10.4 Lorentzkracht

V5natk4
10.4: Lorentzkracht

Ga naar LessonUp en doe mee met de les 
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
NatuurkundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

V5natk4
10.4: Lorentzkracht

Ga naar LessonUp en doe mee met de les 

Slide 1 - Tekstslide

Na deze les kun je
  • Verschillende situaties herkennen waarin de Lorentzkracht optreedt.
  • Voorspellen wat het effect is van een magneetveld op een stroomdraad en op een geladen deeltje.
  • De Linkerhandregel toevoegen aan je arsenaal van handregels. 
  • Rekenen met de formule(s) voor de Lorentzkracht, bijvoorbeeld om
De grootte en richting van het magneetveld te bepalen dat CERN nodig heeft om protonen met 99,999% van de lichtsnelheid in hun baan in de cirkelvormige LHC te houden. 

Slide 2 - Tekstslide

Wat is de Lorentzkracht?
  • Bewegende lading in een magneetveld ondervindt een kracht, loodrecht op de bewegingsrichting: de Lorentzkracht.

  • De richting van de Lorentzkracht bepaal je met de linkerhand-regel (de L van Lorentz en Links).

Slide 3 - Tekstslide

Een handiger (hehe) alternatief voor de FBI-regel uit het boek

Slide 4 - Tekstslide

De stroom in het staafje gaat naar
A
Links
B
Rechts
C
D

Slide 5 - Quizvraag

Demo
Stroomvoerend staafje in een magneet

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Als er stroom gaat lopen, rolt het staafje
A
naar links
B
naar rechts
C
nergens heen

Slide 8 - Quizvraag

Slide 9 - Tekstslide

Demo
Twee parallelle stroomdraden 

Slide 10 - Tekstslide

Het magneetveld in Q wijst
A
de tekening in
B
de tekening uit

Slide 11 - Quizvraag

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Stroom I gaat naar rechts door de zwarte draad met lengte L.
Het magneetveld B is in de richting van de groene pijlen.
De Lorentzkracht bereken je met:
A
FL = B. I . L
B
FL = B. I . L . cos 𝛼
C
FL = B. I . L . sin 𝛼
D
FL = B. I . L . tan 𝛼

Slide 14 - Quizvraag

Formule(s)
FL op een stroomdraad: FL = B . I . L
                                            = B⟘ . (Q/t) . L
                                          =  B⟘ . Q . L/t
                                          =  B⟘ . Q . L/t
                
FL op een geladen deeltje: FL = B . q . v

(Bis de component van B loodrecht op I of v)

Slide 15 - Tekstslide


De Lorentzkracht op het elektron is correct getekend in 
A
a
B
b

Slide 16 - Quizvraag

Bewegend geladen deeltje in een magneetveld

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

De lading q is
A
positief
B
negatief

Slide 19 - Quizvraag

Het is onmogelijk een elektron (ongeacht de beginsnelheid) te versnellen met een magneetveld. Leg uit waarom.
timer
1:00

Slide 20 - Open vraag

Oefenen!

Oefen met de Quiz "De richting van de Lorentzkracht"
(op Classroom)

Slide 21 - Tekstslide