Spelling hst 30 Woorden met het voorvoegsel ver-

Spelling hst 30 Woorden met het voorvoegsel ver-
1 / 29
volgende
Slide 1: Tekstslide
SpellingPraktijkonderwijsLeerjaar 2

In deze les zitten 29 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Spelling hst 30 Woorden met het voorvoegsel ver-

Slide 1 - Tekstslide

voorvoegsels
ge - 
be -
on -
ont -
her -
ver -

Slide 2 - Tekstslide

Een voorvoegsel

is een groepje letters!

Slide 3 - Tekstslide

Ze zorgen voor een nieuw woord.
bot


ver + bot =

verbod

Slide 4 - Tekstslide

Valt de klemtoon op de 1e e?
Dan is het geen voorvoegsel

verbot

De klemtoon ligt bij bot.
Dus is ver een voorvoegsel

Slide 5 - Tekstslide

verzoek

ver - zoek

Slide 6 - Tekstslide

verstaan

ver - staan

Slide 7 - Tekstslide

verzetten

ver - zet - ten

Slide 8 - Tekstslide

verkennen

ver - ken - nen

Slide 9 - Tekstslide

vergeten

ver - ge - ten

Slide 10 - Tekstslide

vervuilen

ver - vui - len

Slide 11 - Tekstslide

vernietigen

ver - nie - ti - gen

Slide 12 - Tekstslide

verwoesten

ver - woe -sten

Slide 13 - Tekstslide

vernielen

ver - nie - len

Slide 14 - Tekstslide

vermelden

ver - mel - den

Slide 15 - Tekstslide

verwennen

ver - wen - nen

Slide 16 - Tekstslide

vereren

ver - e - ren

Slide 17 - Tekstslide

vernieuwen

ver - nieu - wen

Slide 18 - Tekstslide

verstand

ver - stand

Slide 19 - Tekstslide

verbod

ver - bod

Slide 20 - Tekstslide

verleden

ver - le - den

Slide 21 - Tekstslide

verder

ver - der

Slide 22 - Tekstslide

vereniging

ver - e - ni - ging

Slide 23 - Tekstslide

verlaten

ver - la -ten

Slide 24 - Tekstslide

versnelling

ver - snel - ling

Slide 25 - Tekstslide

vergaan

ver - gaan

Slide 26 - Tekstslide

verdringen

ver - drin - gen

Slide 27 - Tekstslide

verdoven

ver - do - ven

Slide 28 - Tekstslide

vergoeden

ver - goe -den

Slide 29 - Tekstslide