Onderzoek naar Stikstofproblematiek en Eutrofiëring in de Biesbosch

Onderzoek naar Stikstofproblematiek en Eutrofiëring in de Biesbosch
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Onderzoek naar Stikstofproblematiek en Eutrofiëring in de Biesbosch

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen
Aan het einde van de les kun je de invloed van stikstof op plantengroei en de gevolgen voor de biodiversiteit uitleggen. Aan het einde van de les kun je de stappen van de stikstofkringloop in de juiste volgorde zetten. Aan het einde van de les kun je uitleggen wat eutrofiëring is en wat de oorzaken en gevolgen ervan zijn voor het aquatisch ecosysteem.

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat weet je al over de stikstofproblematiek en eutrofiëring in de Biesbosch?

Slide 3 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

De Biesbosch als natuurgebied
In het dorp Werkendam, aan de rand van de Biesbosch, constateert visser Jakob een afname van vispopulaties.

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Problematiek rondom afnemende vispopulaties
Leerling Emma onderzoekt de afname van vispopulaties en ontdekt dat de waterkwaliteit verslechterd is door stikstofverbindingen.

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De rol van Emma in het onderzoek naar stikstofproblematiek
Door middel van werkbladen en onderzoek gaan de leerlingen de oorzaken van de stikstofproblematiek en de mogelijkheden voor herstel van vispopulaties onderzoeken.

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bronnen van stikstof en de impact op waterkwaliteit
Leerlingen leren over de stikstofkringloop, de invloed van kunstmest en de gevolgen van eutrofiëring.

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De stikstofkringloop en de plaats van natuurlijke en kunstmest
Stikstofkringloop: een natuurlijk proces waarbij stikstof door verschillende vormen en verbindingen circuleert tussen de atmosfeer, de bodem en levende organismen. Kunstmest: een door de mens gemaakte substantie die plantengroei stimuleert, vaak rijk aan stikstofverbindingen en andere mineralen.

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Eutrofiëring en de gevolgen voor het aquatisch ecosysteem
Eutrofiëring: het proces waarbij een overmatige hoeveelheid voedingsstoffen, zoals stikstof, leidt tot een explosieve algengroei in waterlichamen, wat nadelige ecologische effecten heeft.

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De invloed van stikstof op plantengroei en biodiversiteit
Fotosynthese: een proces waarbij planten lichtenergie gebruiken om koolstofdioxide en water om te zetten in glucose en zuurstof.

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Definitielijst
Stikstofkringloop: een natuurlijk proces waarbij stikstof door verschillende vormen en verbindingen circuleert tussen de atmosfeer, de bodem en levende organismen. Eutrofiëring: het proces waarbij een overmatige hoeveelheid voedingsstoffen, zoals stikstof, leidt tot een explosieve algengroei in waterlichamen, wat nadelige ecologische effecten heeft. Kunstmest: een door de mens gemaakte substantie die plantengroei stimuleert, vaak rijk aan stikstofverbindingen en andere mineralen. Fotosynthese: een proces waarbij planten lichtenergie gebruiken om koolstofdioxide en water om te zetten in glucose en zuurstof.

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

Slide 12 - Open vraag

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

Slide 13 - Open vraag

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

Slide 14 - Open vraag

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.