werkwoordspelling alles

Welkom!
1
WELKOM!
2
Werkboek
  Laptop
Leg op tafel:
Log in:
1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 2

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Welkom!
1
WELKOM!
2
Werkboek
  Laptop
Leg op tafel:
Log in:

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Volgende week: SO H1.7 en H1.8
Test jezelf: H1.7 en H1.8
Versterk jezelf -> leestekens -> vraagteken, punt,
  uitroepteken
Versterk jezelf -> werkwoordspelling -> OTT
NUMO: maak de oefentaken die klaar staan.
  Deze week

  • Herhalen voor de hoofdstuktoets!




  Volgende week

  • Dinsdag 7 april - hoofdstuktoets 3/4

Slide 2 - Tekstslide

Ik zal een aantal herhalingstaken klaarzetten in NUMO voor het SO.
Werkwoordspelling
tegenwoordige tijd
verleden tijd
voltooide tijd

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Tegenwoordige tijd
Het gebeurt nu 

Gebruik het werkwoord 'lopen' 

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Verleden tijd
Het is geweest

ik-vorm + de(n)
ik-vorm + te(n)

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

voltooide tijd
Het is geweest 
Altijd een werkwoord hebben of zijn 
ge, be, ver, ont, her

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Werkwoordspelling
Tegenwoordige tijd
'lopen'
Verleden tijd
ik-vorm + de(n)
ik-vorm + te(n)
Voltooide tijd
hebben / zijn 
ge, be, ver, ont, her

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bij IK, schrijf je ...
A
IK-vorm
B
IK-vorm + t

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Bij HIJ / ZIJ / HET, schrijf je ...
A
IK-vorm
B
IK-vorm + t

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Als JIJ achter de PV staat, schrijf je ...
A
IK-vorm
B
IK-vorm + t

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Ik 
Hij
vind 
vindt
loop
wordt
loopt
word
antwoordt
antwoord
biedt
bied

Slide 12 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

0

Slide 13 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is de juiste vorm van het werkwoord in tegenwoordige tijd?
Hij (dansen) de tango.

Slide 15 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is de juiste vorm van het werkwoord?

(drinken) jij graag thee?
A
drink
B
drinkt

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoe schrijf het werkwoord in de verleden tijd?

Hij (rekenen) het bedrag uit.

Slide 17 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoe schrijf je het werkwoord in de verleden tijd?

Wij (zetten) de pot op tafel.

Slide 18 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 19 - Tekstslide

Goed of fout?
Het gaat hier om de voltooide tijd.
- ingepakt: goed (want je hoort de 't' in: ingepakte; of gebruik 't ex-Kofschip: de 'k' zit erin) 
- bezorgt: fout! (je hoort een 'd' in bezorgde; of kijk naar 't ex-Kofschip: daar zit de 'g' niet in.)

(Let op: 'bezorgt' is wel goed in de tegenwoordige tijd! Hij bezorgt het pakje.)
Hoe schrijf je het voltooid deelwoord?

Zij hebben (betalen).
A
betaalt
B
betaald

Slide 20 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat vind je van werken online?
Probeer de regel van spelling uit te leggen
Afsluiten
wat is het moeilijkste van spelling?
Wil je ergens uitleg over?

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aan de slag!
Ga zelfstandig verder met de werkbladen. 
Its Learning - bronnen - Nederlands-  werkwoordspelling

Morgen moeten deze werkbladen af zijn! 

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 23 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Is het werkwoord de PV ja of nee?

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 25 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 26 - Video

Deze slide heeft geen instructies