26mei
1 / 14
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 2 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 3 - Video
Deze slide heeft geen instructies
Slide 4 - Tekstslide
Er zijn nog meer vormen van seksuele oriëntatie en genderidentiteit die niet heteroseksueel of cisgender zijn: daar staat de + voor.
Heteroseksueel betekent dat je je aangetrokken voelt tot personen van een ander geslacht. Bijvoorbeeld als een man zich aangetrokken voelt tot vrouwen.
Cisgender is iemand bij wie de genderidentiteit overeenkomt met het geboortegeslacht. Bijvoorbeeld als iemand geboren is als vrouw en zich ook zo voelt.
Lhbtqia+ wordt soms anders geschreven, bijvoorbeeld lhbt of lhbti+. Vaak wordt daarmee het hetzelfde bedoeld. Maar wat betekenen deze woorden, en waar vind je meer informatie? Dat lees je hieronder.
Ken jij iemand in je omgeving die LHBTQ+ is?
A
Ik ken niemand die LHBTQ+ is
B
Ik heb vermoedens van iemand dat die LHBTQ+ is
C
Ik ken wel iemand die LHTBQ+ is
D
Ik ken meerdere mensen die LHBTQ+ zijn
Slide 5 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Hoe vind je de sfeer op school als het gaat om verschillende geaardheden/identiteiten?
A
Goed
B
Voldoende
C
Matig
D
Slecht
Slide 6 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Wat zouden scholen kunnen doen om de omgeving voor LHBTQ'ers prettiger te maken?
Slide 7 - Open vraag
Deze slide heeft geen instructies
Slide 8 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Waar staat de kleur paars voor?
A
Moed en kracht
B
Dapper en sterk
C
Acceptatie en geluk
D
Het heeft geen betekenis
Slide 9 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Wat is een GSA?
A
Gezond sociaal akkoord
B
Gender-Sexuality Alliance
C
Groep Studenten Acceptatie
D
Gender Sympathieke Acceptatie
Slide 10 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
In welk land werd het homohuwelijk voor het eerst legaal.
A
België
B
Nederland
C
Duitsland
D
Frankrijk
Slide 11 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
In sommige land krijg je de doodstraf als ze erachter komen dat je gay bent
A
juist
B
onjuist
Slide 12 - Quizvraag
in 10 landen
Slide 13 - Video
Deze slide heeft geen instructies
Slide 14 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
