2.4 welk werk kun je doen deel 2

• Mens & Maatschappij
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 1

H2 paragraaf 2.4

Deze les:

Herhalen vorige les:

- Welke 3 beroepssectoren zijn er in Nederland?

- Wat zijn in rijke landen de grootste beroepssector?

- Welke beroepsector is het grootst in arme landen?

Nieuwe stof:

- Wat is consumeren?

- Wat is produceren?

- Waarom worden veel producten in ontwikkelingslanden gemaakt?

Welke 3 beroepssectoren zijn er?

Welke beroepssector is het grootste in Nederland?

1. Landbouw
2. Dienst
3. Industrie

Welke beroepssector is het grootst in arme landen?

1. Landbouwsector
2. Dienstensector
3. Industriesector

Benoem iets wat jij de afgelopen tijd hebt gekocht

Consumeren

Wanneer mensen iets kopen, zijn ze aan het consumeren.

Wanneer jij iets koopt, ben je een consument

Wat heb jij gisteren gegeten en wie is hierbij betrokken geweest?

Produceren

Stel, jij koopt een frikadelbroodje.

Veel mensen zijn daar mee bezig geweest.

De makers van dit product noem je de producent.

Vaak zijn er mensen uit verschillende sectoren mee bezig geweest

Heb jij iets aan, of thuis, wat niet in Nederland is gemaakt? Zo ja, wat?

Ontwikkelingslanden

Veel producten die wij hier komen, zijn gemaakt in ontwikkelingslanden.

Daar zijn de lonen namelijk veel lager!

Ook kinderen werken: kinderarbeid

Nu:

Maak cursus 2.4 af

Heb je dat af?

Maak de Test Jezelf achter in het boek

Heb je dat af?

Maak de topografie opdrachten