2-5 Berekeningen (2.2)

Berekeningen (blz. 71)
Benodigheden
- Boek, schrift, iPad
- Pen, potlood, geo
- Rekenmachine


Tassen in
de tassenkast
Telefoons in de telefoontas
Bluetooth 
- AAN
- VPN uit
    SPOORBOEKJE:
- Lesdoelen (5 min)
- Inhoud (15 min)
- Zelfstandig werken 
     (20 min)
- Nakijken (8 min)
- Afsluiting (2 min)
1 / 34
volgende
Slide 1: Tekstslide
NatuurkundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

In deze les zitten 34 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Berekeningen (blz. 71)
Benodigheden
- Boek, schrift, iPad
- Pen, potlood, geo
- Rekenmachine


Tassen in
de tassenkast
Telefoons in de telefoontas
Bluetooth 
- AAN
- VPN uit
    SPOORBOEKJE:
- Lesdoelen (5 min)
- Inhoud (15 min)
- Zelfstandig werken 
     (20 min)
- Nakijken (8 min)
- Afsluiting (2 min)

Slide 1 - Tekstslide

                       Lesdoelen:
- De spanning van batterijen in serie en in parallel berekenen.

- Onderscheiden tussen parallel en serieschakelingen

- Leg het verschil uit tussen dikke en dunne batteirjen

- Leg uit wat adapters doen.

Slide 2 - Tekstslide

Spanning groter maken
Als je een hogere spanning nodig hebt moet je batterijen in serieschakeling koppelen (+ van een aan - van ander)

3 batterijen van 1,5 V = 4,5 V

Een batterij van 9 V bestaat uit 6 kleine 1,5V batterijtjes

Slide 3 - Tekstslide

Berekening:
De accu van een laptop levert 14,4 V cellen van 3,6V. Hoeveel batterijen zijn hier in serie geschakeld?

14,4:3,6 = 4

Slide 4 - Tekstslide

Serie schakeling





- Netto spanning 3 V
- Voordeel: Hogere spanning
Parallel schakeling





- Netto spanning 1,5 V
- Voordeel: gaat langer mee
EXTRA UITLEG

Slide 5 - Tekstslide

Dikke en dunne batterijen
Alle batterijen zijn 1,5 V
Dik - meer stof - gaan langer mee


Slide 6 - Tekstslide

Capaciteit:
  • De hoeveelheid elektriciteit opgeslagen in een batterij.
  • Wordt opgegeven in mAh
  • 2 000 mAh gaat twee keer zo lang mee als een batterij van 
       1 000 mAh

Slide 7 - Tekstslide

Extra uitleg:

Slide 8 - Tekstslide

Adapter:
  • Zet 230 V netspanning om naar accu spanning 
  • en wisselspanning in gelijkspanning

Slide 9 - Tekstslide

Q - Wat brandt feller?
A
12 V 1A
B
12V 2A
C
even fel

Slide 10 - Quizvraag

Wat is de spanning?

A
0V
B
6V
C
18V
D
36V

Slide 11 - Quizvraag

Wat is de spanning?
A
0V
B
12V
C
48V

Slide 12 - Quizvraag

Wat is de spanning?
A
0V
B
6V
C
12V
D
24V

Slide 13 - Quizvraag

Wat voor voordeel heeft een dikke batterij?
A
Het gaat langer mee
B
Het levert een hogere spanning
C
Het levert meer stroom
D
Het past in de nodige apparaten

Slide 14 - Quizvraag

Welke gaat langer mee
A
0,1mA
B
0,09 mA

Slide 15 - Quizvraag

Batterijen die in serie geschakeld zijn, leveren samen een hogere spanning dan losse batterijen.
A
waar
B
niet waar

Slide 16 - Quizvraag

Een windmolen bevat een grote dynamo.
A
waar
B
niet waar

Slide 17 - Quizvraag

Oplaadbare batterijen gaan sneller leeg dan normale batterijen.
A
waar
B
niet waar

Slide 18 - Quizvraag

Een adapter zet gelijkspanning om in wisselspanning.
A
waar
B
niet waar

Slide 19 - Quizvraag

Een batterij met een hogere capaciteit gaat langer mee.
A
waar
B
niet waar

Slide 20 - Quizvraag

Een batterij met een hogere capaciteit levert een hogere spanning.
A
waar
B
niet waar

Slide 21 - Quizvraag

Maak opgaven 30 t/m 36 (blz. 72)
ALS JE KLAAR BENT: doe dan ook opgaven 28 en 29
timer
20:00
REGELS:
  • Schrijven in je schrift (ieder in zijn eigen schrift)


  • Hulp: je boek, de docent en elkaar
  • Jullie mogen de vragen ook als een groepje maken

  • Over 20 minuten bespreken we de opgaven
Maak je tekeningen in 33 en 34 in potlood en met liniaal!

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Tekstslide

Slide 29 - Tekstslide

Slide 30 - Tekstslide

Slide 31 - Tekstslide

Slide 32 - Tekstslide

Slide 33 - Tekstslide

Les afsluiting:
  • De spanning van batterijen die in serie geschakeld zijn tel je bij elkaar op om de totale spanning te krijgen.
  • Als batterijen in parallel geschakeld zijn, blijft de spanning hetzelfde, maar de capaciteit neemt toe.
  • Grotere batterijen hebben een grotere capaciteit.

Slide 34 - Tekstslide