten. De vroegere vestigingskoloniën behoren nu tot de rijkere landen in de wereld. Bijvoorbeeld, Brits-Indië was een exploitatiekolonie van het Verenigd Koninkrijk en is nu India, een snel ontwikkelingsland. Australië was een vestigingskolonie en is nu een welvarend land.
    Het koloniale verleden heeft de economische positie van veel voormalige koloniën beïnvloed en heeft geleid tot ongelijke economische relaties.

    Opdracht
    Stap 1: Ga naar https://oec.world/en/visualize/tree_map/hs92/export/idn/all/show/2022?slug=tree_map&slug=hs92&slug=export&slug=idn&slug=all&slug=show&slug=2022
    Stap 2: Bekijk het exportpakket van: Niger, Belgium, Angola en Cambodia. Noteer de namen van de landen en noteer hierachter wat de drie belangrijkst exportproducten zijn inclusief het percentage.
    Stap 3: Noteer erachter of volgens het exportpakken het een periferie, semi-periferie of centrumland is en leg uit waarom.
    Stap 4: Zoek zelf minstens één periferie en semiperiferie land. Leg je keuze uit aan de hand van het exportpakket.
    Stap 5: Bij je gekozen landen bij stap 4 onderzoek je of er door de tijd heen een verandering is in export. Kies verschillende jaartallen om te onderzoeken of er een ontwikkeling zichtbaar is. 


    TIP: gebruik de vertaalfunctie 
    Vraag 4
    4. Bekijk bron 21. Wat laat deze bron zien over de export van Ivoorkust en wat zegt dat over het ontwikkelingsniveau van dit land?

    Slide 29 - Tekstslide

    Deze slide heeft geen instructies

    Slide 30 - Tekstslide

    Deze slide heeft geen instructies

    Maak opdrachten 1 t/m 4 online!
    Je mag met oortjes muziek luisteren

    Slide 31 - Tekstslide

    Deze slide heeft geen instructies

    Ook binnen landen kan een groot verschil in welzijn ontstaan.

    Slide 32 - Tekstslide

    Deze slide heeft geen instructies

    Kennen we ook ongelijkheid in Nederland? Zo ja, welke gebieden?

    Slide 33 - Open vraag

    Deze slide heeft geen instructies

    Maak opdrachten 1 t/m 6
    Klaar? --> maak box 1.3 online!


    Slide 34 - Tekstslide

    Deze slide heeft geen instructies