Chapter 5. H + I

Chapter 5. H. Speaking and Stones + 
I. Writing and Grammar
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 3

In deze les zitten 19 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

Chapter 5. H. Speaking and Stones + 
I. Writing and Grammar

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

H. Speaking and Stones
Talking about jobs and industries

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Worksheet Jobs
Make the worksheet on jobs. You have 5 minutes.
timer
5:00

Slide 3 - Tekstslide

https://learnenglishteens.britishcouncil.org/sites/teens/files/jobs_-_exercises.pdf
Word order in English
De woordvolgorde in Engels is meestal: 
subject - verb - object - place - time
who - does - what - where - when

Deena ate breakfast
Deena ate breakfast on the train
Deena ate breakfast on the train this morning
10

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Make a good sentence using these words:

I - her - yesterday - in town - met

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Make a good sentence using these words:

drink - at school - a glass of soda - I - everyday

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Make a good sentence using these words:

five minutes ago - went - Billy - next door - to his friend

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Make a good sentence using these words:

to Amsterdam - We - tomorrow - travel

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Make a good sentence using these words:

ice cream for all the first years - on Wednesday - buys - in the Spar - Mrs. Broekhof

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bijwoord van tijd
Deze zet je altijd tussen Wie en Doet
Mrs. Broekhof often buys ice cream for all the first years in the Spar on Wednesday
Who - bijwoord - does - what - where - when

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bijwoorden van tijd
Already
After
Before
Eventually
In the morning / evening / afternoon
Recently
Today
Yesterday

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Make a good sentence using these words:

I - get - early - up - usually

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Make a good sentence using these words:

I - in my room - on the weekends - sometimes - watch television

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Make a good sentence using these words:


ill - He - always - on Sundays - is

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

I. Writing & Grammar

Simple & Complex Sentences

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Grammar I
Er bestaan 3 soorten zinnen:
- Simple sentences Heeft 1 onderwerp en 1 persoonsvorm
- Compound sentences --> Kan meerdere onderwerpen en persoonsvormen hebben

Grammar I
Simple sentences Enkelvoudige zin met 1 onderwerp en 1 persoonsvorm

We have bought some tickets for next week
Compound sentences
Samengestelde zin van 2 enkelvoudige zinnen. Dit doe je met deze voegwoorden:
for, so, and, nor, but, yet and or

 

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Word game
Maak zinnen door de zinsdelen in de juiste volgorde te leggen. Uiteindelijk moeten er 3 kloppende zinnen uitkomen. 
Zin klaar? Dan schrijf je je zin op het bord.
timer
10:00

Slide 18 - Tekstslide

  • I used to wait tables at a restaurant, but now I stack shelves at a supermarket
  • Mike, who had an early shift, was handing out free samples to all the people in the crowd
  • Jane put all her time in Math and Dutch, so she keeps falling behind in other subjects
Huiswerk
Maak de opdrachten van H + I
Klaar? Check of je de opdrachten van F + G al af hebt

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies