Herhaling/oefenstof

Bonjour! 

Ga aan de slag, je herhaalt nog even een paar belangrijke onderdelen!
1 / 31
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

In deze les zitten 31 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Bonjour! 

Ga aan de slag, je herhaalt nog even een paar belangrijke onderdelen!

Slide 1 - Tekstslide

je
tu
il/elle/on
nous
vous
ils/elles
Combineer de juiste vorm van 'être' met het onderwerp
être (zijn)
Combineer de juiste vorm van être met het goede persoonlijk voornaamwoord
suis
es
est
sommes
êtes
sont

Slide 2 - Sleepvraag

Vul de juiste vorm van het werkwoord être in.

1. Elle ..... au collège.

Slide 3 - Open vraag

Vul de juiste vorm van het werkwoord être in.

2. Ma mère ...... dans le salon.

Slide 4 - Open vraag

Vul de juiste vorm van het werkwoord être in.

3. Nous .... à la plage.

Slide 5 - Open vraag

Vul de juiste vorm van het werkwoord être in.

4. ils ...........dans la chambre de Chloé.

Slide 6 - Open vraag

Vul de juiste vorm van het werkwoord être in.

5. Vous ........ où?

Slide 7 - Open vraag

avoir
=
  hebben



Sleep de juiste vorm van avoir naar het bijbehorende persoonlijk voornaamwoord
il/elle/on
nous
vous
ils/elles
tu
je/j'
                     avons
                          ont
                             ai
                        avez
                            as
                              a

Slide 8 - Sleepvraag

Vul de juiste vorm van het werkwoord avoir in.

1. il ....... un frère

Slide 9 - Open vraag

Vul de juiste vorm van het werkwoord avoir in.

2. Olivier et Damien ....... un chien.

Slide 10 - Open vraag

Vul de juiste vorm van het werkwoord avoir in.

3. Mon prof ..... des élèves sympas.

Slide 11 - Open vraag

Vul de juiste vorm van het werkwoord avoir in.

4. J'........ 13 ans.

Slide 12 - Open vraag

Het bezittelijk vnw 

Weet je ze nog?

Slide 13 - Tekstslide

Voorbeelden
1. Marc est mon frère.
2. Ils sont tes parents.
3. C'est sa maison
4. C'est notre voiture.
5. Ce sont vos livres.
6. Ils font leurs devoirs.

Slide 14 - Tekstslide

La famille:
le frère
de broer
de familie
de moeder
de zus
la soeur
la famille
la mère

Slide 15 - Sleepvraag

Voici (mijn)..... soeur
A
mon
B
ma
C
mes
D
son

Slide 16 - Quizvraag

Ce sont (mijn) ....... parents
A
mon
B
ma
C
mes
D
tes

Slide 17 - Quizvraag

(haar) ...... oncle

Slide 18 - Open vraag

(onze) ...... chien

Slide 19 - Open vraag

(jouw) ..... tante

Slide 20 - Open vraag

Apprendres unité 2 
Geef de Nederlandse vertaling van de woorden

Slide 21 - Tekstslide

L'anniversaire=

Slide 22 - Open vraag

meilleur ami=

Slide 23 - Open vraag

la grand-mère=

Slide 24 - Open vraag

le train=

Slide 25 - Open vraag

l'animal=

Slide 26 - Open vraag

J'adore la musique=

Slide 27 - Open vraag

C'est génial!=

Slide 28 - Open vraag

Le cousin=

Slide 29 - Open vraag

Maman=

Slide 30 - Open vraag

Fin
FIN

Slide 31 - Tekstslide