8.1 Orgaanstelsels en verbranding

Orgaanstelsels + verbranding

1 / 31
volgende
Slide 1: Tekstslide
Mens & NatuurMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

In deze les zitten 31 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Orgaanstelsels + verbranding

Slide 1 - Tekstslide

Sleep de afbeelding naar het juiste orgaanstelsel
Ademhalings-
stelsel
Spier
stelsel
botten
stelsel
bloedvaten
stelsel

Slide 2 - Sleepvraag

GROOT
klein
Orgaanstelsel
Organisme
Cel
Weefsel
Orgaan

Slide 3 - Sleepvraag

Cel
Weefsel
Orgaan
Orgaanstelsel
Tong
Skelet
Huidweefsel
Schimmelcel

Slide 4 - Sleepvraag

Sleep van klein naar groot
Klein
Groot
DNA
Orgaanstelsel
Cel

Slide 5 - Sleepvraag

Van groot naar klein
Organisme - orgaanstelsel - orgaan - weefsel - cel - celorganel
Aantekening

Slide 6 - Tekstslide

Orgaanstelsel
Aantal organen die samenwerken aan dezelfde taak


Aantekening

Slide 7 - Tekstslide

Orgaanstelsel: een groep samenwerkende organen

Slide 8 - Tekstslide

Orgaan
Deel van een organisme met een eigen taak 
Aantekening

Slide 9 - Tekstslide

Hoeveel organen kan jij noemen behorend bij het beenderstelsel?

Slide 10 - Woordweb

Weefsel
Groep cellen met dezelfde vorm én taak
Aantekening

Slide 11 - Tekstslide

Cellen
Bouwstenen (legoblokjes) van je lichaam. 
Aantekening

Slide 12 - Tekstslide

Celorganen
De "organen" (onderdelen)  van een cel
Aantekening

Slide 13 - Tekstslide

Wat is weefsel?

Slide 14 - Open vraag

Van klein naar groot:
Organisme, Orgaan, Cel, Organenstelsel, Weefsel

Slide 15 - Open vraag

Uit welke drie onderdelen bestaat een dierlijke cel?

Slide 16 - Open vraag

Dierlijke cel
Bestaat uit 3 celorganellen:
  1. celmembraan
  2. celkern
  3. cytoplasma

Slide 17 - Tekstslide

Dierlijke cel
Celkern - regelt alles in de cel
Cytoplasma - stroperige vloeistof
Celmembraan - regelt welke stoffen in en uit de cel gaan
Aantekening

Slide 18 - Tekstslide


Wat is waar?
A
Cel 1: Plantaardige cel Cel 2: Dierlijke cel
B
Cel 1: Dierlijke cel Cel 2: Plantaardige cel

Slide 19 - Quizvraag

Hoe heet nummer 2?
A
Celkern
B
Celplasma
C
Celmembraan

Slide 20 - Quizvraag

Zijn de grote hersenen een orgaan, een organenstelsel of een weefsel?


A
orgaan
B
organenstelsel
C
weefsel

Slide 21 - Quizvraag


Welk orgaanstelsel wordt
hier weergegeven?
A
Beenderstelsel
B
Bloedvatenstelsel
C
Ademhalingsstelsel
D
Verteringsstelsel

Slide 22 - Quizvraag

Sleep de afbeelding naar het juiste orgaanstelsel
Ademhalings-
stelsel
Spier
stelsel
botten
stelsel
bloedvaten
stelsel

Slide 23 - Sleepvraag

Verbranding
Aantekening

Slide 24 - Tekstslide

Verbranding
Vind in elke cel van een organisme plaats!

Zuurstof + Glucose
=
Water + koolstofdiode + energie

Slide 25 - Tekstslide

Wat is de juiste manier om de verbranding op te schrijven?
A
Zuurstof + energie => Glucose + water + koolstofdioxide
B
Water + zuurstof => Glucose + koolstofdioxide
C
Zuurstof + glucose => Water + koolstofdioxide + energie
D
Water + koolstofdioxide => glucose + zuurstof

Slide 26 - Quizvraag

Welke stoffen ontstaan er na de verbranding?
A
Water & koolstofdioxide
B
Glucose & zuurstof
C
Glucose en water
D
Zuurstof en koolstofdioxide

Slide 27 - Quizvraag

Welke stoffen zijn nodig voor verbranding?
A
Water & koolstofdioxide
B
Glucose & zuurstof
C
Glucose en water
D
Zuurstof en koolstofdioxide

Slide 28 - Quizvraag

Vindt verbranding overdag plaats? Vindt fotosynthese overdag plaats?
A
Verbranding niet, fotosynthese wel.
B
Verbranding wel, fotosynthese niet.
C
Verbranding wel, fotosynthese wel.
D
Verbranding niet, fotosynthese niet.

Slide 29 - Quizvraag

Uitscheiding

Slide 30 - Tekstslide

Uitscheiden
Afvalstoffen worden uit je lichaam gebracht.

Slide 31 - Tekstslide