6.3 Bloedvaten

H6 Transport
6.3 Bloedvaten / lymfevaten
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolmavoLeerjaar 4

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

H6 Transport
6.3 Bloedvaten / lymfevaten

Slide 1 - Tekstslide

Kleine bloedsomloop
Hart - Longen - Hart

Taak: 
Zuurstof opnemen in het bloed
Koolstofdioxide afgeven aan de lucht in de longen

Slide 2 - Tekstslide

Grote bloedsomloop
Hart - organen - Hart

Taak:
Organen van zuurstof voorzien
Afvalstoffen bij organen weg vervoeren

Slide 3 - Tekstslide

Bloedvaten
wat zijn de verschillen?

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slagaders en aders
Slagaders, ARTERIE=> Brengen bloed naar een orgaan toe
Aders, VENE=> Brengen bloed uit een orgaan terug naar het hart
Haarvaten, CAPILLAIR =>Hier worden stoffen uitgewisseld tussen het bloed en de 
weefsels.

Slide 8 - Tekstslide

Het lymfevatstelsel bestaat uit:
1.  Lymfevaten
2. Lymfeknopen / klieren
3. Milt , amandelen in de keel en de thymus
 
TAAK LYMFESTELSEL

  • vocht terugbrengen naar bloed. Is een onderdeel van het circulatiestelsel


Slide 9 - Tekstslide

Wat doet je lymfestelsel
Lymfevaten lijken op aders. Slappe wand, kleppen, lage druk.

Lymfevaten komen samen in lymfeknopen. 
Hier zitten witte bloedcellen
De witte bloedcellen zuiveren de lymfe (doden ziekteverwekkers).

Slide 10 - Tekstslide

lymfe
  • Weefselvloeistof dat niet teruggaat in de haarvaten wordt afgevoerd door het lymfestelsel ->lymfe.
  • In de lymfeknopen wordt de lymfe gezuiverd van ziektekiemen.( stofzuigers)
  • daarnaast maken de lymfeknopen witte bloedcellen.
  • De lymfevaten komen samen in enkele grote aders, vlakbij het hart. ( boveste holle ader )

Slide 11 - Tekstslide

Lymfestelsel
Thymus: leert de lymfocyten welke stoffen tot het eigen lichaam behoren en welke stoffen lichaamsvreemd zijn. (orgaan in de hals) 
Bij infecties worden in de lymfeknopen veel nieuwe lymfocyten aangemaakt, om de indringers onschadelijk te maken → klieren zetten op → lymfeklierzwelling. 
 
De lymfocyten werken niet alleen tegen micro-organismen, maar ook tegen ‘verkeerde’ cellen, vooral tegen kankercellen. 
Het lymfevocht passeert voor het weer terecht komt in de bloedbaan eerst een aantal lymfeknopen of lymfeklieren. De belangrijkste lymfeknopen vinden we in de liezen, de oksels, de hals en de darmwand.

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Video

VRAGEN?

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide


Welke drie soorten bloedvaten zijn er?
A
Aorta, slagaders en aders
B
Aorta, aders en haarvaten
C
Aorta, slagaders en haarvaten
D
Slagaders, aders en haarvaten

Slide 16 - Quizvraag


Hoe loopt de kleine bloedsomloop
(heel kort)?
A
hart, longen, hart
B
hart, lichaam, hart
C
lichaam, hart
D
longen, hart

Slide 17 - Quizvraag

Wat is de volgorde van de
grote bloedsomloop?
A
Rechter kamer, aorta, organen en weefsels, onderste en bovenste holle ader, linker boezem
B
Rechter kamer, onderste en bovenste holle ader, organen en weefsels, aorta, linker boezem
C
Linker kamer, aorta, organen en weefsels, onderste en bovenste holle ader, rechter boezem
D
Linker kamer, onderste en bovenste holle ader, organen en weefsels, aorta, rechter boezem

Slide 18 - Quizvraag

In welke slagader is de bloeddruk het hoogst?
A
Aorta
B
armslagader
C
hoofdslagader
D
longslagader

Slide 19 - Quizvraag

Wat is de functie van de kransslagaders?
A
Zuurstof naar het hart brengen
B
Zuurstof bij het hart ophalen
C
Koolstofdioxide naar het hart brengen
D
Koolstofdioxide bij het hart ophalen

Slide 20 - Quizvraag

Wat geeft nummer 2 aan?
A
Ader
B
Slagader
C
Haarvat
D
Aorta

Slide 21 - Quizvraag

Welk groot bloedvat ontspringt uit de rechterkamer van het hart?

A
bovenste holle ader
B
longslagader
C
aorta
D
longader

Slide 22 - Quizvraag

hoeveel hartkleppen heeft het hart?
A
2
B
3
C
4
D
6

Slide 23 - Quizvraag

Dankzij hartkleppen stroomt bloed niet terug in de:
A
Boezems
B
Kamers

Slide 24 - Quizvraag

Waarmee wordt de rechter en linker helft van het hart gescheiden?
A
hartkleppen
B
kleppen
C
harttussenwand

Slide 25 - Quizvraag