Hoofdpersonen en bijfiguren

Hoofdpersonen en bijfiguren
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Hoofdpersonen en bijfiguren

Slide 1 - Tekstslide

Deze les
- lezen
- terugblik
- lesdoel
- uitleg
- aan de slag
- evaluatie

Slide 2 - Tekstslide

Lezen
timer
20:00

Slide 3 - Tekstslide

Wat is het verschil tussen fictie en non-fictie?

Slide 4 - Open vraag

Lesdoel
Aan het einde van deze les kun je uitleggen wat het verschil is tussen een hoofdpersoon en een bijfiguur.


Slide 5 - Tekstslide

Waar denk je aan
bij het woord
hoofdpersoon?

Slide 6 - Woordweb

Wat is volgens jou het verschil tussen een hoofdpersoon en een bijfiguur?

Slide 7 - Open vraag

De laatste jaren is er een nieuwe term opgedoken: hoofdpersoonsyndroom (of main character energy in het Engels). Wat betekent dit denk je?

Slide 8 - Open vraag

Slide 9 - Link

Hoofdpersoon
Over de hoofdpersoon kom je te weten:
- wat hij of zij denkt en voelt;
- wat zijn of haar karaktereigenschappen zijn (bijvoorbeeld verlegen, zelfverzekerd, nieuwsgierig of egoïstisch)

Hoofdpersonen leer je goed kennen in een boek, daarom kun je je inleven in het karakter.

Slide 10 - Tekstslide

Bijfiguren
Bijfiguren vervullen een rol ten opzichte van de hoofdpersoon (helper of tegenstander).
Ze worden eenvoudig beschreven (vaak maar één eigenschap) 
Je komt van de bijfiguren soms het uiterlijk te weten. 

Slide 11 - Tekstslide

Wat ga je doen?
Beschrijf van het boek.

Wie is de ik-persoon in dit boek?

Wie is de hoofdpersoon, denk je? Leg je antwoord uit.
Welke verhaalfiguur boeit je het meest?
Is er iemand over wie niets werd gezegd, maar die toch belangrijk is?
Wat vind je van de hoofdpersoon en van haar besluit om naar New York te vliegen?
Zou je dit zelf ook doen als je in haar schoenen stond?



Slide 12 - Tekstslide

Lesdoel
Aan het einde van deze les kun je uitleggen wat het verschil is tussen een hoofdpersoon en een bijfiguur.

controlevraag:
Wat leer je wel kennen van een hoofdpersoon, maar niet van een bijfiguur?


Slide 13 - Tekstslide