Periodieke grafieken

Welkom
Periodiek verband

1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo t, havo, vwoLeerjaar 2

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Welkom
Periodiek verband

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoelen
Ik weet wat een periodieke grafiek is
Ik kan de periode van een grafiek uitrekenen en tekenen
Ik kan de evenwichtstand van een  periodieke grafiek uitrekenen en tekenen.
Ik kan de amplitude van een periodieke grafiek uitrekenen 
Ik kan de frequentie van een periodieke grafiek berekenen

Slide 2 - Tekstslide

Uitleg theorie

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Video

Periodieke verbanden
Periodiek verband
Periode                      
Evenwichtsstand  
Amplitude                
Frequentie               
In een periodieke grafiek is sprake van schommeling om een horizontale evenwichtslijn met een vaste periode.
de periode is de kortste tijd die het duurt tot de grafiek zich herhaalt
evenwichtsstand is het midden tussen met maximum en het minimm van de grafiek (maximum +minimum) :2
amplitude is het verschil tussen het miximum (of het minimum) en de evenwichtsstand 
frequentie is het aantal perioden dat past in een tijdseenheid (bijvoorbeeld een dag of een uur)
bladzijde 12

Slide 5 - Tekstslide

Evenwichtsstand
Periode
Amplitude

Slide 6 - Sleepvraag

Wat is de periode ?
3 seconde

Slide 7 - Tekstslide

3,5
3,5

Slide 8 - Tekstslide

Wat is de evenwichtsstand ?
(9+1) = 10
10:2=5

5 is de evenwichtsstand

Slide 9 - Tekstslide

3,5
1,5

Slide 10 - Tekstslide

Wat is de amplitude ?
van 9 (max) naar evenwichtsstand op 5= 4

amplitude is 4

Slide 11 - Tekstslide

15
5
6
Periode
Evenwichtsstand
Amplitude

Slide 12 - Sleepvraag

Wat is van de grafiek hiernaast de periode?
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 13 - Quizvraag

Wat is de amplitude?
A
0 m
B
30 m
C
20 m
D
15 m

Slide 14 - Quizvraag

Slide 15 - Tekstslide

Wat is de frequentie per uur?
  • STAPPENPLAN:
  • periode is 8 min
  • 1 uur = 60 minuten
  • 60 : 8 = 7,5
  • de frequentie is 7,5 per uur

Slide 16 - Tekstslide

Wat is de frequentie per uur?
A
90 per uur
B
30 per uur
C
1,5 per uur
D
40 per uur

Slide 17 - Quizvraag

Wat is de frequentie per minuut1
A
1 : 0,05 = 20
B
60 : 0,005 = 12000
C
1 : 0,10 = 10
D
60 : 0,10 = 600

Slide 18 - Quizvraag

Wat is in de grafiek hiernaast de periode?

Slide 19 - Open vraag

Wat is de frequentie per minuut?

Slide 20 - Open vraag