Bronverwijzingen

We gaan nu 10 minuten lezen
timer
10:00
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 4,5

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

We gaan nu 10 minuten lezen
timer
10:00

Slide 1 - Tekstslide

Programma
  • Actualiteit
  • uitleg kwaliteit bronnen 
  • Opdracht duo's kwaliteit bronnen
  • Uitleg verwijzing in tekst en literatuurlijst
  • Bronnen zoeken voor je synthesetekst (min. 5 bronnen)
  • Belangrijke informatie uit de bronnen selecteren.

Slide 2 - Tekstslide

Leerdoelen
  • Je bent op de hoogte van de actualiteit en kunt meepraten over actuele onderwerpen.
  • Je kan beoordelen of een bron kwalitatief goed is.
  • Je weet of jouw 5 bronnen goed bruikbaar zijn.
  • Je kan correct via de APA methode verwijzen in de tekst.

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Link

Hoe weet je of een bron betrouwbaar is?

Slide 6 - Open vraag

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Link

Opdracht in tweetallen
  • Zoek een of twee bron/bronnen passend bij het onderwerp dat je gekozen hebt voor je synthesetekst.
  • In tweetallen gaan jullie elkaar feedback geven op elkaars bronnen.
  • Na 10 minuten kun je vertellen:
  • Welke bronnen kwalitatief goed zijn en welke niet. Je kunt ook uitleggen waarom ze goed zijn en waarom niet.

Slide 9 - Tekstslide

Welke feedback heb je gekregen ?

Slide 10 - Open vraag

Verwijzen in de tekst
Waarom? 
  1. Ik wil weten van welke bron de tekst afkomstig is. Zo kan ik controleren of het betrouwbaar en van kwaliteit is.
  2. Geen plagiaat. Je moet niet doen alsof de informatie die een ander heeft gevonden van jou komt.
Hoe
1. Parafraseer, zet de tekst uit de bron in je eigen woorden neer.
2. Verwijs naar de oorspronkelijke bron

Slide 11 - Tekstslide

Op weg naar een instellingsbreed plagiaatbestrijdingsbeleid
Eindrapport DU-project plagiaatpreventie in de praktijk
Ook bewustwording van de problematiek bij docenten is van belang. Voor de student is het belangrijk dat het docententeam een zelfde boodschap op het gebied van plagiaat communiceert. Aandacht in discussieteams en voorlichting kan hier bij helpen.
Hoe kun je dit parafraseren?
Stichting OER (2006) concludeert in haar onderzoek dat bewustwording bij docenten, een homogene boodschap, voorlichting en discussieteams voor een instellingsbreed plagiaatbestrijdingsbeleid erg belangrijk zijn.

Slide 12 - Tekstslide

Hoe verwijs je in de tekst?
  • Je parafraseert de tekst van de huidige bron (eigen woorden), na de alinea schrijf je de naam van de schrijver en het jaartal van het artikel. 
  • Geen schrijver? Schrijf de organisatie, bv Amnesty International of de krant Volkskrant.
  • Meerdere schrijvers? Tot drie schrijvers noteer je ze allemaal. bv (Dijkstra, Wolf en Zwaagstra, 2021). Bij twee schrijvers (Dijkstra en Wolf 2021). Bij meer dan 3 (Dijkstra et al. 2021)
  • Geen datum? (Dijkstra, z.d.)

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Stel: Meneer het Lam schrijft een boek in 2018, genaamd: studiefinancieringsstelsel: waarom geld van de overheid krijgen leuk is. Hij laat dit uitgeven door uitgeverij Het Lammetje in Utrecht. Hoe verwijs je naar deze bron in de tekst?

Slide 15 - Open vraag

Hoeveel bronnen heb jij nu gevonden bij je onderwerp?
1
2
3
4
5

Slide 16 - Poll

Voor de volgende les
 heb je 5 bronnen verzameld en heb je de belangrijke informatie gemarkeerd.
Klaar: groepeer je informatie in deelonderwerpen, zie de opdracht in de classroom.

Slide 17 - Tekstslide