Pak je schrift en beantwoord de volgende vragen:
Schrijf 3 woorden op die in jou opkomen als je ‘hindoeïsme’ hoort?
Hoe heb jij in je dagelijkse leven te maken met het Hindoeïsme? Ken je bijvoorbeeld Hindoes?
Kijk op blz. 27 van je boek – noem minstens 2 landen waar het Hindoeïsme de grootste godsdienst is.
Wat wil je leren over het Hindoeïsme?