Herhaling hoofdstuk 6 en start 7 mask jaar 4

Online les 31 januari 2022
Klas 4C 
1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijkundeMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 4

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

Online les 31 januari 2022
Klas 4C 

Slide 1 - Tekstslide

Programma 
* Herhaling hoofdstuk 6
* Start hoofdstuk 7 
* maken opdrachten 6 en 7 

Slide 2 - Tekstslide

Herhaling hoofdstuk 6 
Het Parlement 

Slide 3 - Tekstslide

Taken van het parlement
De belangrijkste taken van een Kamerlid zijn:
- (mede)wetgevende taak: het parlement stemt op wetsvoorstellen. 
- controlerende taak: het parlement controleert of het kabinet hun werk goed doet.
Om deze taken goed te kunnen uitvoeren, heeft het parlement een aantal rechten. 




kabinet
ministers en staatssecretarissen

Slide 4 - Tekstslide

Hoe komt een wet tot stand?
1 Er is een maatschappelijk probleem.
2 Een minister of een Tweede Kamerlid maakt een wetvoorstel om het maatschappelijk probleem op te lossen. 
3 De Tweede Kamer debatteert over het wetsvoorstel.
4 Tweede Kamerleden kunnen het wetsvoorstel eventueel wijzigen.
De Tweede Kamer stemt  over de wijzigingen en over het definitieve wetsvoorstel.
De Eerste Kamer stemt over het wetsvoorstel.
De Koning en de verantwoordelijke minister ondertekenen het wetsvoorstel.
De wet wordt gepubliceerd in de Staatscourant.

Slide 5 - Tekstslide

Het parlement bestaat uit
A
ministers en staatssecretarissen
B
ministers en koning
C
Tweede Kamer
D
Eerste en Tweede Kamer

Slide 6 - Quizvraag

Hoeveel zetels heeft de Tweede Kamer?
A
120
B
100
C
150
D
175

Slide 7 - Quizvraag

Hoeveel zetels moet je minstens hebben voor een meerderheid in de Tweede Kamer?
A
38
B
75
C
76
D
150

Slide 8 - Quizvraag

Hoeveel zetels moet je minstens hebben voor een meerderheid in de Eerste Kamer?
A
38
B
75
C
76
D
150

Slide 9 - Quizvraag

Wat is GEEN taak van het parlement?
A
(Mede)wetgevende taak
B
Uitvoerende taak
C
Controlerende taak

Slide 10 - Quizvraag

Eerste Kamer 

Tweede Kamer

Direct gekozen door de bevolking.
Indirect gekozen door de Provinciale Staten.
Kijken of er fouten staan in de wet en erover stemmen. 
Wetten bedenken, veranderen en stemmen. 

Slide 11 - Sleepvraag

Wat is het recht van Amendement?

Slide 12 - Open vraag

Hoofdstuk 7 
Politieke besluitvorming
Blz 78 en 79 

Slide 13 - Tekstslide

Leerdoelen
* Je weet hoe het proces van politieke besluitvorming werkt.
* Je kan uitleggen hoe pressiegroepen de politieke besluitvorming beïnvloeden.
* Je weet wat jij kan doe om de politiek te beïnvloeden. 

Slide 14 - Tekstslide

Politieke besluitvorming = 
De manier waarop wetten en regels tot stand komen. 

Slide 15 - Tekstslide

Voorbeelden van een maatschappelijk probleem

Slide 16 - Woordweb

Het besluitsvormingsproces
Vier fasen hoe een wet tot stand komt:

  1. Wens wordt politiek probleem > komt op de politieke agenda. 
  2. Bedenken van een oplossingen > wetsvoorstel/ plan maken 
  3. Besluit nemen > wet door volksvertegenwoordiging goed laten keuren 
  4. Uitvoeren van het besluit > checken of iedereen zich aan de wet houdt

Als fase 4 klaar is begint het weer opnieuw --> terugkoppeling. 

Slide 17 - Tekstslide

Fase 2: Bedenken van oplossingen voor het probleem
Politici bepalen welke problemen prioriteit krijgen

Moet een probleem opgelost worden?
>fase beleidsvoorbereiding begint
>ambtenaren en bestuurders (wethouders/gedeputeerden/ ministers/ kamerleden) bedenken wetsvoorstellen en maatregelen

AMBTENAREN spelen een grote rol bij de beleidsvoorbereiding. Zij zijn vaak experts, hebben specialistische kennis, bereiden wetten voor.  

Slide 18 - Tekstslide

Fase 3 – beslissen over probleem
Eerst nemen bestuurders een voorlopig besluit. Vervolgens kijken
de volksvertegenwoordigers (parlement, provinciale staten, gemeenteraad) naar het besluit (en kan het recht van initiatief- en amendement worden gebruikt)

Pressie- en belangengroepen proberen  nog
invloed uit te oefenen. Zodra de volksvertegenwoordiging een besluit heeft genomen is deze fase  afgelopen.

Het besluit is bijna altijd een compromis: alle partijen geven wat toe. 
Er is een meerderheid nodig om een wet aan te nemen 
 

Slide 19 - Tekstslide

Fase 4 – besluit uitvoeren
Ambtenaren die voor de minister/gedeputeerde/wethouder werken zorgen voor de uitvoering van de wet of maatregel.  Iedereen moet geïnformeerd worden. 

Het tot stand komen van overheidsbeleid is nu niet definitief afgelopen. 

Terugkoppeling 
Er zijn altijd reacties uit de samenleving (pressie- OF belangengroepen, burgers etc.), dit noem je terugkoppeling. Dit kán leiden tot  nieuwe besluitvorming

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Video

Pressiegroepen
Pressiegroepen > groep die bepaalde belangen nastreven en hiermee de besluitvorming willen beïnvloeden.  Ook wel belangengroep genoemd:  Greenpeace, LAKS, Bont voor Dieren, Amnesty International, vakbonden, Wakker Dier

Hoe kunnen zij druk uitoefenen?
  • publieke opinie beïnvloeden
  • lobbyen = steun vragen voor standpunten aan politici > Er is vaak direct contact met bestuurders. 
  • Demonstreren of staken   
PRESSIEGROEPEN ZETTEN MACHTSMIDDELEN IN OM DRUK UIT TE OEFENEN



Slide 22 - Tekstslide

Machtsmiddelen
Bruikbare machtsmiddelen zijn: 
  1. Kennis/ deskundigheid
  2. Grootte van de groep
  3. Geld > voor posters/ reclames
  4. Formele mogelijkheden (klacht indienen of naar de rechter)
  5. Toegang tot media > beroemd zn.
  6. Toegang tot politici 
  7. Een aansprekende leider
  8. functie/beroep (bv zitting hebben in een advies of bestuursorgaan)
Macht= de mogelijkheid om het gedrag van anderen te beïnvloeden
Let op: 
Bij de Analys Maatschappelijk Vraagstuk 
kan je de machtsmiddelen die men kan 
inzetten herkennen en benoemen. 

Slide 23 - Tekstslide

Wat zijn de functies van media?

  • Agendafunctie > journalisten schrijven over problemen en zo komt het op de politieke agenda
  • Informatieve functie > Media informeert over politieke gebeurtenissen en besluiten. Denk aan het journaal en bijvoorbeeld Nu.nl 
  • Meningsvormende functie > Kranten, nieuwsites ed. informeren over beleid en geven commentaar. Zo kunnen lezers hun mening vormen. 
  • Controlerende functie > Media in rol van 'waakhond van de democratie'  Controle op beleid, nevenfuncties, verdiensten etc. 
  • Spreekbuisfunctie > Pressiegroepen of andere belanghebbenden kunnen via de media hun mening geven. Bv. interview of ingezonden brieven/mail  
Let op: Bij de Analys Maatschappelijk Vraagstuk kan je de verschillende functies van de media herkennen en benoemen. 

Slide 24 - Tekstslide

Invloed van burgers op politiek
Pressiegroepen, ambtenaren,  politieke partijen en media kunnen dus invloed uitoefenen op poltiieke besluiten. Hoe kan de burger de besluitvorming beïnvloeden? 
  • Door te stemmen of door lid te worden van een politieke partij
  • Door contact op te nemen met een politicus
  • Door gebruik te maken van je spreekrecht 
  • Men kon een verzoek voor een referendum indienen (afgeschaft in 2018)
  • Lid worden van-  of een pressiegroep oprichten
  • Demonsteren, handtekeningen verzamelen, de media inschakelen 
  • Een klacht of bezwaarschrift indienen
  • De Nationale Ombudsman inschakelen

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Video

Huiswerk 
* Maken examenopdrachten blz 76 en 77
* Maken opdrachten hoofdstuk 7 blz 84-87

Slide 27 - Tekstslide