Herhaling §3.1 en 3.2

H3 Nederland en Indonesië
    Herhaling §3.1 en 3.2
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

H3 Nederland en Indonesië
    Herhaling §3.1 en 3.2

Slide 1 - Tekstslide

Wie was de eerste Nederlander in Indonesië?
A
Cornelis de Manhout
B
Columbus
C
Cornelis de Houtman
D
Indonesië was al ontdekt

Slide 2 - Quizvraag

Waarom wilden de Nederlanders de route naar Indonesië weten?
A
Vonden ze leuk
B
Om specerijen te eten
C
Om kaarten te maken
D
Om winst te maken met de specerijenhandel

Slide 3 - Quizvraag

Welke vier rechten heeft de VOC in Indonesië?

Slide 4 - Open vraag

Wat is een gouverneur-generaal?
A
De militair leider van de VOC
B
De leider van de marine van de VOC
C
Hoogste Nederlandse bestuurder in Indië
D
De coach van de VOC

Slide 5 - Quizvraag

Wat groeide er op de Banda-eilanden?
A
Peper
B
Zout
C
Kaneel
D
Nootmuskaat

Slide 6 - Quizvraag

Waarom werd de bevolking van de Banda-eilanden uitgemoord?

Slide 7 - Open vraag

Wie was Multatuli?
A
Max Havelaar
B
Max Verstappen
C
Een schrijver
D
Een koffiemaker

Slide 8 - Quizvraag

Waarom werd zijn boek zo bekend?
A
Hij schreef over de misstanden in Indonesië
B
Hij schreef over de bestanden in Indonesië
C
Hij schreef over de winsten in Indonesië
D
Hij schreef over Max Verstappen

Slide 9 - Quizvraag

Wat voor invloed heeft zijn boek gehad?
A
Geen
B
Dat Max Verstappen de GP in Assen won
C
Dat het cultuurstelsel uiteindelijk werd afgeschaft
D
Dat het cultuurstelsel uiteindelijk bleef

Slide 10 - Quizvraag

Welk woord hoort er niet bij?
A
KNIL
B
Modern imperialisme
C
Nederland
D
Afrika

Slide 11 - Quizvraag

Wat is inheemse
A
Uit een ander land
B
Uit het land zelf

Slide 12 - Quizvraag

De ethische politiek bracht vrede
A
Waar
B
Niet waar

Slide 13 - Quizvraag

De ethische politiek bracht welvaart en ontwikkeling voor iedereen
A
Waar
B
Niet waar

Slide 14 - Quizvraag

Vanaf ongeveer 1900 vonden veel Nederlanders dat Nederland niet alleen moest verdienen aan Indonesië. Nederland moest het land ook helpen met bijvoorbeeld onderwijs en ziekenzorg.

Onder welke naam staan deze plannen bekend?
A
batig slot
B
ethische politiek
C
kolonisatie

Slide 15 - Quizvraag

Na 1870 kreeg Nederland meer macht in Indonesië.

Met welk gevolg kreeg Nederland al snel te maken?
A
Er werd meer gevochten tussen Indonesiërs onderling.
B
Er werd minder vaak gevochten tussen Nederlanders en Indonesiërs.
C
Het verzet van de Indonesiërs tegen de Nederlanders nam toe.

Slide 16 - Quizvraag

Tussen 1900 en 1945 groeide het nationalisme in Indonesië.

Welke oorzaak voor de groei van het nationalisme is juist:
A
de invoering van de Ethische Politiek
B
de Nederlandse belofte van onafhankelijkheid
C
de toename van de Indonesische bevolking

Slide 17 - Quizvraag

Maken
blz. 119 Examentraining

Opdr. 1 t/m 7

Slide 18 - Tekstslide